24.
We zijn nog steeds door het bos aan het lopen als ik merk dat Logan begint te hinken.
"Als je wilt kunnen we even rusten", stel ik hem voor. Ik voel me nog steeds schuldig over het feit dat hij gewond is door mij. Koppig schud hij zijn hoofd. Even laat ik mijn ogen naar zijn been afdwalen. "Logan!" roep ik verontwaardigd uit. "Je been bloed nog steeds, dat is niet normaal!"
De groep stopt met lopen en draait zich naar ons om. "Het is niets", mompelt Logan en kijkt boos de andere kant op.
"Mel, kun jij even naar zijn been kijken?" vraagt Kyle. Ze knikt en loopt op Logan af. Hij rolt geërgerd met haar ogen, maar laat haar toch haar werk doen.
"Het is een diepe wonde", stelt ze dan vast. "Eet een portie vlees, dan zal het wel stoppen met bloeden en sneller genezen. Maar voorlopig mag je echt niet meer lopen, anders gaat het blijven bloeden en kan de wonde ontstoken worden. Ook al ben je half dood, je wilt echt geen ontstoken wonde hebben, want aangezien dat je lichaam niet meer reageert op medicijnen, zal je er een lange tijd mee moeten zitten." Logan gromt wat als Mel weer opstaat. "Het spijt me, Kyle, maar we zullen moeten stappen." Een zucht verlaat die zijn lippen. Hier is hij duidelijk niet zo blij mee.
"Kan ik niet bij Logan blijven, dat jullie dan verder gaan?" stelt Sander voor. "Dan gaan jullie alvast en komen wij achter."
"Dat is een optie", overweegt Kyle. "Logan, wat denk jij?" Die haalt zijn schouders op.
"Ik wil de groep niet ophouden." Kyle knikt en meldt dan dat we weer verder gaan. Mijn schuldgevoel wordt alleen maar groter als ik hem beteuterd op de grond zie gaan zitten, leunend tegen een boom. Onzeker stap ik op hem af.
"Hee, Logan. Het spijt me. Als ik niet op je rug gekropen was-"
"Ricky,", onderbreekt hij me, mijn naam zuchtend, "het is jouw fout niet. Ik had moeten zien dat die ene tak los hing. Maak je maar geen zorgen, ik verwijt jou niets." Ookal weet ik dat het maar loze worden zijn, toch voel ik me iets meer opgelucht.
"Moet ik bij je blijven?"
"Nee, ga met de groep mee. Zij hebben jou meer nodig dan ik jou." Ik wil er wat tegenop zeggen, als ik wordt geroepen door Mel.
"Ik zie je dan nog wel", neem ik afscheid en lach nog even. Ik krijg een glimlach terug voor ik me omdraai en een klein sprintje trek naar de groep toe.
Tijdens het lopen heerste er een rare stilte, alsof iedereen met iets anders aan zijn hoofd zat. Nu staan we aan de rand van het bos. Nou ja, we sluipen langs de grens tussen bos en veld. Ongeveer 100 meter van ons verwijderd is het kleine, witte gebouw en stak van de zombies is al vanaf hier te ruiken.
"Moeten we Ricky niet waarschuwen voor de zombies? Ze zullen wel zien dat ze een nieuweling is", zegt Sindey opeens.
"Ja, dat is misschien wel een goed idee," oppert Jake.
"Sowieso gaan ze proberen haar over te halen", mengt Mike zich in het gesprek.
"Wacht, waar hebben jullie het over?!" roep ik boos uit.
"Kijk, Rick", begint Mel. "Het zit zo; elke groep zombies vormt zeg maar een 'clan'. Als een clan een andere tegenkomt, willen ze elkaar vermoorden."
"Net zoals die groep, of 'clan', op de avond dat je gebeten werd", verduidelijkt Mike.
"Als clan probeer je altijd je groep sterker en sterker te maken. Als ze nieuwelingen tegenkomen, proberen ze die te overtuigen zich bij hun aan te sluiten", vervolgde Mel weer. "Dus wat je ook doet, luister niet naar wat ze tegen je zeggen!" Ik knik, als teken dat ik het begrepen heb, en laat de informatie tot me doordringen. Er was een ding wat ik nooit begrepen had. In dat vervallen stadje waar ik in het begin van ons verblijf hier naartoe gegaan was, verstond ik de 'dode' zombies niet. Het enige wat ik hoorde was een laag gegrom, dat afschuwelijk klonk, terwijl ik Logan en de rest van de groep wel begreep.
"Hoe komt het dat ik jullie wel kon verstaan maar die andere soort zombies niet?"
"Hersens en bloed zorgen ervoor dat ons lichaam in werking blijft, ook al zijn we oorspronkelijk dood. Het verschil tussen hen en wij is dat wij genoeg vlees eten. Zonder vlees kun je alleen nog maar denken aan hersenen, waardoor je andere dingen vergeet en het enige wat je nog doet is lopen en onduidelijke dingen mompelen die niemand verstaat."
"Waarom denken jullie dan dat die zombieclan mij wilt overhalen me bij hun aan te sluiten?"
"Omdat zij, zoals jij ons verteld hebt, vlees krijgen." Ik knik en laat ook deze informatie tot me doordringen.
"Oké, wat is het plan nu?" vraagt Milo. We staan ondertussen stil en het gebouw staat vlak voor ons. Ik werp een snelle blik op de zombies en merk dat hun huid er inderdaad nog gezond uitziet. Ze strompelen een beetje door elkaar, niet precies wetend wat te kunnen of moeten doen. Sommige staan in groepjes te praten.
"Ik denk dat het beter is als we ze even observeren, dan kunnen we zien hoe het hier in z'n werk gaat", stelt Stephan voor en Kyle knikt goedkeurend.
"Het is beter als niemand alleen gaat", zegt hij.
"Dan maken we toch groepjes van tweeën?" vraag ik.
"Ja, goed. Jij, Ricky, mag met Jake, Mel met Mike, Milo met Lucas, en Sindey gaat met mij en Stephan. We hebben wel maar drie walkietalkies, dus een groepje zal in de buurt van de andere moeten blijven. Heeft iedereen minstens een wapen bij zich of in zijn rugzak?"
"Moeten we Logan en Sander niet inlichten?" vraagt Sindey opeens.
"Ja, dat is misschien wel zo handig. Stephan, zorg jij daarvoor?" Stephan knikt en Jake en Lucas wisselen nog snel een walkietalkie uit.
"Kom mee", fluistert Jake dan in mijn oor en stapt weg. Ik zucht eens en geef Mel een knuffel.
"Let goed op jezelf", fluister ik.
"Wees gerust, ze is in goede handen", lacht Mike en ik schenk hem een glimlach terug. Dan trek ik me los uit de omhelzing en roep nog een "Let allemaal goed op jezelf" naar de groep voor ik achter Jake aanren.
"Stress?" vraagt hij, terwijl hij een wenkbrauw ophaalt. Ik lag eens spottend en leg een hand op zijn arm.
"Waar zou ik stress voor moeten hebben?"
"Ah, ik weet niet? Misschien om vermoordt te worden, verbrijzeld te worden door de clan, gegijzeld te worden, wat wel het meest mogelijk ik aangezien je een nieuweling bent, of..."
"Jaja, je hebt een punt", onderbreek ik hem. "Maar, wees gerust, ik heb geen stress."
"Wat spijtig, ik zou je graag getroost hebben hoor", zegt hij, dat laatste weer fluisterend, waarna hij me een knipoog geef en zachtjes grinnikt. Ik rol geërgerd met mijn ogen.
"Dat is zeer vriendelijk van je, maar nee dankje. Ik hoef niet gered te worden, en al helemaal niet door jou."
"Is er iets mis met mij misschien?"
"Jaa!" roep ik boos uit. "Zowel jij als dat veel grote ego van jou. Van mijn part kan je lekker oprotten met dat knappe uiterlijk van je." Er verschijnt een grote grijns op zijn gezicht waarna hij weer begint te grinniken. Heb ik iets verkeerd gezegd? In gedachten ga ik mijn woorden weer na. Ik voel hoe een blos op mijn wangen versch- wacht nee. Dat klopt niet. En dat is in mijn situatie ook niet meer mogelijk. Nouja, laten we maar gewoon zeggen dat ik nu zo rood ben als een tomaat, maar een onzichtbaar masker aan heb waardoor je het niet kunt zien. Ja Ricky, heel logisch weer. Maar ik moet wel toegeven dat hij knap is, met zijn groene ogen, waar precies met bruine verf op gemorst is, zijn donkerblonde haar dat altijd mooi in model ligt en zijn gespierde postuur.
Wacht, nee, Ricky! Stop met denken!
"Laten we maar gewoon verder gaan", mompel ik boos en loop hem voorbij.
"Nu kun je het niet meer ontkennen Ricky", fluistert hij weer in mijn oor.
"Wat bedoel je?" Verward draai ik me om en hou halt, waardoor Jake bijna tegen we aanbotst. Hij kijkt me alleen maar aan, waarna hij een stap opzij zet en weer verder loopt.
"Dat je iets voor me voelt", roept hij over mijn schouders. Weer laat ik een spottend lachje horen.
"Niet teveel hopen, Jakie."
"Zie je wel, nu geef je me zelf een bijnaam."
___
A/n: Nieuw hoofdstukje!!
Sorry voor het lange wachten.
Likes en comments zijn altijd welkom xD
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top