"Ahhhhh!!!!!"

Zodra ze de gil hoort, zit Eline rechtop in bed. Ze schudt Iris wakker. "Iris! Hoorde jij dat ook?" Iris opent haar ogen. "Watte?" Eline zucht. "Die gil! Waar kwam het vandaan?" Iris haalt haar schouders op, gaapt eens diep en gaat overeind zitten. "Laten we maar eens gaan kijken," bromt ze slaapdronken. Eline zucht en loopt naar buiten. Daar staan Manon, Zianne, Juna en Marianne al.
"Van wie kwam die gil?" vraagt Eline meteen. Zianne slikt. "Het... het klonk als Suzy."
Marianne slikt. "Dan zou ik maar uitgaan van het ergste..."
"Niet zeggen!" brengt Juna ertegenin. "Misschien... misschien stootte ze haar hoofd. Manon zucht. "Koppen dicht en doorlopen!"

Even later staan de detectives voor de tent van Anne en Suzy: "Suzy?" roept Zianne. Er komt geen reactie. Marianne begint aan het openen van het tentdoek, maar stopt halverwege en draait zich om. "Gaan jullie maar. Ik kan niet tegen dode kinderen." "Mar!" sissen Zianne en Juna in koor. Iris zucht en maakt de tent helemaal open. Suzy staat rechtop. Zianne rent op haar af en omhelst haar. "Goddank, je leeft nog..." brengt ze blij uit. Suzy blijft stil en staart. Zianne volgt haar blik en slaat haar hand voor haar mond.

Anne ligt dood in de tent.