Villa Malfidus
Een paar uur later zag ik Anderling angstig kijken, maar ik volgde Draco door het haardvuur naar Villa Malfidus. Wanneer ik daar uit de haard stapte, had ik moeite om mijn verbazing te verstoppen. Draco had even moeten vermelden dat zijn ouders rijk waren!
"Ah Draco!" Een man, die slechts een beetje groter was dan de vrij lange Draco sloeg één arm rond zijn zoon. "Draco!" gilde Narcissa en ze omhelsde haar zoon. Ik hield me op de achtergrond en vroeg me plots af of dit wel een goed idee was..zo snel, ik wou plots liever terug naar het veilige Zweinstein.
"Ah, Jij moet juffrouw Dhanes zijn!" draaide Lucius zich plots naar me toe en ook Draco keerde zich naar me toe. "Dat klopt", zei ik en ik glimlachtte ietwat verlegen en ongemakkelijk. Zijn ogen gleden van mijn gezicht naar mijn voeten en terug, dan draaide hij zichzelf negentig graden: "Welkom", zei hij met een groot handgebaar.
"Dank u", antwoorde ik en was zo opgelucht dat ik bijna een buiging maakte. Narcissa kwam naar me toe en omhelsde me. Ik moest even glimlachen en ook Draco's mondhoeken blijven niet onbewogen. We gingen onze spullen boven zetten en kwamen dan weer naar beneden voor het avondmaal.
"Zo, Joanne, Je zit in Griffoendor?"
"Inderdaad."
"Wat vind je daarvan?"
"Dat ik in Griffoedor zit?"
"Ja.."Zijn ogen branden zich door de mijne alsof hij via die weg mijn gedachten wou ontcijferen.
"Ik denk dat ik wel trots ben, dat ik moedig genoemd kan worden. Ik zou trots zijn in elke afdeling. Ik heb goede vrienden in Griffoendor en ik ben er Zwerkbalkapitein, dus ik ben er gelukkig."
"Oh, je bent aanvoerder?"
"Inderdaad"
"En doe je dat goed?"
"Ik denk het wel."
"Meen je dat nu?!" riep Draco, duidelijk verbaasd. "God, je bent een verdraaid goede aanvoerder! Voor de eerste keer is heel Zweinstein bang voor Griffoendor! Jullie versloegen Huffelpuf met 270-0!"
"Ja, maar..."
"270-0? Dat is vrij indrukwekend! Gefeliciteerd!" onderbrak Lucius me.
"Bedankt."
De rest van de maaltijd werd er weinig gepraat over dingen die me aangingen, dus luisterde ik niet echt mee.
"Zeg eens, Joanne, wat denk je?" vroeg Lucius opeens.
"Sorry?"
Hij lachtte: "Wat vind je van je vriendjes ouders en thuis?" Ik was overweldigd door zo'n directe vraag maar antwoordde nietemin vrij snel.
"Wel, Narcissa lijkte me lieve, zachte en warme vrouw", begon ik, met een glimlach naar Draco's moeder. "En u, meneer, wel ik denk dat mensen hun best nogal moeten doen om uw vertrouwen te winnen. Niet dat dit altijd een slechte gewoonte is."
Hij keek me aan en zei dan traagjes: "Goed genoeg, welkom in de familie zou ik zeggen!" Hij stond op, nam mijn hand en gaf me twee officiële kussen op mijn kaken. "Mijn zoon moest ook wel een goede smaak hebben", lachte hij.
Iets later besloten we om te gaan slapen, Lucius had er geen problemen mee dat ik bij Draco sliep. "Wees gewoon wat verantwoordelijk", zei hij, maar hij had duidelijk al wel begrepen dat dat niet het probleem was.
We hadden beide enorm goed geslapen en de volgende morgen vertrokken we weer naar Zweinstein, na een knuffel van Narcissa en een kus op mijn kaak van Lucius stapten we in het vuur.
We stapten er weer uit in Zweinstein en ik was er zeker van dat ik me niet verbeelde dat Anderling even opgelucht ademhaalde, ik lachtte naar haar, en zij beantwoordde mijn glimlach spontaner dan ooit. Draco en ik kwamen 's middags toe dus we konden meteen mee-eten.
"Morgen komen er heel wat Huffelpufs en Ravenklauwers terug", zei Perkamentus. "We zullen met ongeveer veertig studenten zijn, maar slechts één griffoendor en één zwaderaar." Hij lachte even naar Draco en mij. Dus Moesten we iets later onze spullen weer naar onze eigen toren verhuizen. We spendeerde de hele volgende dag in de Griffoendor leerlingenkamer. "Waw, nooit gedacht dat ik hier zou zitten!" zei Draco, terwijl hij de rode muren in zich opnam.
"Ja, met een griffoendor op je schoot!" plaagde ik.
"Ja. Dat had ik nooit gedacht, ik moet toegeven dat het hier vrij gezellig is.."
TOK TOK
We keken beiden om en zagen een uil aan het raam zitten. Ik opende het raam en nam zijn brief, het was er een van Fred en George! Ik opende hem en las hem snel door.
Liefst Joanne,
We hebben goed nieuws! Wel goed en slecht... onze tante is twee dagen voor nieuwjaar gestorven...Maar We komen naar Zweinstein voor de laatste vier dagen! We kunnen ons voorstellen hoe eenzaam je je daar gevoeld moet hebben, maar ja je leest het goed! Morgen zijn we er weer!
Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Fred&George
Ik keek op naar Draco, die me vragend aankeek, dan pas besefte ik dat ik de brief vasthad en Draco hem niet kon lezen. Ik gaf hem snel de brief aan en zodra hij die doorlezen had keek hij op. Ik zuchtte en liet me weer in zijn schoot glijden. Nadat we er zo een tijdje zaten, verbrak zijn stem de stilte: "Dan gaan we terug naar vroeger zeker?"
Ik zuchtte: "ik vrees van wel." Hij zuchtte en legde zijn hoofd tegen mijn schouder.
"Het was te mooi om waar te zijn zeker?"
"Waarschijnlijk"
Na het avondmaal namen we afscheid van elkaar in de zwadderichtoren. Afscheid van een aantal dagen die vol liefde, vreugde en plezier hadden gezeten, die plaats zouden maken voor een ontzettend gemis.
Toen ik de volgende morgen uit de leerlingenkamer kwam, zag de school er levendiger uit, er waren ontzettend veel leerlingen teruggekomen. Ik ontmoette Draco aan de trappen en kuste hem, voor wat de laatste keer in een aantal dagen kon zijn. Dan liepen we naar de grote zaal, waar Fred en George me stonden op te wachten.
"Joanne! Het spijt ons zo!" Ze gooiden beiden hun armen om me heen en ik zag hoe Draco doorliep naar de tafel. Ik wist precies hoe hij zich voelde en kreeg bijna een krop in mijn keel. "Niet nodig jongens!" Zei ik geflatteerd.
"Maar het is nu zo!"
"Ja inderdaad! Zeker nu Perkamentus zei dat er buiten jou en Malfidus enkel eerstejaars hier waren, niet eens griffoendors! Je moet zo alleen geweest zijn!"
Uit mijn ooghoek zag ik dat Draco het gesprek volgde.
"Ja ik was inderdaad de enige ouderjaars hier buiten Malfidus, ik schrok er zelf ook van." Het medeleven was duidelijk op hun gezichten te lezen.
"Maar", vervolgde ik. "Ik besloot om er het beste van te maken en te proberen om toch contact te hebben met mensen rond me...Ik had niet veel keus eigenlijk he? Achteraf gezien viel het best mee."
Ik kon nu drie verbaasde gezichten zien, Fred en George keken me aan alsof ik juist verklaard had dat ik een driekoppige draak in mijn eentje wou verslaan met een lepel als wapen. Achter hun keek een blonde jongen ook verbaasd toe.
"Wat?", bracht George uit en ik lachte. "Kom op George, Mijn vakantie was niet zo slecht, die van jullie was veel erger, het spijt me zo van jullie tante!"
"Jaja, laat dat maar, zei je net dat Malfidus meeviel?"
"Ja hij was best aardig. Ik moest in de klas ook al..."
"BEST AARDIG?" onderbrak Fred me en hij gilde bijna.
"Hoe kan.." viel George in.
"Ja, aardiger dan jullie op dit ogenblik!" Met die woorden liep ik door naar de tafel, ik wist dat wat ik deed eigenlijk helemaal niet goed was, heel verkeerd zelfs. Maar ze hadden me kwaad gekregen. Ik hield van Draco en had een schitterende week met hem gehad. Het lag nog net iets te gevoelig.
Ik twijfelde even en bedacht toen dat als ik dit deed, ik het beter goed deed. Ik ging naast Draco zitten en zei, zonder hem aan te kijken: "Morgen, Draco."
"Morgen, Joanne", antwoordde hij, zonder een blik. In mijn gedachte bedankte ik hem omdat hij mijn opzet goed begrepen had.
"Joanne", zei Fred die naast me kwam zitten. Ik keek hem aan en hij schrok van mijn uitdagende blik.
"Het spijt ons", zei George, die sneller herstelde.
"Ok", zei ik "Maar zolang Draco nog alleen is, zou ik graag hebben dat je wat vriendelijk bent tot hij zijn maatjes weer terug heeft, drie tegen een is niet eerlijk."
"Wat? Joanne! Dit is het begin van het einde!" Ik keek hem koel aan terwijl hij vervolgde. "Komen we terug naar hier, om ons te laten vertellen dat we met Malfidus moeten rondhangen?! Het kan me niet schelen hoe aardig hij geweest is, het is Malfidus verdorie!"
"Dat weet ik, George. Dank je."
"Hij gebruikt je gewoon om.."
"George! Denk je werkelijk dat ik me laat gebruiken?" Hij schrok even.
"Nou nee, maar ik bedoel hij is een zwaderaar en die zijn nogal listig", verdedigde hij zichzelf.
"Zit wel goed, Joanne", klonk een koele stem achter me. "Ik kan wel een paar dagen op mijn eentje aan..Bedankt."
Hij stond op, legde zijn hand op mijn schouder, glimlachte en liep dan verder. Fred en George waren zodanig in schok dat ze niks meer zeiden. Toen we terug in de leerlingenkamer kwamen dacht ik aan Draco, ik was er van overtuigd dat ik spijt en teleurstelling in zijn ogen had gezien. Hij had die reactie wel verwacht, maar het maakte wel eens zo duidelijk hoe onze vrienden over ons dachten.
"Joanne?" Ik keek op, De jongens hadden wat aan het besreken geweest, maar ik had niet meegeluisterd. "We zijn eens aan het denken geweest en...Het spijt ons. Ik bedoel...Het is eigenlijk onze eigen schuld, we waren hier niet en zonder enig ander gezelschap, moet Malfidus beter geweest zijn dan niks. Maar toe vraag het niet aan ons, van alle mensen om hem te mogen, van alle mensen..."
"Ok, bedankt." Ze lachten en we spendeerde de dag lachend en sollend in de leerlingenkamer. Hoe kon ik kwaad blijven op hen? Die middag zagen we Draco niet aan de tafels, 's avonds echter wel.
Hij zag er ongeloofelijk slecht uit, alsof hij de hele dag alcohol dronk. Hij knikte en ik beantwoorde het. Hij at een aardappel en twee happen vlees en ging dan weer naar de Zwadderichafdelingstoren. Ik was wel bezorgd en besloot die avond als George en Fred naar bed gingen om hem een bezoekje te brengen. Ik wist het wachtwoord, want er was maar één zwadderaar en het paswoord was nog niet veranderd.
"Fens", zei ik en de deur opende. Ik ging binnen en zag hem niet in de leerlingenkamer. Ik ging naar boven en klopte op zijn deur. Een geschrokken Draco opende snel de deur.
"Oh Joanne, jij stout meisje!" Ik lachte hem ondeugend toe.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top