Hoofdstuk 4

Sandra is intussen al drie dagen met haar vader op pad, ze heeft een hele grote zak met ruwe gekleurde stenen en edelstenen gevonden. Sommige moest ze zelfs uit steen hakken, andere moest ze voor in het water duiken. Of eigenlijk vond ze die toevallig toen ze ging badderen en zwemmen. Ze zijn zelfs bij een meertje uitgekomen waar ze goud hebben gezeefd. Dit brengt ze dan naar de smid en die kan er draad van maken. Ook heeft ze onderweg van het draad dat ze nog had sieraden gemaakt en verkocht. Onderweg heeft ze eten gekookt voor haarzelf en de twee mannen met wie ze reist.

'Zullen we hier overnachten?' Vraagt de reisgezel van haar vader en hij knikt.
'Perfecte plek, meertje, grot en een stuk voor een vuurtje' en het is rond vier uur in de middag, maar het begint al te schemeren. Dus gaat haar vader opzoek naar hout voor een vuurtje en begint Sandra vast met het aansteken van een begin vuur met het hout van gisteren. Haar vader zijn collega die zorgt voor het paard en gaat zich vervolgens in het meer wassen. Haar vader legt droog hout tegen het kleine vuurtje en na een paar minuten kan ze het eten opzetten. Dat is aan het pruttelen en ondertussen maakt ze van een mooie paarse steen een sieraad. Zo heeft ze vier kleuren in een ongeveer zelfde patroon draad.

'Eten is klaar' roept Sandra na een uur het eten te hebben laten pruttelen en de mannen komen met een kom en lepel naar haar toe en scheppen stoofpot op.
'Het smaakt heerlijk' zegt haar vader.
'Fijn, ik wist niet op zwijn ook goed zou smaken als stoofpot, maar het is nog wel oké' antwoord Sandra en geniet van het eten dat ze klaargemaakt heeft. Na een uurtje is het intussen donker en besluit Sandra een beetje op te frissen.
'Ik ga nog even wassen' meldt ze tegen haar vader hij knikt en ze neemt haar blokje zeep, een handdoek en een kom mee en loopt een stukje het duister in. Ze schept een kommetje met water op en kleed zich uit. Met het water en haar blokje zeep en zeept haar lichaam in, vervolgens pakt ze een nieuw kommetje water en spoelt, daarmee het heel van haar lichaam af. Vervolgens droogt ze zich af en kleed zich weer aan in haar kleding.

Na de week met haar vader is het weer tijd om naar huis te gaan. Ze bestuurt de kar nu ze het geleerd heeft hoe het moet heeft ze er veel plezier in gevonden. Ze hebben veel geld verdient onderweg door diensten te verlenen en de sieraden die Sandra heeft gemaakt. Ze hebben ook heel wat spullen ingekocht voor goeie prijzen en die op andere plekken waar ze nodig waren weer te verkopen voor een goede prijs die gunstig was voor hun.

'Als er binnenkort weer is een korte werkweek is dan wil ik weer mee' en Sandra die zet de kar halt voor hun huis en laden hun spullen af en gaan naar binnen. Ze worden door niemand begroet, het is rond het huis erg stil en de planten in de kas staan er droog bij.
'Volgensmij hebben ze de dieren en zo vergeten' zucht Sandra haar vader en ze knikt.
'Ik ga even kijken' en ze loopt de stallen in waar bijna geen dieren meer staan. De overige dieren staan in vieze stallen en hebben weinig te eten.
'Hmm... ik maak jullie stallen straks wel even schoon' praat ze tegen ze en laat ze allemaal naar buiten en geeft ze voer. Vervolgens vult ze de waterbakken bij en gaat naar binnen om haar vader te helpen uitpakken.

'Ze zijn er niet' zegt hij en komt de laatste tassen halen.
'Ik merk het ja, de dieren hadden nog minimaal eten, geen water en de stallen waren niet gemest'
'We moeten straks maar even naar de stad toe, kijken of ze daar zijn'
'Of niet' mompelt Sandra die met haar koffer naar boven loopt, ook daar ziet ze dat het een puinhoop is, stof, vies en zelfs het behang is smerig.
'Jemig, hoe krijgen ze dit voor elkaar?' Fluistert ze en loopt naar haar kamer waar ze haar kleding uit haar koffer haalt die schoon zijn en de vieze kleding erin laat zitten en mee naar beneden neemt.
'Ik ga naar de stad toe even kijken' roept haar vader.
'Is goed, ik ga hier vast opruimen' roept Sandra terug en ze loopt intussen de kelder in waar ze schoonmaak spullen haalt en dan bedenkt ze iets.
'Eerst de dieren, mijn kamer is toch schoon' praat ze tegen zichzelf en opent de deur die naar buiten leidt en loopt de paar oude stenen tredes op. Ze wandelt met een kruiwagen richting de stallen en mest de volledige stallen uit van de dieren.
'Waar zijn de andere dieren?' Vraagt ze aan haar paard, die hinnekt alleen maar en schud met zijn hoofd.
'Ja, kon ik je maar verstaan' fluistert ze met een zucht.
'Bent u de eigenaar van dit huis?' Hoort ze een zware stem achter zich, geschrokken draait ze zich om en kijkt naar de twee mannen die voor haar staan.
'Sorry we wouden u niet laten schrikken' zegt de man met een redelijk recent litteken op zijn wang.
'Nee, mijn vader is mijn stiefmoeder aan het zoeken, wat is er dan?' Vraagt ze rustig.
'Oh dus dat zijn je stiefmoeder en stiefzussen?' Vraagt de andere man.
'Ehm... ja...? Mag ik nu weten waar het overgaat?' En de mannen kijken elkaar grijnzend aan, waardoor Sandra weet dat het foute boel is. En gelijk had ze, nog voor ze het door heeft hebben ze haar in een houding gewerkt waardoor ze niet kan bewegen.
'Laat mij los!' Gilt ze.
'Roep wat je wil liefje, niemand die je komt helpen' en ze ruikt de alcohol in zijn adem, hij bindt haar handen vast met een strotouwtje trekt haar mee naar buiten. Alleen Sandra werkt niet mee, ze probeert te vechten, met haar benen te trappen en gilt alles bij elkaar.
'Nu gewoon meelopen of ik knal een kogel door je kop heen' sist de man met het litteken en knijpt haar in de hals, waardoor ze inelkaar krimpt.
'Au' kermt ze en wordt weer voort gesleurd naar een groep paarden, ze wordt voorop bij een man gegooid en het enige wat ze ziet is de borst, buik en de benen van zijn paard. En de schoenen en broek die hij aan heeft.
'Mooie vangst' hoort ze en een man die pakt haar kin vast en tilt haar hoofd omhoog.
'Die zou ik wel willen trouwen' zegt hij vervolgens en Sandra krijgt er buikpijn van.
'Laat me gaan, viespeuk' en hij grijnst en geeft haar een klap in het gezicht.
'Bek dicht' en laat haar los en stapt zelf op zijn paard. Het paard van Sandra is intussen heel onrustig door de paddock aan het hinniken en rennen.
Waarom moet mij dit nou overkomen?

Ik weet het het gaat nog een beetje langzaam met de hoofdstukken, maar ik ben meerdere verhalen tegelijk aan het schrijven, ondat ik de ene keer weer inspo voor die heb en dan weer voor een ander. Maar ik beloof dat ik wel door blijf schrijven.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top