Hoe het allemaal begon...

Het was een rustige avond en bijna alle leerlingen van Beauxbatons lagen te slapen. De docenten marcheerden over de gangen, op zoek naar kinderen die nog niet in hun slaapkamers zijn.

Twee kinderen sluipen over de gangen. Ze komen aan bij de Eetzaal en staan daar stil.

"Wanneer doen we het nou?" vraagt de jongen ongeduldig. Hij zweet van de spanning. Als dit fout afloopt, is er een heel grote kans dat ze van school worden gestuurd.

"Wacht nog heel even." sust het meisje. Ook zij vind het vrij spannend. Ze weet wat er staat te gebeuren, en wat de consequenties zijn. Als dat wijf haar mond gewoon had gehouden...

Het meisje kijkt voorzichtig om de hoek. Een docent komt aangelopen. Snel trekt ze haar hoofd terug en duwt de jongen en zichzelf tegen de muur aan. De docent merkt niks en loopt gewoon door.

"Belle, ik ben bang." piept de jongen. Het meisje kijkt hem aan.
"Ik ook. Maar ik heb geen keus." fluistert ze. Twijfel trekt aan haar, maar ze moet dat wijf terug pakken.

Ze knikt naar de jongen en sluipt de hoek om. Voorzichtig kijkt ze om zich heen. Niemand te zien. Mooi.

Ondertussen is de jongen de andere kant op gelopen, om de docenten bezig te houden.

Het meisje loopt naar het sience lokaal. Nog steeds snapt ze niet waarom ze gewoon benzine daar bewaren. Ze opent de deur. Die kraakt. Ze schrikt, maar herpakt zichzelf.

Ze sluipt naar binnen en pakt de benzine. In het donker ziet ze geen steek voor ogen. Dan struikelt ze over een of andere kruk. Ze valt hard op haar knie, en je hoort een kleine bonk.

Er klinken voetstappen over de gang en het meisje staat snel op. Haar hart klopt in haar keel.

Snel rent ze naar de kast en stapt er in.

Dan gaat de deur open en een oude man komt binnen. Achter hem volgde de jongen.

Het licht gaat aan en het meisje probeert door het sleutelgat te kijken, maar het lukt niet.

Na even rond te hebben gekeken lopen de twee mensen weer weg.

Het licht gaat uit en het meisje doet de kast open. Ze stapt eruit.

Snel pakt ze een fakkel, en de benzine fles. Snel loopt ze het lokaal uit, en ze zet het op een hollen.

Als ze bij de kunstafdeling aan is gekomen gaat ze de eerste gang links. Ze gaat een lokaal binnen en pakt de benzinefles. Haar hart klopt in haar keel.

"Je hebt geen keus." Houd het meisje zichzelf voor. Ze begint te zweten.

Ze draait de dop van de fles eraf, en begint benzine rond te strooien door het hele lokaal heen.

Als er nog maar een paar druppels uit komen zet het meisje de fles weer neer. Ze pakt een pakje lucifers uit haar zak.

Ze steekt een van de lucifers aan. De lucifer vat meteen vlam, en ze steekt met de lucifer de fakkel aan. Een grote vlam komt op de fakkel, en van schrik laat het meisje de fakkel vallen.

De vloer begint te fikken, en het word heel erg warm. Een steekvlam raakt het meisje haar hand, en er vormt zich een kleine brandwond.

Ze wil het uitschreeuwen van de pijn, maar houd zich in. Ze begint weg te rennen, maar het vuur haalt haar in.

Vlammen schroeien in haar rug. Ze schreeuwt het uit van de pijn. Er vormen zich brandwonden in haar rug.

Dan verandert ze ineens.

Waar net een bang, schreeuwend meisje stond, staat nu een sierlijk wezen.

Een feniks.

De feniks kijkt naar het vuur en vliegt er dan soepel door heen. Met krachtige vleugelslagen slaat de vuurvogel een andere gang in.

Daar verandert ze terug in het meisje, die begint te huilen. Het was haar gelukt.

Het meisje loopt huilend van geluk door de gangen. Ze wil met haar hand (waar een brandwond op zit) haar tranen wegvegen. Dan ziet ze de wond.

De wond begint langzaam weg te trekken. De brandwond word kleiner en kleiner, totdat er nog maar een puntje van te zien is.

Bij de volgende gang die het meisje snel inloopt, begint ze weer te huilen.

In de gang staat de jongen angstig om zich heen te kijken. Schuldgevoelens overspoelen hem.

Het meisje zet het op een hollen en ze omhelst de jongen stevig. Tranen rollen over haar wangen, en ook de jongen begint te huilen.

"Het is ons gelukt." fluistert het meisje zacht.

"Het spijt me." fluistert de jongen, en hij laat haar los.

De jongen zet een paar stappen naar achter en twee docenten komen de hoek om gelopen.

Huilend van woede wil het meisje de jongen aanvallen.

"Ik vertrouwde je!" roept ze naar hem.

Een van de docenten grijpt het meisje vast, maar ze slaat de docent op zijn oog.

Hij laat meteen los en grijpt naar zijn oog.

De andere docent is beter. Ze slaat het meisje op de grond en houd haar in een houdgreep.

Het meisje stribbelt nog even tegen, maar houd zich daarna stil.

De docent staat op, en drukt de armen van het meisje achter de rug van het meisje.

Zo lopen ze met zijn tweeën naar het kantoor van de directrice.

Eigenlijk was dit stuk heel anders, maar door een tip van ChocoMyCoco heb ik dit stuk aangepast. Is dit wat je bedoelde? Of niet? Zo niet leg het dan even wat beter uit... maar bedankt voor de tip! Als jij nou ook nog een tip hebt, laat het dan gewoon weten, dan pas ik een oud stuk aan en probeer ik daarin je tip zo goed mogelijk te verwerken.

~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~*~
"Waarom gaan we weg?" Vroeg een meisje dat veel op Belle leek. Een oudere man keek haar geërgerd aan. "Dat weet je best." Gromde hij "Je zus heeft verdomde vijf lokalen in de fik gezet!" Schreeuwde hij. Het meisje schrok. "Harold, doe niet zo moeilijk tegen haar. Geraline kan er ook niks aan doen dat Belle zo doet." Zei een kalme vrouwen stem. Een vrouw die sprekend op Belle leek kwam de hoek om met een paar dozen. Belle was na school meteen naar boven gestuurd en was niet meer van haar kamer a gekomen, zelfs niet voor het avondeten.

De dag daarna was het raak. Belle kwam met een heleboel koffers en dozen naar beneden gelopen en nog geen vijf minuten later zaten ze al in een zwarte auto van het Britse Ministry of Magic.

Drie uur later kwamen ze aan bij een rode telefooncel. De chauffeur stapte uit en de fam. Grey deed hetzelfde.

De chauffeur gebaarde dat ze bij hem in de telefooncel moesten stappen. Dus ze deden dat. De chauffeur begon wat nummers te draaien en uiteindelijk, wat overigens heel lang duurde, want de chauffeur wist de code niet meer, ging de telefooncel als een lift naar beneden. Belle keek haar ogen uit. "Allemaal bij elkaar blijven!" Riep Harold terwijl hij uit de cel stapte. Dat liet Belle zich geen tweede keer zeggen. In de massa van heksen en tovenaars zou ze hem anders 100% zeker kwijt raken.

Even later kwamen ze aan bij het kantoor van de Minister of Magic. Harold gebaarde dat de rest van de familie buiten moest blijven staan en hij ging het kantoortje binnen. Een tijdje later kwam hij weer naar buiten en hij liep meteen verder. Toen ze de auto weer hadden gevonden, reed de chauffeur naar hun nieuwe villa.

Daar aangekomen keken Belle en Geraline hun ogen uit. Wat was het groot! Belle pakte haar koffers uit de auto en liep naar binnen. Het was super schoon. Er waren witte marmeren hallen met donkerbruine, houten deuren. Een van de bedienden (die al aanwezig waren) leidde Belle naar haar kamer. Het was een donkere kamer met een houten bureau, een met goud gepolijste houten tweepersoonsbed en een kast. Ze bedankte de bediende en liep de kamer in.

Een uur later stond alles op zijn plek. Het was een heel ander aanzicht dan eerst. Haar moeder kwam binnenlopen. "Hoe gaat het hier?" Vroeg ze vriendelijk aan Belle. In tegenstelling tot haar vader, was haar moeder altijd aardig tegen haar geweest. Belle glimlachte. "Hier gaat het allemaal prima." Zei ze en ze plofte op haar bed. "Je vader is aan het prutsen met de spullen in de woonkamer. Heb je je andere kamers al ontdekt?" Zei/vroeg ze aan haar. "Andere kamers?" Vroeg Belle verbaasd. Ze had helemaal geen deur opgemerkt, laat staan meerdere. Haar moeder trok haar lachend van haar bed af en leidde haar mee naar de kast. Ze gebaarde dat Belle de kast opzij moest schuiven, dus dat deed ze.

Er kwam een deur tevoorschijn. Belle opende de deur en keek haar ogen uit. Voor haar lag een hele bibliotheek, nou ja, hij was kleiner dan die van de Beaxbatons, maar dat maakte voor haar niks uit. Er zat nog een deur in de boekenkamer. Daarachter zat een privé badkamer, met toilet, douch, bad en wastafel. Haar moeder glimlachte naar Belle. Ze lachte vrolijk terug. Eigenlijk had ze gedacht dat ze een rotkamer zou krijgen, als straf voor het in de fik steken van een deel van de school, maar dit... nee, nooit.

De volgende morgen word Belle wakker in een koud bed. Haar moeder staat aan haar voeteneinde van het bed met de dekens in haar hand. "Ook goedemorgen slaapkop." Zegt ze lachend. Belle staat op, kleed zich aan en gaat dan naar beneden, waar haar vader op haar zit te wachten. "Hier." Zegt hij en hij duwt Belle een bord met ei en havermoutpap in haar handen. Belle gaat aan de lange tafel zitten en begint te eten. "Heb je het al gehoord Belle?" Komt haar zusje ineens binnengerend. Belle stikt bijna in haar havermoutpap. "Wat. Moet. Je. Nu. Weer?" Vraagt ze geïrriteerd aan Geraline. "We gaan vandaag naar Hogwarts!" Riep ze blij uit.

Belle stikte voor de tweede keer in haar pap. "WAT?" Zei ze. Vandaag al? Maar het schooljaar begint toch pas over twee weken? Ze kijkt Geraline raar aan. "Oh, we gaan geen les volgen." Zegt die alsof Belle 1+1 fout had opgeschreven. "We gaan onze Afdeling bekend krijgen!" Zegt ze enthousiast.

POV belle
Rond half drie staat ons gezin in het kantoor van Dumbledore. In zijn kantoor staan een heleboel boeken, en een Feniks. De Feniks kijkt me aan alsof ik iets verkeerd heb gedaan, eigenlijk is dat ook wel zo. Dumbledore is diep in gesprek met mijn ouders, terwijl ik alleen maar staarwedstrijdjes aan het houden ben met de Feniks, totdat ik mijn naam hoor vallen. Ik kijk op en zie dat en mijn ouders en Dumbledore mij aankijken. Dumbledore staat op en pakt een oude hoed uit een van zijn vele kasten. Hij wenkt mij om bij hem te komen. Ik loop dus naar hem toe, en voel vier paar ogen in mijn rug prikken; mijn ouders, Geraline en de Fenix. Als ik bij Dumbledore aankom schenk ik hem een glimlach. Hij glimlacht terug en zet de hoed bij me op. Tot mijn verbazing begint de hoed te praten. Ik kijk naar mijn vader en zie hem bidden voor ik weet niet wat. "Hmmm, lastig, lastig." Begint de hoed. "Uit een Slytherin familie, maar het hart van een Gryffindor. Op welk huis hoop je?" Vraagt de hoed aan mij. Ik, heb werkelijk geen idee. Ik vind alles prima. De hoed merkt het en roept "Gryffindor!" Dumbledore knikt naar mij en zet de hoed af. "Dit kan niet, dit mag niet, dit is ongehoord!" Roept mijn vader woedend. Ik schrik, en mijn zusje ook. "Dit kind behoort 100% zeker in Slytherin!" Dumbledore probeert hem te sussen, maar tevergeefs, dus Dumbledore gaat verder met mijn zusje. Daar hoeft de Sortinghat niet lang over na te denken. "Slytherin!" Roept hij. Haar vader klapt. "Zie je wel." Zegt hij.

"Tot volgende keer, miss Grey." Zegt Dumbledore tegen mij. Ik heb nog steeds het gevoel dat de Feniks mij aan zit te kijken. Ik zeg gedag tegen Dumbledore en we vertrekken.

Het eerste hoofdstuk zit erop! Ik hoop dat jullie het leuk vonden. Aan het einde van elk hoofdstuk stel ik jullie een vraag. De vraag van vandaag: wie is jouw favo docent?

1205 woorden

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top