Klimopkit werd wakker. Het was al weer twee manen verder en er was in het kamp een kleine uitbraak van Groenhoest geweest maar Nachtwolk had het snel onder controle. ze zag dat ze alleen met haar moeder was, ze vroeg zich af waar de rest naartoe was. 'Gelukkig, je bent wakker. Forelkit en graskit woden vandaag poten en ik denk dat jij er wel bij wilt zijn.' Klimopkit sprong meteen op en rende naar de uitgang van de kraamkamer. toen ze buiten kwam zag ze Kleinoor al zitten. Naast haar zaten Roodkit, Lichtkit en de twee kittens van Kleinoor, Frambooskit en Roetkit, de derde, Vlamkit, was na de geboorte overleden. Waarschijnlijk doordat Kleinoor al verzwakt was door de Groenhoest uitbraak en ze ook nog eens voor de eerste keer kittens kreeg. Klimopkit sloot zich bij haar broer en zus aan. Dauwsprong kam er ook bij. 'Kom, dan gaan we luisteren naar wat Streepster te vertellen heeft.' Klimopkit ging lekker bij haar moeder liggen om naar haar vader te luisteren. 'beste Stam der Hemelen, beste Stam van het Woud. Jullie hebben gezien hoe zwak de andere Stammen ons zagen. Door nieuwe Leerlingen te benoemen lijken we weer sterk. Graskit, tot je jouw krijgersnaam hebt ontvangen zul je bekent staan als Graspoot, Vlekloof zal je mentor zijn. Vlekloof! je hebt goed getraind nadat jou kittens poten waren geworden. Zul jij Graspoot trainen en alles leren wat jij hebt geleerd?' Klimopkit zag dat Vlekloof even moest slikken. 'jazeker, ik zal alles aan Graspoot leren.' Ondertussen zat Graspoot trots in het rond te kijken; Bah! hij moet altijd maar trots zijn en zichzelf boven anderen kiezen, dacht Klimopkit. ze zag dat Vlekloof haar kop op die van haar nieuwe leerling legde en dat Graspoot de schouder van zijn mentor likte. 'Forelkit, tot jij jouw krijgersnaam hebt ontvangen zul je bekent staan als Forelpoot, Distelpels zal je mentor zijn. Distelpels! je hebt Roosneus tot een goed krijger gemaakt. Zul jij Forelpoot ook zo trainen en alles leren wat je weet zoals je dat Roosneus hebt geleerd?' de witte poes was alvast naast haar nieuwe leerling gaan staan. 'dat zal ik zeker doen, hij zal een waardevolle krijger worden.' en ook Distelpels legde haar kop op die van Forelpoot en hij likte de schouder van zijn mentor. je zag de hele stam vrolijk worden ze sprongen op en riepen de namen van de nieuwe poten. 'Graspoot! Forelpoot! graspoot! Forelpoot!' Klimopkit zag Roodstaart op haar kittens afrennen om ze te feliciteren. daarna kwamen de nieuwe poten en hun moeder naar hun toegelopen. 'dag Klimopkit, Roodkit, Lichtkit, Frambooskit en Roetkit, we zullen elkaar nog wel eens zien maar nu slapen we in een ander hol.' Klimopkit zag dat ondertussen dat Roodstaart afscheid nam van Dauwsprong. 'ik zal je ook missen hoor Forelkit oeps, Forelpoot.' ze kreeg en stomp van Lichtkit die naast haar stond. 'En jou natuurlijk ook, Graspoot.' voegde ze er snel aan toe. toen liepen ze weg en riep Dauwsprong hem om naar binnen te komen. 

Klimopkit had dorst en ging dus bij haar moeder liggen. ze zag Roodkit naar Nachtwolk rennen en Lichtkit liep met Frambooskit en Roetkit naar het speelhol. 'mama?' Dauwsprong keek op. 'Wat is er kleintje?' 'zou jij alles voor mij en de rest van de familie doen?' nu hopen dat ze ja zegt, want anders vraag ik het wel aan papa. 'maar natuurlijk kleintje, ik zal er altijd voor je zijn.' Klimopkit wist niet meer wat ze moest zeggen. 'dan beloof ik dat ook. Mag ik nu drinken?' haar moeder glimlachte. 'Natuurlijk lieverd,' en klimopkit kroop dicht tegen haar moeder aan. Klimopkit hoorde een stem in haar hoofd. 'je hebt een bijzondere stap gezet Klimopkit, je zult je je hele leven hier aan houden.' ze vroeg zich af wat het was maar zei niets. toen ze klaar was met drinken ging ze naar Lichtkit.

'Hallo Lichtkit, hallo Frambooskit en Roetkit. wat zijn jullie aan het doen?' het was Frambooskit die het woord nam, 'Lichtkit is een Moeras stam krijger en wij gaan haar aanvallen!' Klimopkit verlangde er nu echt naar om een poot te worden, en om rond te rennen door het hele terretorium. Ze kreeg ineens een idee, maar dan moesten Frambooskit en Roetkit wel weg. 'Frambooskit, Roetkit, willen jullie niet een verhaal van de oudsten horen?' de twee jongste kittens keken elkaar even aan en sprongen toen om Klimopkit heen. 'Ja! Leuk! Waar zijn de oudsten?' riep Frambooskit. 'Loop maar met mij mee, dan laat ik hun hol zien.' ze liep langs Lichtkit en fluisterde, 'wacht hier op mij en Roodkit.' ze zag nog net dat haar zus knikte en dat ze ging doen alsof ze iets aan het zoeken was. 

'kijk, hier is het hol van de oudsten.' Klimopkit kroop achter haar holgenoten aan het oudstenhol in. 'Welkom kleine kittens, jullie zijn de kittens van Kleinoor, toch?' hoorde ze de stem van Honingval. 'Inderdaad, ik moet weer gaan. Kunnen jullie Frambooskit en Roetkit vermaken?' Honingval knikte naar haar en ze stapte het hol weer uit. Op naar Roodkit, dacht ze. Eenmaal bij het medicijnhol aangekomen liep Roodkit naar buiten. 'hoi Klimopkit, ik wilde je net gaan zoeken.' en hij liep alvast door. 'Ik ging jou ook zoeken! kom met me mee naar Lichtkit, ik heb wat leuks bedacht.' Roodkit knikte en ze liepen samen de heuvel weer op.

toen ze in de speelkamer waren aangekomen legde Klimopkit haar idee uit. 'Zien jullie die wandjes van dit hol?' haar nestgenoten knikte. 'Ik had bedacht om hier proberen op te klimmen, en dan zijn we buiten. Dan kunnen we eindelijk het bos ontdekken!' ze merkte dat de moederkatten de laatste zin hadden kunnen horen. 'Jullie gaan toch niet het kamp uit proberen te glippen, toch?' hun moeder keek bezorgd om het hoekje van het holletje. 'Nee hoor mama, we waren aan het fantaseren over als we eindelijk poten zouden zijn, en dat we dan het bos in gingen, dat Roodkit kruiden gaat zoeken en dat Lichtkit en ik met hem mee gingen om te jagen!' en de kleine kitten liet zich in, iets wat op een sluiphouding leek, zakken. Dauwsprong lachte een beetje om het hoofd van haar andere twee kittens. 'Dan is het goed kleintjes, maar tot jullie poten zijn lekker in het kamp blijven.'  de drie kittens knikte naar hun moeder en die draaide zich weer om en begon weer te kletsen met Kleinoor. 'En? Werken jullie mee aan het plan?' vroeg Klimopkit nu op fluistertoon. haar broer en zus knikte en ze probeerde alvast op de zandwand naar boven te klimmen, zonder succes. ze wilde het nog een keer proberen toen ze werden geroepen door hun moeder. 'morgen gaan we door,' wist ze nog net te fluisteren. Klimopkit liep naar haar moeder, ging liggen en viel in slaap.