27.

Ik krijg opeens een raar gevoel als ik me bedenk hoe warm het bloed door de aders van deze enkelvoudige man loopt. Ik hoor zijn hard in zijn borst kloppen, zelfs al vanaf deze afstand, en ergens krijg ik zin zijn schedel open te breken en zijn hersenen... Ricky, beheers je! We zijn hier voor antwoorden, niet voor eten!
Proberend het gevoel en de gedachten te negeren bal ik mijn handen tot vuisten.
"Wie bent u?" vraagt Stephan rustig.
"Dat zou ik ook wel aan jullie kunnen vragen."
"Waarom zit u hier terwijl het daar beneden krioelt van de zombies."
"Jullie zijn ook zombies, niet waar?"
Is hij nou serieus? Gaat hij nou echt elke vraag die we stellen beantwoorden met een vraag? Ik zie aan Stephan dat hij ook geïrriteerd raakt aangezien hij zijn handen tot vuisten balt.
"Wat bent u van plan met al die zombies?", vraagt hij verder, nog steeds op rustige toon.
"Waar is de rest van jullie groep?"
Jake loopt boos op de groenharige sneeuwman af en drukt zijn schouders tegen de leuning van de eenpersoons zetel aan.
"Nu ga je ons gewoon vertellen wat je hier doet!", roept hij boos uit. De man kucht even.
"Jongeman, jullie zijn nu in mijn huis. Dit is mijn domein. Jullie hebben niets te zeggen over mij." Stephan trekt Jake handhardig terug en kijkt hem boos aan.
"Hou je in!" Met een boos gemompel duwt hij Stephan van zich af en loopt de kamer uit.
"Zou u alstublieft op onze vragen willen antwoorden?" neemt Sindey het woord.
"Ik wil eerst wat antwoorden van jullie." Vragend kijkt Sindey Stephan aan. Die knikt.
"Goed, wat wilt u weten?"
"Ten eerste; hoe komt het dat jullie me niet bloeddorstig aanvallen, proberend mijn hersenen te bemachtigen?" Oh, hij zou eens moeten weten.
"We hebben geleerd onszelf onder controle te houden."
"Interessant, ja. Ten tweede; hoe hebben jullie deze plek gevonden?"
"Puur toeval." Waarom vertelt ze niet dat ik dit gevonden heb?
"Ten derde; waarom zijn jullie hier?"
"We waren nieuwsgierig." Het is even stil, alsof hij haar niet gelooft. Dan staat hij op en baant zich een weg naar het grote raam aan de overkant van de ruimte. "Kunt u nu onze vragen beantwoorden?"
"Mijn naam is Antoine Wiertz, ik ben een wetenschapper. Ik doe experiment op mensen en zombies."
"Hoe bedoelt u dat precies?"
"Ik was door mijn mooie bos aan het wandelen toen ik op een dag een zombie regen het lijf liep. Ik heb hem meegenomen naar mijn plek en onderzoek op hem gedaan. Alleen was zijn gedrag veel wilder en kon ik geen conversatie met hem voeren, wat jullie wel kunnen. Weten jullie hoe dat mogelijk is?"
"Dat is een verschijnsel door een tekort aan hersenen."
"Natuurlijk. Nou ja, hier een kleine kilometer vandaan was een dorp. Ik heb de mensen kunnen overtuigen hierheen te komen. Een voor een liet ik ze in een kamer met de zombie om te zien hoe het proces in z'n werk ging. Nu probeer ik ze te temmen, maar dat lukt niet zo al te best." Dat was echt de een na laatste druppel. Meende hij echt wat hij zei?! Heeft hij serieus die arme mensen hun leven op het spel gezet?! "Ik ben wel benieuwd,", vervolgd hij, "over hoe ze op jullie reageren." Even duizelt het in mijn hoofd. Wat bedoelt hij daar nou mee? En dan is hij opeens verdwenen, zomaar alsof hij getransporteerd is door een onzichtbaar veld.
En alsof het zo afgesproken was, klinkt er een harde gil. Meteen ren ik naar het raam toe.
"Ze... Ze zijn weg!", roep ik uit. "D-de zombies, z-ze zijn weg!"

______
A/n: TAM TAM TAAAAAMMMM!!
Oké, sorry voor het weer iets kortere hoofdstukje maar ik wou jullie nog even in spanning laten xD

Likes en comments zijn altijd welkom :)

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top