Hoofdstuk 16

Grondpoot trippelde verveeld achter Keverhart, Botpels en Asstaart aan.

"Waar gaan we ookal weer heen?" Mompelde Grondpoot. Ze had helemaal niet opgeled toen Keverhart vertelde wat ze gingen doen.
"We gaan naar het open veldje on te zien hoe goed je kan jagen" miauwde Keverhart.
"Oh" antwoordde Grondpoot droogjes.

"Hier is het open veldje" miauwde Asstaart.
"En nu?" Vroeg Grondpoot.
"Ga opzoek naar prooi en vang het!" Bromde Botpels alsof het logisch was.
"Mwoké" mompelde Grondpoot. Ze keek om zich heen. Misschien bij die boom daar. Er liggen veel eikels dus en zijn vast wat knaagdieren!

Grondpoot trippelde naar de boom. Ze spitste haar oren en ving het geluid van een muis op. Het muisje was opzoek naar eten. Er is niet genoeg beschutting om dichterbij te sluipen, dacht Grondpoot, ik moet gewoon heel snel zijn en dan vang ik hem misschien.

Grondpoot schoot met uitgestrekte poten naar voren. De muis piepte bang en maakte zich klaar om weg te rennen, maar Grondpoot sloeg snel haar klauwen in het vel van de muis. Ze doodde het beestje snel en begroef hem naast de boom.
"Goedzo!" Riep Keverhart. Botpels en Asstaart leken minder onder de indruk. "Ga nu maar iets groots vangen. Zelfs een kitten kan een muis vangen" snauwde Botpels. De dikke staart van de oude, magere poes sloeg geïrriteerd heen en weer. Dat was niet bijzonder bij Botpels. Ze was nooit in een goede bui.

"Goed dan, ik vang een vogel" miauwde Grondpoot. Hopelijk lukt het... Grondpoot trippelde verder het bos in. De rest van de groep bleef bij de open veldje.

Grondpoot stond meteen stil toen ze een vogel op een lage tak zag zitten. Ze sloop voorzichtig naar voren. Onder haar kraakte een blaadje, maar de vogel hoorde het gelukkig niet. Toen Grondpoot dichtbij genoeg was nam ze een aanloop en sprong ze omhoog.

De vogel had Grondpoot meteen door. Het beestje vloog snel weg. Grondpoot sloeg haar klauwen in het schors van de lege tak. De tak brak onder Grondpoot's gewicht en Grondpoot belandde op haar rug op de grond.

De klap van de val sloeg al Grondpoot's adem uit haar longen. Grondpoot krabbelde overeind en hapte naar adem. Help! Ze wilde om hulp roepen, maar dat lukte niet. Grondpoot sloot haar ogen. Rustig ademen. In... uit... dacht ze. Na een tijdje kalmeerde Grondpoot en kon ze weer goed ademen. Ze had geen zin meer om te jagen. De zandkleurige leerling besloot terug te gaan naar de groep.

Grondpoot hoorde recht voor zich geschreeuw. Het was Keverhart. Wat gebeurd er?! Grondpoot rende snel op het geluid af.

Grondpoot sprong een bosje in. Keverhart was in gevecht met een zilvere poes. De poes sloeg Keverhart over zijn neus. Keverhart blies woedend naar haar en dook naar voren. Hij zette zijn tanden in de voorpoot van de poes. Er kwam bloed uit. Keverhart haalde toen zijn klauwen over het gezicht van de poes. De poes krijste van de pijn, maar gaf niet op. Ze sprong onverwachts bovenop Keverhart en boorde haar klauwen in zijn vacht. Keverhart schudde wild heen en weer, maar de poes hield stevig vast. Grondpoot wilde net haar mentor te hulp schieten, maar toen herkende ze de poes. Het was Zilversteen!

"Hé, stop!" Riep Grondpoot. Achter zich hoorde Grondpoot pootstappen rennen. Botpels schoot langs Grondpoot heen de bosjes uit. Ze botste tegen Zilversteen aan. Zilversteen viel van Keverhart af en krabbelde snel overeind. Botpels beet in Zilversteen's staart. Zilversteen sloeg nog een laatste keer met haar klauwen naar Botpels, maar ze miste. Daarna vluchtte de Donderclan krijger het bos in.

"Hoe komt zij hier?" Vroeg Keverhart en hij likte zijn voorpoot. Er zat wat bloed op, Grondpoot had geen idee of het van Zilversteen of van hem was. "We zijn veel te ver. Volgens mij zijn we helemaal bij het Donderclan territorium" gromde Botpels. Keverhart stopte met likken.
"Ze gaat vast meer krijgers halen!" Riep hij.
"Ja, we moeten hier weg" besloot Botpels. "Grondpoot, kom de bosjes uit!" Riep ze daarna boos. Grondpoot kwam langzaam uit haar schuilplek.

"Waarom hielp je Keverhart niet?" Vroeg Botpels.
"Ik wilde hem helpen, maar toen kwam jij ineens!" Verdedigde Grondpoot zichzelf.
"Je stond daar volgensmij al een tijdje naar het gevecht te kijken" kaatste Botpels.
"Botpels," miauwde Keverhart, "als Grondpoot zegt dat ze wilde helpen dan is dat zo. Je moet niet zo twijfelen aan mijn leerling, ze weet wat ze doet." Botpels sloeg met haar staart en liep weg.
"Waar is Asstaart?" Vroeg Grondpoot. "Wie weet. Misschien is hij al terug" miauwde Keverhart. "Was je bang voor die poes?" Vroeg hij daarna.
"Nee!", riep Grondpoot, "Ik wilde je echt helpen! Als Botpels niet zomaar op kwam dagen zou ik die poes wel hebben weggejaagd!" Dat laatste was natuurlijk gelogen.
"Kende je haar?" Vroeg Keverhart.
"Nee..."
"Dus ze is niet van de Donderclan?"
"Nee, anders zou ik haar kennen"
"Goed, laten we naar het kamp gaan en het aan Renster melden" miauwde Keverhart.
"Wacht, we moeten eerst mijn muis ophalen!" Riep Grondpoot.
"Oké, laten we dat doen" miauwde Keverhart. Grondpoot volgde hem naar de boom. Zilversteen zou toch niet ernstig gewond zijn? Ik had haar moeten helpen. Ik had Keverhart moeten stoppen. En Botpels ook.

Grondpoot rolde zich in haar nest op. Het enige goede aan de Zandclan was dat ze een lekker zacht nest had. Ze had veel veren van Keverhart gekregen. Rietpoot lag aan de andere kant van het hol. De kitten leek nog niet te slapen. "Hé" miauwde Grondpoot. Rietpoot keek haar aan.
"Wat?" Vroeg hij.
"Je vindt het niet leuk om leerling te zijn, of wel?" Vroeg Grondpoot.
"Nee. Het is teveel werk. Ik wil gewoon met de andere kittens spelen!" Miauwde Rietpoot vel. Misschien moet ik hem mee naar de Donderclan nemen...
"Zou je mee willen naar een andere clan?" Vroeg Grondpoot voorzichtig. "Ja!" Riep Rietpoot meteen.
"Oké, dan ontsnappen we samen. Maar niet nu. Het kamp wordt in de nacht té goed bewaakt. We moeten overdag vertrekken" legde Grondpoot uit.
"Morgen?" Vroeg Rietpoot.
"Nee, we moeten eerst een plan hebben" miauwde Grondpoot. Rietpoot knikte.
"Misschien kunnen we dan ook opzoek naar mijn moeder?" Vroeg hij nadat het een tijdje stil was.
"Wie is je moeder?" Vroeg Grondpoot. "Ze heette Snoesje" miauwde Rietpoot. Grondpoot kon bijna haar lach niet inhouden.
"Snoesje? Wat is dat nou voor vreemde naam?" Proestte Grondpoot.
"Hé! Het is niet grappig" bromde Rietpoot. "Ik werd door een paar Zandclan krijgers megenomen. Mijn moeder probeerde me nog terug te halen maar toen de krijgers haar aanvielen, vluchtte ze" legde de jonge leerling uit. Grondpoot zweeg. Ze had meteen spijt dat ze moest lachen. "Weltruste" murmelde Rietpoot opeens.
"Slaap lekker" antwoordde Grondpoot. Ze rolde zich op en viel in slaap.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top