39
"Vera! Oh we waren zo ongerust!" Zegt mijn moeder en ze omhelst me.
Ik glimlach vriendelijk naar haar en dan geeft mijn vader me een knuffel.
"Waarom ben je niet naar huis gekomen?" Vraagt hij.
Ik kijk Nick aan.
"Ik was vergeten u te bellen, ze is met mij mee gegaan omdat Emiel haar bedreigt heeft en ze hier veilig is." Zegt hij.
Ik kijk even naar hun reacties.
Ze kijken me aan.
"Die jongen die op je diploma uitrijking?" Vraagt mijn vader.
Ik knik.
"Oh maar dat is goed, stuur zijn nummer even door wil je." Zegt hij en ik hoor zijn toon veranderen.
Ik stuur direct het nummer door naar mijn vader en mijn vader gaat naar buiten en ik zie heb bellen.
Ik kijk Nick nerveus aan.
Wat zal hij zeggen?
Nick kijkt me aan en hij pakt mijn hand vast.
"Rustig." Sust hij.
Ik knik.
"Waar kennen jullie elkaar van?" Vraagt mijn moeder.
Ik kijk haar aan en ik laat een lachje horen.
"Nou, Emiel en ik spraken af in een cafeetje en Emiel nam Nick mee. Uiteindelijk bracht Nick me thuis." Zeg ik.
Ze fronst.
"Hoezo? Wat was er met Emiel dan?" Vraagt ze.
"Die moest eerder weg. Voor zijn werk." Zegt Nick nog voor ik iets kan zeggen.
"Oke, jammer. Ik mocht Emiel wel." Zegt ze.
Ik rol met mijn ogen.
Ik mocht hem ook, maar na al dat wat er is gebeurt is hij niet meer te vertrouwen.
"Zeg, even tussen twee haakjes. Morgen ga je gewoon naar school." Zegt mijn moeder.
Ik knik en ik kijk naar buiten.
Mijn vader gaat flink tekeer en zijn non-verbale taal is nog erger.
Hij zwaait met zijn vuisten in het rond en hij kijkt extreem boos.
Heel vaag kunnen we hier horen wat hij zegt.
"Luister mannetje, de volgende keer als jij mijn dochter bedreigt zal ik eens even langs komen bij je." Zegt hij dreigend.
Hij meent het.
Hij doet het.
En hij zal niks van hem over laten.
Ik haast me naar buiten en Nick komt achter me aan.
"Pap." Zeg ik.
Mijn vader kijkt me aan en hangt op.
"Klootzak. Ik wil niet dat je nog met hem omgaat en je gaat meteen met je moeder mee naar huis en morgen kom je naar mij." Zegt hij streng en hij loopt langs ons naar binnen.
Nick legt zijn hand op mijn onder rug en ik kijk hem verward aan.
Hij kijkt me aan.
"Het komt wel goed, ik beloof het." Zegt hij geruststellend.
Als ik bij mijn vader ben hoef ik nergens bang voor te zijn.
Hij is zesenveertig en hij doet nog steeds vier a vijf keer per week actief kickboksen.
Op hoog niveau.
"Wil je met me mee naar mijn moeders huis? Alsjeblieft." Vraag ik hem zacht.
Hij knikt.
"Voor jou doe ik alles." Zegt hij.
Ik kijk weg.
Ik wil niet dat hij alles voor me doet of overheeft.
Dat ben ik niet waard.
--
Ik ben in Nicks kleren mee gegaan, die van mij waren nog niet uitgewassen.
Nick is net weg. Hij bleef eten en is tot ik naar bed moest gebleven.
Nu lig ik op mijn bed, in een doodstille kamer, alleen.
Ik lig wat te draaien en ik val maar niet in slaap.
Mijn hoofd is te druk met zich zorgen maken over dingen die totaal niet belangerijk zijn op dit moment.
Als ik iets hoor kraken trekken al mijn spieren samen en kijk ik paniekerig mijn kamer rond.
Ik kijk stilletjes onder mijn bed maar nergens is iets of iemand te bekennen.
Zo ga ik nooit kunnen slapen.
Ik ga weer terug in bed liggen en ik kalmeer mezelf een beetje.
Ik neurie zacht een liedje wat ik in mijn hoofd heb zitten, zo denk ik aan niks anders dan de tekst van het liedje.
Maar als de vloer naast mijn bed kraakt staan al mijn spieren strak en ik kijk weer rond, nog steeds neuriënd.
Ik zie in de schaduwen iets bewegen en ik staar er met grote ogen naar.
Mijn hart gaat flink tekeer en ik stop met ademhalen.
Ik zie twee ogen me aankijken en ik schiet overeind.
Er klinkt een belletje naast me, mijn kat.
Hij klimt bij me op bed en ik aai het beestje, starend naar hetgeen wat mij aanstaart vanuit het donker.
Mijn handen trillen en zijn bezweet.
"Ha-hallo?" Vraag ik zacht.
De ogen knipperen en het gedaante beweegt.
Ik kruip naar achter en ik hou mijn kat vast.
"Wie is daar?" Vraag ik.
"Veronica." Zegt het gedaante en ik stop abrupt met het beestje tegen me aanklemmen.
De kat springt van het bed en loopt naar Emiel toe.
Ik kijk hem met grote en bange ogen aan.
Wat gaat hij doen?
Wat wilt hij van me?
Hoe is hij hier gekomen?
Hoelang is hij hier al?
Allemaal vragen die ik niet ga stellen.
"Waarom?" Is het enige wat ik uit mijn keel krijg.
Hij loopt naar me toe.
"Sta op." Beveelt hij.
Ik schud mijn hoofd.
"Sta op." Sist hij en hij trekt me uit bed.
Ik val en ik kom pijnlijk op mijn knie terecht die begint te bloeden.
"Vera?" Hoor ik mijn moeder roepen.
"Zeg dat er niks is." Sist Emiel.
"Er is niks mam, ik struikelde." Roep ik terug.
Emiel raapt me op en sleurt me mee door de gang heen.
Ik loop hinkend achter hem aan en ik twijfel of ik mijn moeder moet roepen, ze is toch wakker en haar vriend kan Emiel waarschijnlijk... nee, Emiel is te sterk.
Hij trekt me mee naar beneden.
"Ga je naar de wc?" Vraagt mijn moeder.
Ze staat bovenaan de trap en nu pas merk ik dat Emiel weg is.
Ik kijk zoekend om me heen en dan zie ik hem om het hoekje staan waar mijn moeder hem niet ziet.
"Nee, ik ben net klaar." Zeg ik en ik loop naar boven met mijn pijnlijke knie.
Ik kijk vanuit mijn ooghoeken naar een pissige Emiel.
"Mag ik bij jullie slapen mam?" Vraag ik.
"Hoezo?" Vraagt ze.
"Het is zo donker en stil op mijn kamer." Mompel ik.
En Emiel is in dit huis en hij wilt me meenemen alleen kan ik dat niet tegen je zeggen want dan wordt hij woedend.
Ik pak snel een blaadje en ik begin te schrijven.
"Wat doe je?" Vraagt mijn moeder.
Ik zeg niks en ik laat haar het blaadje lezen.
-Emiel is hier hij is beneden verstopt voor jou.-
Heb ik geschreven.
Mijn moeder kijkt me aan en lacht.
"Vera, er is hier niemand. Ga naar je kamer en neem de hond maar mee als je bang bent." Zegt ze en ze loopt naar haar kamer.
Ik ren naar mijn kamer en ik sluit de deur en ik draai hem op slot.
Ik schuif er een kast voor en ik kijk naar mijn hond die me aankijkt alsof ik gek ben.
Misschien wel, maar ik ben niet van plan om Emiel me mee te laten nemen.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top