18. Hogsmeade
Na een maand was het al tijd voor ons eerste uitstapje naar Hogsmeade. Buiten het treinstation ben ik er nog nooit geweest, of toch niet dat ik mij herinnerde. Charlie wel, hij had al een hele lijst gemaakt van dingen die hij mij wou laten zien. Gelukkig was ik in Amerika niet vergeten mijn vader te vragen om het formulier te ondertekenen.
'Onze eerste bestemming, de belangrijkste, Zacharinus Zoetwarenhuis!'
We wandelden met een groepje van zes richting het dorpje.
Vier Gryffindors 1 Ravenclaw en 1 Slytherin.
De stenen weg naar Hogsmeade kronkelde omlaag tussen de bomen. De geur van natte bladeren en koude, frisse herfstlucht vulde mijn neus. De zon piepte door de takken, en in de verte kon ik de daken van de huizen al zien. Schuine daken met rookpluimen die de lucht in kringelden. Mijn hart maakte een sprongetje. Ik had veel gehoord over Hogsmeade, vooral van de ouderejaars, maar nu zou ik het eindelijk zelf zien.
Het dorpje zag eruit als iets uit een prentenboek. Knusse huisjes met schuine daken, beslagen ramen waar je alleen een glimp van het licht binnenin kon zien, en bordjes die zachtjes heen en weer wiegden in de wind. De namen van de winkels waren met sierlijke letters geschreven. De Drie Bezemstelen, Zonko's Fopmagazijn, Madame Kruimelaars Theehuis... maar het meest opvallend was het kleurige uithangbord met de woorden "Zacharinus Zoetwarenhuis" in felrode letters.
'Kom op, Belle!' riep Charlie achterom. 'We hebben geen tijd om te dromen!'
Met een glimlach rende ik hen achterna. Binnen was het nog mooier dan ik me had voorgesteld.
De geur van suiker en versgebakken koekjes sloeg me tegemoet, zo sterk dat ik er bijna duizelig van werd. Rijen glazen potten stonden tegen de muur, gevuld met snoep in alle kleuren van de regenboog. Chocoladekikkers sprongen rond in hun doosjes, smekkies in alle smaken vulden een hele wand, en daar, midden in de winkel, stond een toren van honingratenkaramel die zo glinsterde dat het even leek dat het goud was.
'Ongelooflijk,' fluisterde ik terwijl ik langzaam ronddraaide. 'Hoe kies je hier ooit iets?'
'Niet kiezen,' zei Charlie met een grijns, terwijl hij al een zak vol toverde met smekkies, suikerspinspinnen en knalbonbons. 'Gewoon alles nemen.'
Ik grinnikte en liep naar een van de schappen. Mijn blik bleef hangen bij een doosje met zachte, donzige snoepbollen die constant van kleur veranderden. De etikettekst luidde: "Verwisselbollen – Elke hap, een nieuwe smaak!" Het klonk te leuk om te laten liggen, dus ik stopte een zakje in mijn mandje.
We waren nog druk bezig met het vullen van onze manden toen er een bekende stem klonk. 'Oh kijk eens aan, de grote avonturiers van de derdejaars!'
Ik draaide me om en zag twee oudere studenten van Slytherin tegen de muur leunen. Een van hen herkende ik. Damian Flint, een vijfdejaars die me vaker tijdens het avondeten een beetje te lang aankeek. Niet op de goede manier. De andere jongen kende ik niet, maar hij droeg het zelfde zelfverzekerde grijnsje.
'Wat sta je daar te gluren, Belle?' vroeg Damian lui. 'Alsof je hier nooit eerder bent geweest.'
'Dat ben ik ook niet,' zei ik rustig, terwijl ik me omdraaide en verder zocht naar mijn volgende lekkernij. Ik wist dat hij uit was op een reactie, maar ik zou hem die niet geven. Niet vandaag.
Charlie stond een paar meter verderop, druk met een discussie met de verkoper over welke smaak van knalbonbons het sterkst was. Hij had niets door. Maar de oudere jongens hielden me nog steeds in de gaten.
'Je zou wat meer met je eigen afdeling op moeten trekken,' mompelde Damian achter me. 'Misschien zou je dan niet zo verloren rondlopen.'
'Je bedoelt met jullie? Nee bedankt.' Mijn stem was kalm, maar ik wist dat hij me had gehoord. De grijns op zijn gezicht verdween.
'Wat zei je daar?' vroeg hij, langzaam naar voren leunend.
'Dat je me met rust moet laten,' antwoordde ik, nog steeds kalm. Ik voelde de spanning in mijn maag, maar ik gaf hem geen reden om verder te gaan. 'Ik heb wel betere dingen te doen dan luisteren naar jou grootspraak.'
Zijn ogen vernauwden zich, maar voordat hij iets kon zeggen, klonk er een schelle stem door de winkel.
'Flint! Als je nog iets aanraakt wat je niet koopt, zet ik je het winkel uit!' Het was de winkelier, een forse tovenaar met een paarse schort die met zijn toverstok naar Damian wees. Damian draaide zich met een ruk om, en ik zag hem iets mompelen tegen zijn vriend.
'Wat een held,' zei ik droogjes, terwijl ik mijn mandje verder vulde met knapperige karamelschijven. Mijn hart klopte nog steeds in mijn borst, maar ik deed alsof ik kalm was. Daar ben ik altijd al goed in geweest.
Even later stonden we buiten met volle zakken snoep. De koude lucht voelde fris na de overweldigende geur van suiker binnen. Charlie keek me aan met een scheve glimlach. 'Je had hem goed te pakken daarbinnen.'
'Ik had geluk,' zei ik schouderophalend, terwijl ik een Verwisselbol uit mijn zak haalde en hem in mijn mond stopte. Eerst smaakte hij naar aardbei, maar toen, halverwege het kauwen, veranderde de smaak naar citroen. Ik kon een verraste lach niet onderdrukken.
'Kom op,' zei hij, terwijl hij me een zacht duwtje gaf. 'De Drie Bezemstelen wachten op ons.'
De zon stond nu hoger aan de hemel, en Hogsmeade leek nog gezelliger dan toen we aankwamen. Kinderen liepen met warme koppen boterbier, een groepje vierdejaars stond buiten de De Drie Bezemstelen te praten en te lachen, en verderop hoorde ik het geluid van de deur van Zonko's Fopmagazijn die met een luide knal openvloog. Het voelde alsof ik in een andere wereld was gestapt. Een wereld waarin niets verkeerd kon gaan.
We liepen het dorp verder in, het grind knerpend onder onze schoenen. De lucht rook naar houtvuur, versgebakken taart en toverdrank. Ik nam nog een Verwisselbol in mijn mond, benieuwd naar welke smaak het deze keer zou zijn. Het bleek chocola te zijn.
Charlie draaide zich om en liep achteruit, met een brede grijns op zijn gezicht. 'Wat denk je tot nu toe, Belle?'
Ik keek hem aan, een glimlach op mijn gezicht. 'Ik denk dat ik hier nog vaak wil komen.'
Hij lachte en gooide een knalbonbon naar me, die ik maar net wist te vangen. 'Dat is het juiste antwoord.'
We liepen verder, samen met de rest van onze groep, onder het geklingel van winkeldeuren en het geroezemoes van stemmen. Dit was het soort dag dat je later nog onthoudt. Een dag die je niet snel meer loslaat.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top