hoofdstuk 1
'Streepster! Roodkit heeft zijn oogjes nog steeds niet open!' de rode kater komt de gang in gelopen. 'ik haal Nachtwolk wel.' en toen was hij weer weg. 'mama, ik wil naar buiten! net als Graskit en Forelkit. en Lichtkit wil ook mee!' ze moets even lachen om het "boze" gezicht van Klimopkit. 'lieverd, vamiddag mag je naar buiten, dan word je voorgesteld aan de Stam samen met Lichtkit en Roodkit. en daarna mag je elke dag naar buiten' het kleintje wilde nog commentaar leveren maar nachtwolk kwam binnen en toen had haar moeder geen aandacht meer voor haar. 'heeft Roodkit zijn oogjes nog niet open Dauwsprong?' de witte moederkat keek op. 'ja, ik ben best wel bezorgd om hem. en hij word vammidag gepresenteerd aan de stam.' Nachtwolk zoekt tussen de kruiden die ze mee heeft en loopt naar Roodkit. 'ik geef hem een beetje...' ze kon haar zin niet afmaken want ze keek recht ik twee heldere blauwe ogen. 'hij heeft het toch niet nodig. zij ogen zijn open.' Dauwsprong keek heel blij op. 'hij heeft echt de ogen van zijn vader! Nachtwolk, zou je Streepster willen halen?' 'natuurlijk Dauwsprong.' en de medicijnkat was weg. 'mogen we dan nu naar buiten omdat Roodkit zijn ogen open heeft?' 'misschien, dat ga ik met jullie vader bespreken.' 'en ik denk dat het wel kan' zei een lage stem vanuit de gang. 'Streepster! wat fijn dat je er bent' en de kater kwam nu echt uit de gang lopen. 'ik hoorde dat mijn zoon mijn ogen heeft' 'papa!' en Lichtkit en Klimopkit rende op Streepster af. 'denk je dat we ze kunnen presenteren?' Streepster schudde zijn dochters van zich af. 'ik denk dat nu het beste moment is want er gaan straks jachtpatrouiles vertrekken.' Dauwsprong dacht even een paar seconden na. 'roep je Stam dan maar bij elkaar, ik kom zo' Streepster knikte en liep het hol uit. 'mogen we naar buiten?' en klimopkit stond al bij de uitgang. 'nee, eerst moet je nog gewassen worden. jij en Lichtkit hebben jullie weer vies gemaakt. wie gaat er eerst?' 'ike!' en Lichtkit liep snel naar haar moeder toe. 'nu jij Klimopkit.' 'nee!' maar Dauwsprong had haar al vast gegrepen. 'wil je soms dat de Stam denkt dat ik mijn kits niet verzorg?' toen werd ze maar stil en liet zicht wassen. toen ze klaar was kwam Nachtwolk aan lopen. 'ik moet die rode kater meenemen toch?' 'ja Streepster komt straks ook om Lichtkit mee te nemen omhoog.' en toen luisterde Dauwsprong en Nachtwolk naar wat Streepster tegen de Stam zei. 'beste Stam van het Woud. Beste Stam der hemelen. ik Streepster, Leider van de Stam van het Woud, precenteer hier met trots 3 nieuwe kittens. de moeder is Dauwsprong en de Vader ben ik.' en hij liep snel naar de kraamkamer, pakte zijn jongste Dochter op en liep achter Dauwsprong aan de heuvel weer op. Nachtwolk liep achter Streepster aan en ze zetten alle drie hun kitten op de richel en Dauwsprong begon te praten. 'beste Stam van het Woud. Beste Stam der Hemelen. ik wil u graag voorstellen aan onze oudste kitten.' en Streepster hield Klimopkit in de lucht. 'dit is Klimopkit, een poesje en de oudste uit het nest. ze is vernoemd naar haar groene ogen.' Streepster zet haar weer neer. 'nu wil ik u graag voorstellen aan ons tweede kitten.' nu pakte Streepster Lichtkit op. 'dit is Lichtkit, een poesje en ze is als tweede geboren. ze is vernoemd naar haar lichtrode vacht.' en hij zet haar ook weer neer. 'en als laatste wil ik jullie voorstellen aan onze laatste kitten, deze is heel zwak dus we hopen dat hij zicht niet al te snel bij jullie aansluit.' en Streepster pakte Roodkit op. 'dit is Roodkit, een katertje en de jongste van het nest. hij is vernoemd naar zijn rode vacht.' toen Streepster ook Roodkit had neergezet, begon de Stam hun namen te roepen. 'Klimopkit!, Lichtkit!, Roodkit!' toen ze terug in de kraamkamer waren kwamen ook Roodkits eerste Woordtjes. 'mama? zijn dat allemaal jou kittens?' ze moest even lachen. 'nee lieverd, jullie zijn mijn eerste kittens.' Roodkit keek haar vragend aan 'maar ze zijn zo klein. jij bent de enige grote.' 'dat lijkt maar zo lieverd. de meeste zijn zo groot als ik.' nu keek hij alsog hij iets verkeerd had gedaan. 'o' 'ga maar even naar buiten als je dat wil.' hij keek even bedenkelijk. 'nee, ik wil drinken' Dauwsprong was helemaal blij vanbinnen. dit was al een hele grote vooruitgang want sinds de geboorte heeft hij maar een klein slokje genomen. 'dat is goed lieverd, kom maar gezellig bij mij ligen.' ik ben echt trots op mijn kittens. en zeker nu de laatste ook wil drinken. Ik weet zeker dat ik nog meer kittens ga krijgen. Met Streepster.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top