Hoofdstuk 3
POV Hulstbloem
Met gehavende vacht kwam de poes het kamp binnen. Haar vacht zat onder opgedroogde bloed van Stormklauw. Schaduwpoot en Mistpels keken met grote ogen naar haar toe.
''Hulstbloem?'' miauwde Mistpels. ''Je bent lang weggeweest, waar was je?''
Hij had een geschrokken uitdrukking op zijn gezicht toen hij bloed rook.
''Waarom ruik ik bloed?''
Schaduwpoot stoof naar voren en keek Hulstbloem onderzoekend aan.
''Wie was die kater?'' vroeg ze nieuwsgierig. ''Mistpels heeft gelijk, je ruikt naar bloed.''
Hulstbloem kromp een beetje ineen.
''Ik was gaan jagen bij de grens van de WolkClan toen ik Stormklauw ,de commandant van de WolkClan zag. Hij rende het donderpad over en werd geraakt door een monster toen hij de konijn ving. Daarna sleepte ik hem weg van het donderpad en nam hem terug naar zijn kamp.''
Ze stopte eventjes, zwiepte met haar staart en keek vastberaden met glinsterende ogen naar Mistpels.
''De WolkClan staat nu bij ons in het krijt.''
Mispels ogen begonnen te glinsteren, nadenkend knikte hij.
''Je hebt gelijk''
''Maar waarom zou je de commandant van de WolkClan helpen?'' vroeg Schaduwpoot.
Hulstbloem knikte naar Schaduwpoot.
"Elke kat verdient het leven, ook al is het noch slecht noch goed. SterrenClan leidde mij daar heen zodat ik Stormklauw zou zien en kunnen helpen"
Ze wou haar Clangenoot niet laten denken dat ze ontrouw was aan haar Clan.
Schaduwpoot knikte ook, begrijpend.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top