2: Volle maan deel 2

Raiden knikt. 'Dank je,' zegt hij tegen de vreemde man.

'Wie ben jij?' Vraagt hij argwanend. Ik open mijn mond maar zie al snel dat hij zijn blik heeft gericht op Selena.

Selena is niet bang voor hem. Niet zoals ik dat ben. 'Ik ben Selena Pearlua,' haar kin gaat een stukje omhoog net als haar stem. Ze is gewend om mensen te commanderen.

Raiden krabt achter zijn oor. Ik zie voor het eerst een kleine rode steen in zijn oor zitten. Een oorbel.
'Hm, de dochter van de parelwolven. Heel mooi.'

'En jij?' Hij kijkt me afwachtend aan en ik voel me bijna krachteloos.

Ik voel me voor het eerst in mijn leven zo klein naast Selena. Voor het eerst schaam ik me dat ik geen titel heb of achternaam. 'Ik ben maar..ik bedoel ik ben..Aella.'

'Geen achternaam?' Vraagt Raiden verbaasd.

'Niet voor jou!' Kat Selena.

Ik overweeg mijn kansen. 'Het is Scarletguard.' Zeg ik. 'Ik ben een lid van de parelwolven.' Raiden zucht diep, maar hij knikt wel. Het bevalt hem duidelijk niet waar ik vandaan kom.

'Wat gaan we met ze doen, Raiden?' Vraagt het meisje slijmerig.

Raiden heeft niet lang nodig.
'Breng die nobele dochter naar onze cellen. Zij kan handig zijn voor losgeld.'

'Jij klootzak!' Selena wil hem aanvliegen maar de touwen houden haar tegen.

'Breng die andere naar mijn tent.' Ik voel mijn wangen kleuren en krijg het benauwd door zijn suggestieve ondertoon.

'Ik ga kijken of ze ons wat nuttigs kan vertellen.'

---

De tent is heel ruim. Er staat een tweepersoonsbed, een kast en een bureau. Ook is er een kist met een zilver slotje. Ik wil niet weten wat voor gruwelijks daar in zit.

Jax grijnst vals als hij me op de grond gooit van de tent. 'Hier is je nieuwe speeltje, Alpha. Geniet van haar.' Ik vind het schandalig hoe hij mij behandeld. Maar echt verbaasd ben Ik niet.

Raiden wacht totdat Jax ver weg is en gaat dan voor me staan. Klunzig probeer ik overeind te komen, maar met gebonden handen is dat erg lastig en ik val steeds om.

Hij begint ook nog eens te grinniken. 'Hulp nodig?' Alsof ik zijn hulp zou accepteren.

Ik geef koppig geen antwoord.
Raiden pakt mijn arm beet en trekt me zo overeind. Zodra zijn vingers op mijn arm liggen krijg ik aangename schokjes door mijn lijf en kleuren mijn wangen een diepe rode kleur.

Raiden merkt het ook, en grijnst breed. Hij durft me bij mijn heupen beet te pakken en knoopt het touw los rond mijn polsen.

Hij pakt me beet bij mijn billen en ik reageer geschrokken. Hij trekt zich niks van me aan en drukt me tegen zich aan. Zijn handen gaan over mijn armen, dan gaat zijn blik over mijn lijf. 'Ik wil je zien,' zegt hij.

Ik krijg een eng voorgevoel.
'Je ziet me toch?'

'Ik wil je zien zoals de godin je gemaakt heeft...' Hij legt zijn handen op zijn rug en ijsbeert kort de tent door. ' Ik wil elke kleine moedervlek zien, elke imperfectie en elke gevoelige plek.'

'Waarom?' Ik ben niet comfortabel mezelf te tonen aan hem.

'Doe niet alsof je dom bent!' Ik krimp in elkaar. Hij ziet het als teken van zwakte en pakt me beet.
'Je bent mijn zielsverwant.' Hij wil me zoenen maar ik draai koppig mijn hoofd weg.

Hij geeft me een klap op mijn achterhoofd en draait mijn kin richting die van hem.

'Je doet me pijn!' Ik krijg kleine tranen en moet mijn best doen niet te huilen.

'Mooi,' Grauwt hij dan en dat maakt me pas echt bang. 'Het is tijd dat je wat manieren leert. Ik heb je bijvoorbeeld niet zien buigen voor me, ik heb gezien dat je gif bij je had, en je weigert me te laten zien wat van mij is!'

'Ik ken je amper tien minuten. Ik durf niet...' elke ademhaling wordt onrustiger.

Raiden rolt zijn ogen.
'O, dit heeft niks met durven te maken. Je bent expres vervelend aan het doen.' Hij laat me los en geeft me een duw waardoor ik op zijn bed val.

Ik schrik erdoor en krabbel zo snel mogelijk overeind. Hij loopt naar de kist en haalt het slotje eraf. Bloedwolven kunnen uitstekend tegen zilver, maar scharlakenwolven zoals ik niet.

Hij heeft een zilveren riem in zijn handen. Een soort van ketting met zilveren haakjes. Hij voelt de scherpe haakjes en geeft me een kille grijns.

Mijn luchtpijp wordt afgesloten.
'D-dat mag niet. Je mag me niet...' breng ik stotterend uit. Dit mag hij niet doen. De godin wil dit niet voor ons.

Raiden knalt met de riem tegen het bed vlak naast mijn knie. ' Ik wil gehoorzaamheid, kleine scharlakenwolf.'

'Je bent mijn bezit, Aella. Ik mag volgens de wet en het woudboek doen met je wat ik wil.'

'Je mag me niet slaan. De godin verbiet het!'

Hij lacht vals. Hij trekt me naar zich toe en slaat me zo hard op mijn billen dat ik moet gillen. ' Je bent een ongelovige vieze scharlakenwolf!' Schreeuwt Raiden als hij me op zijn bed gooit.

Ik bevries.
'Raiden, nee...'

'Hoezo moest je nou scharlaken zijn?weet je hoeveel shit ik krijg door jou? Als ik jou in je kleine kutje neem...'

Ik druk mezelf in het matras. 'Raiden...de godin wil dit niet voor ons.' Herhaal ik.

Raiden grijnst en drukt me tegen het matras. Hij zoent me dan op mijn mond en drukt me in het matras. ' Doe je kleren uit,' mompelt hij als hij boven me hangt.

'Nee!' Piep ik bang. Ik wil niet wat er nu komt. 'Ik ben niet klaar, raiden. Ik durf niet.' Tranen vallen en ik snik.

'Uittrekken, nu.' Raiden knijpt mijn keel een beetje dicht en het wordt zwart voor mijn ogen.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top