Epiloog - 2014

Het is de ochtend van 8 augustus en Nick bestaat nog steeds. Hij is opgelucht, blij en hondsmoe omdat hij de hele nacht geen oog heeft dicht gedaan. Hij is juist ingedommeld op de bank als de bel gaat. Zijn ouders zijn allebei aan het werk, dus mopperend loopt hij naar de deur. Hij weet dat het Darren niet is, want hij neemt altijd de achterdeur en zou nooit aanbellen.
Nick opent de deur op een kiertje en gluurt naar buiten. Op de stoep staat een zwartharige jongen van zijn leeftijd. 'Ik heb post voor je,' zegt hij. 'Uit de negentiende eeuw.'
Daarop is Nick onmiddellijk klaarwakker. Hij gooit de deur open en rukt het pakje uit de handen van de jongen, terwijl hij hem bekogelt met vragen. 'Hoe kom je hieraan? Ben je van het postkantoor? Wie ben je?'
'Mijn naam is Darren Mendez.'
'Darren Mendez? Da-.' Hij breekt het woord middenin af en staart de jongen op de stoep met grote ogen aan, die nu duidelijk graag weg wil.
'Ik weet alleen maar dat ik je dit pakketje op 8 augustus moest bezorgen.' Hij doet een paar stappen achteruit, waarschijnlijk maakt de blik in Nicks ogen hem ongemakkelijk. Dan grijnst Nick breed. 'Hij heeft het geflikt!' zegt hij hoofdschuddend. 'Hij heeft het echt geflikt!' Hij is de jongen op de stoep al vergeten, tot hij hem het voetpad ziet aflopen.
'Wacht!' roept Nick hem na en de jongen draait zich om.
'Zullen we vanmiddag een biertje doen?'
'Waarom?' zegt de jongen wantrouwend. 'Ik val op vrouwen, als je begrijpt wat ik bedoel.'
Daarop begint Nick hard te lachen. Hij moet zich aan de deurpost vastgrijpen om zijn evenwicht te bewaren. Deze jongen heeft geen flauw benul van wat er gaande is. Hij weet niet dat Nicks beste vriend zijn voorouder is, de irritatie die op zijn gezicht begint te verschijnen is daar bewijs genoeg van.
'Ik heb een fantastische vriendin,' zegt Nick, die de tranen uit zijn ogen veegt. 'Maar ik wil je bedanken voor het pakketje. En je vertellen van wie het is. Kom op, je wilt toch niet zeggen dat je niet nieuwsgierig bent?'
De blik in zijn ogen wordt iets zachter en vriendelijker. 'Oké, vanmiddag drie uur.' Hij steekt zijn hand op en loopt weg. Nick is hem al vergeten zodra hij de deur achter zich dichtgooit. De ramen trillen in hun kozijnen en hij stormt naar de woonkamer.
Op de doos ligt een vergeelde envelop. Met trillende vingers haalt hij de brief eruit en vouwt het open. Darrens handschrift staart hem aan.


Beste Nick,

Het eerste wat je moet weten, is dat je veilig bent. Je wordt gewoon geboren en er ligt een glanzende toekomst voor je. Het tweede wat je moet weten, is dat Luciana is blijven leven en de moordenaar dood is. Ik denk dat je het derde dan wel kunt raden. Nick, op de avond die voor mij nu jaren geleden is, maar voor jou nog maar gisteren was, zat ik op de brug buiten het dorp toen een doorgang naar Luciana's wereld zich opende. En ik ben gesprongen. Dit keer was de overstap definitief. We hebben degene die Luciana probeerde te vermoorden gestopt, mede dankzij het liedje dat jij op mijn mobiel hebt gezet. Ik leg je nog precies uit wat er die avond is gebeurd in een andere brief. Na de oorlog zijn Luciana en ik getrouwd, toen we onszelf oud genoeg vonden. Als alles goed is gegaan, is deze brief bezorgd door mijn achter-, achter-, achter-, achterkleinkind. Volgens mij is het echt vier keer, ik heb het uitgerekend. Ik denk dat je hem wel mag. Misschien kunnen jullie vrienden worden nu ik er niet meer ben om je het leven zuur te maken.

Ik heb elk jaar een brief voor je geschreven, die elke keer honderdeenenvijftig jaar later wordt bezorgd. Zo kunnen we toch een beetje contact houden. Bovenaan in de doos ligt de eerste brief. Deze heb ik drie weken na het verlovingsfeest geschreven, waarin ik uitgebreid vertel wat er die avond en daarna is gebeurd. Je ontvangt een tweede brief van me in 2015, die ik heb geschreven in 1864. Ik doe precies hetzelfde bij mijn ouders en Patrick. Natuurlijk liggen al deze brieven al lang op een grote stapel, waarschijnlijk ergens in het postkantoor, maar het idee is dus dat je ze niet allemaal tegelijk leest. In de doos zitten enkele schilderijen en schetsen. Mijn ouders hebben er nog meer, dus je kunt altijd binnenkort nog even bij hen langsgaan als je ze wilt zien.

Ik vind het erg jammer dat het contact eenzijdig is en ik van jullie geen brieven terug kan verwachten. Ik moet er maar op vertrouwen dat je gelukkig bent en het goed met je gaat. Ik kan jou in elk geval vertellen dat ik ontzettend gelukkig ben. Ik ben blij dat ik die avond op de brug ben gesprongen en zou het voor niets ter wereld willen veranderen.

Maar Nick, is mis jou wel ontzettend. Natuurlijk heb ik hier ook vrienden gemaakt, maar niemand is gestoord genoeg om jou ooit te kunnen vervangen.

Ik wens je heel veel succes met studeren volgend jaar. Ik hoop met heel mijn hart dat jouw leven net zo mooi mag worden als het mijne.

Darren


Als Nick de brief uit heeft, blijft hij even roerloos op de bank zitten, overdonderd door alle nieuwe informatie. Het doet pijn om te weten dat hij Darren nooit meer zal zien, maar tegelijkertijd is dit precies wat hij voor hem had gewild. Nick legt de brief op tafel en loopt nu naar de doos. Als hij die opent en de eerste brief pakt, valt zijn oog op de canvassen en papieren daaronder. Hij kan zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en pakt de doos uit voor hij de brief opent.
Het eerste is een klein schilderij van een jongeman met blond krullend haar en een jonge vrouw met roodblonde krullen en sproeten. Nick draait het schilderij om en ziet dat Darren er iets op heeft geschreven. 'Mary en Dominic Donovan. Getrouwd op 20 augustus 1867.'
En daaronder, heel klein: Ze heeft jouw sproeten, vind je niet?!
'Lul,' zegt Nick, waarna hij het volgende, grotere schilderij pakt. Hier kijkt hij langer naar, met een grijns van oor tot oor. Het zijn Darren en Luciana. Darren draagt een zwart pak en Luciana een witte jurk. Ze zien er allebei wat ouder uit en zijn overduidelijk intens gelukkig. Nadat Nick elk detail in zich heeft opgenomen, draait hij het schilderij om. 11 juli 1866.
'Dat kostte je nog lang genoeg,' mompelt Nick en als hij de volgende schetsen en schilderijen ziet, kan hij even niets anders doen dan heel hard lachen. Pas als hij een beetje op adem is gekomen en de tranen uit zijn ogen heeft geveegd, bestudeert hij ze, wat af en toe leidt tot een nieuwe lachsalvo.
Het volgende schilderij is in 1876 gemaakt. Het is een familieportret, met drie kleine kinderen. Volgens de data op de achterkant is hun eerste dochter in 1867 geboren, de tweede dochter in 1869 en hun zoon in 1870.
Op de bodem van de doos liggen tekeningen waarop hij de kinderen op verschillende leeftijden ziet. Nick neemt zich voor binnenkort naar meneer en mevrouw Adams te gaan, die nog wel meer gedetailleerde portretten van de kinderen zullen hebben. Als hij alles heeft bekeken, kijkt hij naar de ongeopende brief op tafel. Er staat een grote één op. Nick pakt de envelop en opent de eerste brief.


Hamir Delhi zit in de hal van een landhuis dat een hotel moet worden en kijkt naar een schilderij aan de muur. Een schilderij van de jongen die hij heeft geholpen met het meisje over wie hij heeft gedroomd. Hij is intens tevreden. Hij heeft Darrens brief in zijn hand, verkreukeld doordat hij het zo vaak heeft gelezen. Voor hem zijn die brief en het schilderij aan de muur de verwezenlijking van zijn talent. Voor het eerst weet hij zeker dat zijn gave echt bestaat en geen onderdeel uitmaakt van de fantasie van een krankzinnige. Hij heeft nooit geweten dat deze zekerheid hem zoveel rust zou brengen.
Delhi denkt terug aan alle levens die Darren heeft beïnvloed.
Als Darren er niet was geweest, was Nick zijn hele basisschooltijd alleen geweest. Het feit dat hij geen vrienden had, maakte hem een makkelijk doelwit voor pesterijen. Doordat hij nauwelijks omging met leeftijdsgenoten, liep de ontwikkeling van zijn sociale vaardigheden achter, wat ertoe leidde dat hij ook op de middelbare school werd gezien als een buitenbeentje. Hij was vijftien toen hij van de brug sprong.
Henry Norman, de man die Darren heeft aangereden, zou het verdriet om zijn vrouw hebben verdronken in alcohol. Hij zou alcoholist zijn geworden en op zijn eenenvijftigste zijn gestorven aan de gevolgen van overmatig drankgebruik. Hij was de rest van zijn leven alleen gebleven.
Zonder de invloed van de jongen die hij als zijn broer had bestempeld en diens adoptieouders, zou Patrick een onhandelbaar kind en rebelse puber zijn geworden. Hij zou zijn middelbare school niet hebben afgemaakt en uiteindelijk in de criminaliteit terechtkomen. Bij een uit de hand gelopen overval zouden vier mensen omkomen.
En dan zijn er natuurlijk nog meneer en mevrouw Adams, die nooit het geluk zouden hebben gekend van het opvoeden van een kind. Een kind dat hen bovendien bij elkaar hield tijdens de paar grootste crises in hun relatie. Zonder Darren waren ze tien jaar geleden al gescheiden. Zijn moeder was verliefd geworden op een getrouwde man, die zijn gezin voor haar zou hebben verlaten.
En dat is nog maar de invloed die Darren op de mensen had die het dichtste bij hem stonden. Uiteraard reikt zijn invloed verder. Misschien slechts via kleine handelingen, maar ook die hebben grote gevolgen.
Delhi vouwt de brief opnieuw open, maar hij weet wat er staat, weet welk fragment hij zoekt. 'Ik heb gelogen over mijn leeftijd en ben het leger in gegaan,' vertelde Darren. 'Niet omdat ik zo graag een oorlog wilde meemaken, maar omdat u me had verteld dat ik vier mensen zou redden. Ik verwachtte dat ik iemand zou wegduwen uit een kogelvuur of dat ik een bom onschadelijk zou maken. Maar niets van dit alles: ik heb helemaal niet gemerkt dat ik vier mensen zou hebben gered. Maar dat had ik kunnen weten, of niet, Hamir Delhi? Waarschijnlijk heb ik alleen een doelwit gemist dat een ander wel zou hebben geraakt. Of misschien praatte ik met iemand die anders een paar meter verderop zou hebben gestaan en geraakt zou zijn door een verdwaalde kogel. Ik heb geen flauw idee. Maar daar gaat het juist om, of niet, Delhi? Is dat niet wat u me probeerde te leren? Het zijn de kleine dingen waar het om gaat.'

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top