Hoofdstuk 36
POV Travis
'Ik vind het plan maar niks.' Chagrijnig kijk ik mijn vader aan, die een hand door zijn warrige haar haalt, we zijn al veel te lang bezig met dit onderwerp.
'Ik ben er ook niet 100% van overtuigd dat het gaat werken, maar het is in ieder geval íéts.' Martin loopt geërgerd door zijn kantoor heen, en draait zijn pen rond op zijn hand. Hij is al de hele ochtend bezig met een plan om Sara te bevrijden en de Mendós maffia over te nemen. We hebben nu eindelijk een van de ideeën gekozen, het is riskant, maar heeft de grootste kans om te slagen.
'Oké, dan gaan we met dit plan.' zeg ik. 'Maar we nemen de tijd om het te plannen, we doen het niet overhaast. Ik denk dat Sara liever heeft dat je het overleefd, in plaats van dat je wordt neergeschoten.'
Hij kijkt me geïrriteerd aan en trekt zijn wenkbrauw op, 'Ik? Neergeschoten worden? Hoe lang is het geleden dat ik een kogel heb opgevangen? Zeker vijf jaar, dus maak je geen zorgen,' ik wil hem onderbreken, maar hij kletst gewoon door. 'En ja, ik ga niets overhaasten, ik zorg dat er genoeg beveiliging is en dat iedereen weg kan komen als er een gevecht uitbreekt.'
Hij wenkt me en gebaart naar een kaart van onze balzaal.
'Laten we nog een keer alles doornemen, dan vertellen we het aan iedereen.'
De opeenvolgende uren hebben we het plan geperfectioneerd en Nathan gebeld wat hij ervan vind. In het begin vond hij het nog een verschrikkelijk plan, maar toen we alles hadden uitgelegd, zag hij het wel zitten. Ook hij was twijfelachtig of het zou gaan werken.
We hebben iedereen bij elkaar geroepen die in onze vertrouwelijke kring zit, ook hebben we mensen uitgenodigd door voor de beveiliging zullen zorgen en alle andere dingen.
'Zo,' zegt mijn vader. 'Iedereen zit, zullen we dan gaan beginnen met het plan?'
Hij staat op van zijn stoel aan de langwerpige tafel, waar kaarten, blauwdrukken en foto's van mensen op liggen. Martin gaat aan het hoofd staan en wijst naar de eerste kaart.
'Het gebouw waar we een feest gaan organiseren.' zegt hij, en kijkt de tafel rond.
Mannen kijken elkaar aan en fluisteren verward tegen elkaar, en geven hem niet de kans verder te spreken.
'Feest?' zegt een van hun uiteindelijk. 'Wat gaan we bereiken met een feest?'
'Wat we ermee gaan bereiken, is een situatie waar we onschuldig te werk kunnen gaan. Wij zullen niet de eerste zijn die aanvallen, dat zal de Mendós Maffia doen.'
Hij wilt het verder uitleggen, maar dan onderbreekt Steve hem.
'En jij denkt dat met een simpel feestje voor elkaar te krijgen?' zegt hij spottend.
Iedereen kijkt Steve aan en sommige knikken instemmend, vooral de idioten.
'Als je het me verder uit laat leggen, dan kan ik je het plan ook daadwerkelijk uitleggen.' zegt mijn vader op zijn beurt ook spottend.
Steve's gelach valt stil en hij kijkt mijn vader verbeten aan.
'Goed dan, nu ik iedereens volledige aandacht heb, kan ik uitleggen waarom we ons mogen optutten.' zegt hij grijnzend.
'We gaan een bal organiseren voor de belangrijkste maffiafamilies in LA en eromheen. Ze zijn allemaal uitgenodigd, zelfs onze rivalen.'
Hij kijkt te tafel rond en gelukkig is iedereen slim genoeg om zijn mond te houden en hem door te laten praten.
*
'Zo, dat ging goed.' zeg ik met een sarcastische stem. Ik kijk mijn vader aan, die nog een laatste keer de met informatie bedekte tafel rondkijkt. Hij raapt de vellen bijeen en schuift ze in mapjes, 'Steve is echt een eikel de laatste tijd.' geeft papa als antwoord.
'Om heel eerlijk te zijn vertrouw ik die gast al heel erg lang niet meer.' zeg ik, voorzichtig, want Martin en Steve kennen elkaar al heel erg lang.
Mijn vader stopt even met wat hij aan het doen is en kijkt me aan.
'Dan heb je het juist.' zegt hij.
Verward kijk ik hem aan, 'hoezo, 'dan heb je het juist'?' Hij geeft geen antwoord en gaat door met de mapjes op stapels leggen.
'Steve spant samen met de vrouw van Rohan. Ze wisselen informatie door over onze plannen en wat we allemaal weten over hun familie.'
Ik staar hem stomverbaasd aan. 'Hoe lang weet je dit al?' Hij kan hem toch niet gewoon zijn gang hebben laten gaan?
'Toen mijn zus overleed en nog warme hart bij ons werd afgeleverd.' zegt hij en Martin stopt met waar hij mee bezig is. 'Hij had geen goede alibi, en ik kwam erachter dat zijn vingerafdrukken overal te vinden waren op het lichaam van... mijn zus.'
Hij durft haar naam al maanden niet uit te spreken.
'Hij heeft haar vermoord.'
De woorden rollen al uit mijn mond voordat ik er erg in heb.
'Waarom?' is alles wat ik zeg.
'Dat weet ik niet, maar wat ik wel weet is dat zijn dood langzaam zal zijn. Hij zal elke snee voelen die ik maak met het mes waarmee hij haar heeft vermoord.'
Meer zegt mijn vader niet voordat hij de kamer uitloopt en de deur met een klap dichtgooit.
We hebben hem de rest van de avond niet meer gezien.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top