15. Voor het eindigt

Valerie Davis was niet oké. Ook al had ze haar tranen weggeveegd en haar haren gefatsoeneerd. Haar vinger rustte op de bel van meneer en mevrouw Wickens. Er klonk zachte opera muziek vanachter de deur. Het werd ruw verstoord door het geluid van de bel. Snel trok ze haar vinger terug.

Het duurde een poosje voordat mevrouw Wickens de deur opende. De kleine vrouw glimlachte vriendelijk. 'Wat is er Valerie?'

'I-ik heb een beetje een vreemde vraag,' stamelde ze. Ze keek nerveus over de balustrade. Er was geen teken van de beschermer, maar ze wist dat hij er was. Hoe erg zou hij haar hiervoor straffen?

'Zeg het maar. Wil je iets lenen? Is er iets aan de hand? Heb je avondeten nodig?' vroeg de vrouw snel. Haar blauwe ogen richten zich op die van Valerie.

'Nee, dat is het niet,' fluisterde Valerie. 'Maar willen jullie dit een paar dagen voor me bewaren?' Ze stak het beeldje naar voren.

'Natuurlijk, wat is er aan de hand?' De buurvrouw pakte het beeldje over en keek er aandachtig naar.

'Het is van mijn zus en ik kan het even niet in huis hebben, maar ik wil het niet kwijtraken.'

'Ach meisje toch. Kunnen we nog iets anders voor je doen?'

'Nee, nou ja.' Ze wendde haar ogen af en beet op haar tong. 'Als Joshua vraagt waar ik ben, willen jullie dan vertellen dat ik even tijd nodig heb?'

'Ja, dat is dat je vriendje toch?'

Valerie glimlachte. 'Nee gewoon een goede vriend.'

'Jongens zijn soms ingewikkeld.'

Valerie wilde er tegenin gaan, maar hield zichzelf tegen. Dit was niet het moment om Joshua's liefdesleven aan iemand uit te leggen. Al helemaal niet aan haar vriendelijke, maar soms iets te bemoeizuchtige buurvrouw. 'Ja,' zei ze simpelweg. 'Bedankt voor jullie hulp.'

'Geen probleem. Sterkte in deze moeilijke tijd.'

Ze knikte zacht en wenste de vrouw een fijne avond. Ze hoorde de deur achter haar dichtgaan. De interactie had nog geen twee minuten geduurd, maar elke seconde had te lang kunnen zijn.
Ze rechte haar hoofd en liep terug naar haar huis. Doe alsof het nooit gebeurd is, dwong ze zichzelf. Nog een laatste keer doen alsof. Dat kon ze toch wel?

Ze bracht de vuilniszakken een voor een naar de vuilnisbakken benenden. Een paar buren schonken haar vreemde blikken, maar gelukkig zei niemand wat. Stilletjes keerde ze terug naar haar woning. Ze trok de deur achter haar dicht en appte de beschermer.

Valerie
Ik ben klaar.

Onbekend nummer
Goed zo. Twee uur vannacht loop je richting het industrieterrein en blijft voor Telmo's garage wachten. Daar volgen verdere instructies.

Ze knikte langzaam. Ergens had ze het verwacht. Ze liet haar telefoon op de tafel liggen en liep naar de keuken. Ze gooide haar half opgegeten maaltijd weg deed de afwas, terwijl ze probeerde te doen alsof dit niet het einde was.

Toch voelde ze een brok in haar keel. Ze was nog niet klaar om te gaan. En Joshua in de steek laten voelde wreed. Maar misschien was dat wel precies wat ze was. Te kil om harder te vechten, te versteend om te schreeuwen. Alles wat ze kon doen was kijken hoe haar leven met het vuile afwaswater de goot in verdween. 'Help,' fluisterde ze naar het weglopende water.
Er kwam geen antwoord.

De rest van de avond liep Valerie onrustig door haar huis. De tijd ging akelig langzaam. De spelshow die op tv was, kon haar niet afleiden. En er was niemand meer om mee te bellen. Er was weinig wat ze kon doen, behalve haar lot accepteren. Ze zou vannacht kunnen sterven. Ze wist nog niet of ze daar klaar voor was. Ze was nog jong en had nog zoveel levensdoelen. Ze wilde een diploma halen, een baan vinden, trouwen en de wereld door de jaren heen zien veranderen. Het nu allemaal laten gaan was lastig.

Misschien wilde de Beschermer alleen met haar praten, ze probeerde zichzelf te overtuigen. Al wist ze dat dat niet het geval zou zijn. Als hij haar iets wilde zeggen, dan had hij dat wel gedaan.

Om zeven voor twee pakte ze een mes uit de keukenlade en stopte het in haar jaszak. Het ging haar niet redden, maar ze moest iets proberen.

Vier minuten later deed ze de lichten in haar appartement uit en liep naar de deur. De laatste minuten wachtte ze in donkere stilte af. Toen het scherm van haar mobiel vertelde dat ze twee uur was liep ze naar buiten. Direct kwam een koude windvlaag haar tegemoet. De maan werd deels bedekt door een dun wolkendek, waardoor enkel een lichte plek aan de hemel te zien was. De stilte om haar heen was moordend. Haar voetstappen echoden toen ze de lift uitstapte. Met elke pas klingelden haar sleutels tegen het mes in haar jaszak.

Ze liep door de voordeur de donkere nacht tegemoet. De straat was stiller dan normaal en de flat achter haar was in duisternis gehuld. Iedereen sliep. Er waren geen getuigen voor die iemand iets over haar verdwijning konden vertellen. Er was geen Joshua om haar te vertellen dat ze dit niet moest doen. Hij sliep nu, denkend dat morgen hetzelfde zou zijn als vandaag.

Ineengedoken liep ze richting het industrieterrein, haar weg met de zaklamp van haar mobiel verlichtend. Haar dunne jas bood amper bescherming tegen de nachtelijke kou. Ze had het idee dat wind niet het enige was wat er doorheen kwam. Misschien keek de Beschermer wel dwars door haar heen. Dan zou hij zien hoe kwetsbaar ze was. In de verte zag ze de donkere silhouetten van de loodsen opdoemen. Nu kwam het.

Ze versnelde haar pas, alsof dat ervoor zou zorgen dat dit snel voorbij zou gaan. Haar ogen schoten heen en weer op zoek naar een teken van leven. Ze zag niemand anders, dan haar eigen reflectie in het gebarsten raam, van een vervallen kantoor. Haar eigen adem klonk luid, misschien wel omdat er niet veel andere geluiden waren. Slechts de wind, een auto die in de verte voorbij reed en het geklapper van vleermuisvleugels vulden de stilte om haar heen.

Voor de sloot die haar van de vervallen garage scheidde, kwam ze tot stilstand. Aan het hekwerk dat het terrein omringt hing een geel bord, dat zelfs in de duisternis nog te onderscheiden was, van de achtergrond. Valerie liet het licht van haar telefoon er overheen glijden. Telmo's garage stond er met slordige letters geschreven. Hier moest ze zijn. Nerveus keek ze naar de auto's op het terrein. Allemaal zagen ze eruit of ze meer geschikt voor de sloop dan voor de verkoop waren. Ze kon zich niet voorstellen dat Telmo hiermee zijn brood verdiende. Het zou zomaar kunnen dat de garage slechts een dekmantel was. Was hij de Beschermer?

Nee, ze had nog nooit van Telmo gehoord. Hij had geen enkele reden om haar te achtervolgen. Ze wende haar ogen van het terrein af. Waar de garage-eigenaar zich wel of niet mee bezig hield was niet haar probleem. Alles wat er toe deed was dat ze hier nu was.

De nachtelijke stilte werd abrupt onderbroken door twee tonen. Haar mobiel lichtte op als een baken. Er stond een zin op haar scherm. Een nieuw bericht.

Onbekend nummer
Laat je wapen vallen

Hij wist het. Hoe begreep Valerie niet, maar hij wist het. Met bevende vingers haalde ze het mes uit haar zak. Het was haar enige verdediging geweest. Haar laatste mislukte protest. Ze liet het los. Kletterend lande het op het asfalt. Het geluid werd bijna direct vergezeld door het geluid van haar mobiel.

Onbekend nummer
Goed zo. Er is nog een ding wat je moet doen.

Verdwijn, dacht ze. Ze hield haar adem in terwijl ze wachtte tot het woord op het scherm verscheen. Maar het kwam niet. De Beschermer maakte geen eind aan het kat-en-muisspel waar ze verstrikt in waren geraakt.

Onbekend nummer
Verbreek het contact met Joshua

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top