H 7 - Leyla

Ze had er lang over gedaan de weg terug te vinden, maar eindelijk zag Leyla de twee caravans weer staan. Verbaasd draaide ze zich om en zag onderaan de helling de rivier lopen. Hoe het mogelijk was geweest dat ze de weg was kwijt gespeeld, wist ze zelf ook niet meer, maar al dat gras leek ook zoveel op elkaar. Maar nu ze terug was, wenste ze meteen dat ze wat langer verloren gelopen was. De hele groep van deze jongvolwassenen zaten in een kring rond het kampvuur, en er hing een bedrukte sfeer rond hun.

Ze wist dat het verkeerd was, dat ze gewoon verder moest lopen en iedereen moest laten weten dat ze terug was, al hadden ze haar verdwijning zo te zien nog niet opgemerkt. En toch overwon haar nieuwsgierigheid het weer en verstopte ze zich achter een caravan.

"Oké, we begrijpen allemaal dat dit een groot probleem is, maar misschien moeten we het even over de anderen hebben. Wat doen we met dat meisje?", hoorde ze iemand zeggen.

"Ik stel voor dat we haar zo lang mogelijk in leven houden. Misschien heeft deze verandering iets positiefs. Misschien moeten we helemaal geen mensenvlees meer eten, dus misschien kan ze het toch overleven?" Leyla sloeg haar hand voor haar mond om te voorkomen dat ze zou beginnen schreeuwen. Diep vanbinnen wist ze natuurlijk wel dat Larissa in een zombie zou veranderen, al had het tot nu toe nog niet tot haar doorgedrongen. Maar wat bedoelden ze dan met dat zíj geen mensenvlees meer moesten eten?! Waren dit stuk voor stuk zombies? Maar hoe kon dat nu?

"Ik ben het met Mike eens", hoorde ze een nieuwe stem zeggen. "We moeten het proberen. Anders hebben jullie haar voor niets gered."

"Maar we weten niet of ze, als ze al wakker zal worden, of ze nog levend is. De wonde zag er zeer schadelijk uit."

"Dat zag jouw wonde er ook uit toen jij gebeten werd, Lucas. En jij staat hier nu ook." Hij antwoordde niet, waarschijnlijk omdat hij wist dat Mel gelijk had.

"Wat doen we met de rest van de groep?" hoorde ze iemand weer vragen en in spanning wachtte ze op een antwoord af.

"Ik denk dat het veiliger is voor ons allemaal als ze terug gaan naar waar ze vandaan komen."

"Wacht even", zei een jongen opeens en hij snoof de lucht op. "Er is hier iemand." Meteen begon Leyla haar hart sneller te slaan. Snel keek ze om zich heen om te zien of ze zich ergens kon verstoppen, maar ze besefte al snel dat dat geen optie was. Dus haalde ze diep adem en liep om de caravan heen alsof ze nog maar net terug kwam van de rivier. De hele groep keek haar aan, maar ze plantte een glimlach op haar gezicht alsof er niets aan de hand was.

"Hallo jongens. Weten jullie waar de rest van mijn groep is?" Pas nu viel het haar op hoe groot de groep eigenlijk was (ze telde zo'n 13 man). Ze schrok een beetje op toen ze er een meisje van ongeveer 5 jaar tussen zag zitten.

"Die zijn in de caravan, bij je vriendin", antwoordde Ricky. "Waar was je al die tijd?"

"Ik was een beetje verdwaald gelopen." Ze grinnikte een beetje geforceerd, wat haar een paar vreemde blikken opleverde. Ongemakkelijk draaide ze heen en weer op de bol van haar voeten. "Goed, eum, ik ga maar eens naar hun toe." Opeens verdwenen de rare blikken en lachte iedereen vriendelijk naar haar.

"Natuurlijk", antwoordde een jongen waarvan ze de naam nog niet kende, maar Leyla vermoedde dat hij de oudste van de groep was. Totaal niet op haar gemak liep ze naar de caravan en glipte snel naar binnen. Zuchtend draaide ze zich om naar haar groep, die haar triest aankeken.

"Ze willen ons weg", zei ze en haar blik verharde. Ze wist niet precies waar dat gesprek over gegaan was, maar twee dingen wist ze wel zeker. "En ze willen Larissa vermoorden."

"Wat bedoel je?" vroeg Thomas verward en liet zich op bed naast Larissa zakken. Ze zag er verschrikkelijk uit; haar gezicht zag lijkbleek, haar wangen hingen vol met mascara van het wenen en ze keek dof voor zich uit.

"Ik heb hun gesprek voor een deel afgeluisterd", ging Leyla verder. "Ze zeiden dat het veiliger was als wij vertrekken en Lar hier achterlaten. Ze zouden zien of ze mensenvlees zou nodig hebben of niet. Zo wel dan zouden ze haar vermoorden omdat ze anders door zou slagen." Ze keek Edward aan voor ze verder sprak. "Wat is dit allemaal, Edward?"

Hij zuchtte en stopte zijn handen in zijn zakken, waarna hij tegen een klein tafeltje leunde en bedenkelijk naar de grond staarde. Zonder iets te zeggen liep hij de caravan uit en Leyla wisselde een blik uit met Thomas en Simon. Uiteindelijk haalde ze haar schouders op en liep achter Edward aan. Hij liep op de groep af, die net hun gesprek weer stopten.

"Oké, gasten. Dit kan zo niet langer meer. Jullie moeten ons vertellen hoe alles hier zit. En dan bedoel ik ook àlles." Hij keek Neff strak aan. Neff wisselde een blik met de jongen die Leyla daarnet had aangesproken en die knikte. Neff knikte terug en de jongen schraapte zijn keel.

"Goed laten we misschien eerst beginnen met ons voor te stellen. Neff, Mel en Sidney kennen jullie al. Ik ben Kyle, en je kunt me wel aanzien als de leider van de groep." Kyle was enorm gespierd en had bruin haar en bruine ogen. Naast hem zat Milo een jongen met blauwe ogen en blond haar. Ook Logan had blauwe ogen, maar bruin haar. Ricky had kort bruin haar en groene ogen, Sander had zwart haar en bruine ogen en een schattige bril. Mike, de broer van Milo, had lichtbruin haar en Jake die naast hem zat, had donkerblond haar en groen-bruine ogen. Stephan had leuk blauw haar donker blauwe ogen. Zijn neef Lucas had witblond haar en grijze ogen. Hermelien was het meisje van vijf en had, net als haar zus Ricky, bruin haar. Verder zweeg hij en Edward zuchtte geërgerd.

"En ze zijn zombies." Met grote ogen keek Leyla hem aan.

"Wat? Nee, dat kan niet! Hoe kunnen ze nu zombies zijn als ze hier gewoon met ons zitten te praten?"

"Hij heeft gelijk", antwoordde Neff. "We zijn inderdaad zombies, maar anders dan hoe jullie over onze soort denken. Je hebt namelijk twee soorten; je hebt de levende zombies en de dode."

"En jullie zijn de levende soort?", raadde Thomas. Neff knikte. "Hoe wordt je dood?"

"Als je niet genoeg mensenvlees eet, kun je niet logisch meer nadenken en sla je door."

"Dat is wat jullie bedoelde met dat Larissa het niet zou overleven", merkte Leyla op. Neff keek haar zwijgend aan en Leyla besefte dat ze zichzelf verraden had.

"Kijk gasten", mengde Kyle zich in het gesprek. "Ik denk dat het beter is als jullie terug gaan naar waar jullie vandaan kwamen." Leyla schudde driftig haar hoofd.

"Nee, dat kunnen we niet doen. Wat moeten we ze zeggen over Larissa? We mochten in de eerste plaats het kamp niet verlaten. Hoe moeten we dat aan haar vader vertellen? En haar broer?" Weer schudde ze haar hoofd. "We kunnen niet meer terug. Ondertussen zullen ze ook wel al doorhebben dat we weg zijn."

"Waarom zijn jullie weggelopen?", vroeg Mel.

"Het was daar saai. Ik wou wat avontuur en toen kwamen we Edward tegen. Die kende een sluipweg en..." Ze viel stil omdat ze met een schok iets besefte. Het was zo plotseling dat ze er misselijk van werd en ze sloeg geschrokken haar hand voor haar mond. "Het is mijn fout dat Larissa bijna vermoord was." Iedereen keek haar zonder iets te zeggen aan.

Het idee dat zij de oorzaak was van wat Larissa was of zou overkomen, was overweldigend. Hoe kon ze toch zo egoïstisch geweest zijn?! Ze merkte niet dat ze was beginnen rennen tot ze in een konijnenhol stapte en met een klap op de grond viel. Meteen begonnen de tranen weer over haar wangen te stromen en ze rolde zich op tot een bolletje. Door haar eigen egoïsme was haar beste vriendin iets vreselijks overkomen!

"Leyla!" Ze voelde twee sterke arm die haar vast grepen en omhoog tilde en ze storte er zichzelf in. Wie het was, wist ze niet, maar dat maakte ook niets uit. 

Voor haar gevoel leek het alsof ze zo een eeuwigheid gezeten hadden, toen de persoon eindelijk sprak. "Het is niet jou fout. Deze dingen gebeuren nou eenmaal, net zoals het ons allemaal overkomen is; onverwacht en oncontroleerbaar." Het was Neff, dat herkende ze meteen. Het was dezelfde zachtheid waarmee hij haar aansprak als in de supermarkt.

"Als ik niet zo egoïstisch geweest was, zou ze nog gezond en wel zijn", snikte ze en trok zich los uit zijn armen om haar gezicht af te vegen. Ze was blij dat ze geen make-up aangedaan had vandaag.

"Nee, dit komt niet door jou. Hoor je wat ik zeg? Dit is níet jouw fout! Zij heeft er zelf voor gekozen mee te gaan." Hij pakte haar vast bij de schouders en draaide haar 45° om zodat hij haar aan kon kijken. Ze glimlachte dankbaar naar hem, al stelde zijn woorden haar niet gerust. Maar dat vertelde ze hem niet. "Kom je mee terug naar het kamp? De rest zal wel ongerust zijn en we moeten nog van alles bespreken." Leyla knikte en met wat hulp van Neff, stond ze binnen de kortste keren weer op haar benen. "Je vriendje keek me wat argwanend aan toen ik achter je aanliep. Ik zal het hem wel uitleggen, ik wil niet dat hij boos op je wordt."

"En wat wou je dan uitleggen?", vroeg ze terwijl ze een wenkbrauw ophaalde. Daar moest hij even over nadenken, maar uiteindelijk haalde hij zijn schouders op.

"Gewoon. Dat je een mooi meisje bent en ik het niet aan kon zien dat je zoveel zelfmedelijden had terwijl dat dat helemaal niet nodig was." Hij keek haar aan, maar ze ontweek zijn blik omdat ze niet wist wat ze daarop moest antwoorden. "En omdat je veel mooier bent als je lacht." Door die opmerking moest ze beginnen lachen, ondanks al haar verdriet. "Zie je wel! Je krijgt zo van die schattige kuiltjes." Hij wreef over haar wang, wat haar nog harder liet lachen. Toen draaide hij zich weer om en liep weer door het grasveld verder. Even leek Leyla om zich heen, maar ze zag niets dat ze herkende. Ze was dus verder gerend dan ze had gedacht.

"Oh trouwens, ik heb geen vriendje",riep ze hem nog na voor ze achter hem aanliep. En terwijl dat ze naar zijn rug keek, hield ze zichzelf voor dat alles wel in orde zou komen. Maar hoe kun je dat geloven als je je zo schuldig voelt?

A/N: Veel te laat, ik weet het, maar ik zit op dit moment in Spanje :). Zondag zat ik een hele dag in de auto en heb ik dus het grootste deel van de dag geslapen. Maandag hebben we van alles gedaan (waaronder een tocht met de kajak van 4u) waardoor ik ook geen tijd had om te schrijven. Maar ik had een lang hoofdstuk beloofd en dat is wat ik jullie ook wou geven, dus voila. Ik denkt trouwens dat dit een van de langste hoofdstukken is die ik ook geschreven heb :') (dit hoofdstuk bevat meer dan 1800 woorden, zonder deze autor's note).

Hier is het ook echt fantastisch, we hebben mooi weer en een groot zwembad. Spijtig genoeg geen knappe jongens maar die zou ik toch nooit verstaan hebben, hahah. Ik hoop dat jullie ook een beetje van jullie vakantie aan het genieten zijn en dan zie ik jullie volgende week zondag :)

En natuurlijk; likes en comments zijn altijd welkom ;)

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top