🌀Ik raad je aan eerst mijn andere Warrior Cats boeken (Warrior Cats Blauwe Ogen, Warrior Cats Groene Ogen, Warrior Cats Gele Ogen en Warrior Cats Bruien Ogen, Warrior Cats Regenstorm) te lezen want anders snap je het verhaal misschien niet.

Veel leesplezier :D🌀

"Nee, je gaat niet mee!" Riep Bladneus. "Waarom niet?" Zeurde Zonpoot. Ze snapte niet waarom ze niet met Bladneus mee mocht naar Maanpoel. Bladneus ging naar Maanpoel om met de Sterrenclan te praten. Misschien wist de Sterrenclan wel wie de nieuwe leider van de Donderclan kon worden.

Bladneus zuchtte. "Het is te gevaarlijk! We hebben ruzie met de Windclan en ik wil niet dat je gewond raakt!" Legde hij uit. "Je gaat toch niet alleen naar Maanpoel? Uilklauw en Grasvoet gaan mee, ik kan er heus wel bij!" Protesteerde Zonpoot. "En wie let er dan op de clan?" Vroeg Bladneus. Even was het stil. "Gifpoot natuurlijk. Je vindt hem toch zo geweldig? Hij kan hier best blijven en voor de gewonden zorgen!" Snauwde Zonpoot. Bladneus staarde haar alleen maar aan.

"Wanneer ga je nou eens aardig doen tegen Gifpoot?" Vroeg Bladneus na een tijdje. "Als hij normaal tegen mij praat. Trouwens, ik ben al best aardig tegen hem. Het enige aardige dat hij ooit tegen mij heeft gezegt, is 'hoi'." Dat was waar. Gifpoot was nooit echt aardig tegen Zonpoot, maar het was niet alsof Zonpoot wel aardig tegen hem was.

"Je gaat niet mee, ik ga me niet bedenken dus je kan zoveel praten als je wil maar ik verander niet van gedachten" besloot Bladneus. Hij pakte was kruiden en schoof het voor Zonpoot's neus. "Hier, je kan best praten en werken tegelijk."

Met een zucht begon Zonpoot de kruiden te sorteren. "Wat is dit?" Vroeg Bladneus en hij hield een blad omhoog. "Wat is dit en waar is het voor?" Vroeg hij opnieuw. Zonpoot bekeek het blad goed.

"Dat zijn paardenbloem blaadjes, je geeft het aan katten om ze te kalmeren" miauwde Gifpoot, die net langs liep. "Wist je niet, hè Zonpoot?" Voegde hij er op een irritante toon aan toe. Toevallig wist ik het wel, maar jij moest zo nodig alles weer verpesten!Zonpoot besloot hem te negeren.

"Goed, wat is dit, Zonpoot?" Bladneus hield een wortel omhoog. "Dat is klitwortel!" ,Riep Zonpoot snel voordat Gifpoot iets zou zeggen, "Het helpt tegen rattenbeten en infecties." Gifpoot was inmiddels naar buiten gegaan, waarschijnlijk om iets te eten. "Ik ga prooi pakken, ga jij maar door met sorteren" miauwde Bladneus en hij verliet het hol. Zonpoot ging rustig door met kruiden sorteren.

***

"Oke, Zonpoot, ik ga" riep Bladneus. De medicijnkat stond voor het Medicijnhol. Zonpoot trippelde naar haar mentor toe. "Oke, succes en wees voorzichtig" miauwde ze. "Succes" mompelde Gifpoot. Bladneus knikte. "Jullie ook succes, het zal onwaarschijnlijk zijn dat er iemand gewond raakt maar als dat gebeurt weten jullie wat je moet doen" mauwde hij. Zonpoot knikte. "De clan js veilig bij ons" snorde ze. "Doei" zei Bladneus nog éen keer. Hij draaide zich om en vertrok met Uilklauw en Grasvoet.

Zonpoot staarde haar mentor na. De zon ging al naar beneden. Nog even wachten... dacht ze. Na een tijdje sprong Zonpoot op. Niemand stond bij de doorntunnel. Zonpoot greep haar kans. Ze glipte snel het kamp uit, voordat iemand het kon zien.

De pootstappen van Bladneus' patrouille was duidelijk te zien in de modder die er door de regen was. Zonpoot volgde de voetsporen. Uiteindelijk kwam ze bij de Windclan grens aan. De voetsporen stopten. Zonpoot keek zoekend om zich heen. Opeens hoorde ze Uilklauw's stem. Snel dook ze achter een bosje. "We moeten wel over het Windclan territorium" miauwde Bladneus. "Goed dan, we gaan wel, maar als een patrouille ons terug stuurt gaan we meteen terug!" Besloot Uilklauw. De Donderclan katten vervolgden hun reis. Zonpoot wachtte even voordat ze volgde.

Zonpoot drukte zich plat tegen de grond. Het was moeilijk om je hier te verstoppen, in de open weide. Zonpoot wachtte tot de groep katten achter een heuvel verdwenen was. Ze sprintte weer een stuk naar voren en wachtte weer tot de groep achter een heuvel verdwenen was. Zo ging het door. Het ging best wel langzaam, en Zonpoot had zin om naar de groep te rennen en ze te vertellen dat ze door moesten lopen.

Zonpoot dook net weg toen ze in de verte een groep katten zag. Zonpoot wist meteen dat ze van de Windclan waren. Zonpoot bespiedde de Windclan patrouille terwijl ze zich tegen het gras drukte. De Windclan katten hadden haar gelukkig niet gezien. Zonpoot zuchtte opgelucht. De Windclan patrouille leek net weg te lopen van Zonpoot en de groep Donderclan katten. Toen stonden ze opeens stil. Ze draaide zich snel om en rende in de richting van de Donderclan patrouille.

Zonpoot slikte. Ik ben veel eerder bij Bladneus en de rest. Ik kan erheen rennen om ze te waarschuwen. Het maakte Zonpoot niet uit dat Bladneus erachter zou komen dat Zonpoot hem volgde. De veiligheid van haar clangenoten was te belangerijk. Dan kreeg ze maar straf.

Zonpoot sprong op en sprintte zo snel ze kon naar Bladneus en de rest. De Windclan katten waren nog best ver, en Zonpoot kon sneller rennen dan ze dacht. De Windclan patrouille zag op dat moment Zonpoot over de heide rennen. Ze draaide zich in de richting van Zonpoot en rende op haar af.

"Help!" Gilde Zonpoot schor. Bladneus, Uilklauw en Grasvoet draaide zich allemaal met een ruk om. Zonpoot kon in de verte de boze blik van haar mentor zien. Uilklauw en Grasvoet waren meer verbaasd dan boos. Zonpoot rende zo hard ze kon. Ze kwam glijdend tot stilstand, recht voor Bladneus.

"Wat doe je hier?!" Riep de medicijnkat boos. "Ik- de Windclankatten komen!" Riep Zonpoot en ze draaide zich om. De heide was leeg.

"Jullie zagen ze wel, toch?" Vroeg Zonpoot. Grasvoet keek de leerling verward aan, Uilklauw keek uit over de heide opzoek naar Windclan krijgers en Bladneus staarde boos naar Zonpoot.

"Je hebt niet alleen ons helemaal gevolgd, ook heb je zo hard gegilt dat ze het zelfs in de Rivierclan konden horen! Nu komt de Windclan juist naar ons toe!" Riep Bladneus boos.

"We gaan terug naar het kamp" ,besloot Bladneus, "We gaan morgen wel naar Maanpoel." "Wat?! Waarom?!" Riep Zonpoot uit. "Omdat je hier niet hoort te zijn, je moet terug naar het kamp!" En met die woorden stampte Bladneus terug naar het woud. Uilklauw en Grasvoet volgden hem.

Zonpoot sprong snel achter haar clangenoten aan. Ze opende haar mond om iets te zeggen, maar toen hoorde ze een lage grom. Zonpoot draaide zich om. Voor haar stond een boze Windclan krijger. Zijn nekharen stonder overeind, zijn klauwen had hij in de grond geslagen en zijn staart zwiepte wild heen en weer. Voordat Zonpoot kon bewegen sprong de krijger omhoog.

Zonpoot deed haar ogen dicht en wachtte tot de krijger op haar rug zou landen. Ze zag al voor zich hoe hij zijn klauwen diep in haar rug zou zetten. Maar er kwam niks.

Zonpoot deed haar ogen weer open en zag Uilklauw met de boze Windclan krijger vechten. Grasvoet en Bladneus vochten tegen een andere krijger en zijn leerling. Zonpolt herkende de leerling, Vlammenpoot.

"Zonpoot, ga naar het kamp en haal versterking!" Riep Uilklauw en hij haalde uit naar de boze krijger. De boze krijger krijste toen Uilklauw zijn wang raakte. Hij sprong omhoog. Uilklauw dook net op tijd weg, en de Windclan krijger landde met een plof in het gras. Uilklauw sprong snel op de krijger. "Ga, nu!" Riep hij naar Zonpoot. Zonpoot rendde voor haar leven, opweg naar het Donderclan kamp.