Hoofdstuk 31
Lena
'Nee Jasper, jij gaat niet naar die man. Hij heeft drie mann-'
'Het waren er vier.' onderbreekt Jasper me met een glimlach.
'Oké dan, vier mannen op je af gestuurd en die hadden je bijna vermoord. Dus haal het niet in dat idiote hoofd van je om naar die man te gaan die waarschijnlijk vijftig duizend bewakers om zich heen heeft. En jij bent fucking alleen.' zeg ik gefrustreerd.
'Wauw, jij hebt veel vertrouwen in me.' zegt hij beledigd terwijl hij een tas inlaad in de slaapkamer.
'Natuurlijk vertrouw ik je niet, jij hebt een dood wens.' zeg ik nors.
Jasper snuift.
'Ik wil gewoon dat jij veilig bent. En soms moet ik gevaarlijke dingen doen. Dat is waar, maar je weet toch dat in onsterfelijk ben.' zegt hij met een knipoog.
Gefrustreerd zucht ik en ga voor hem op het bed zitten.
'Twee dingen Jasper, één ik hoop niet dat je onsterfelijk bent, want dan wordt ik oud en ben ik verrimpeld en dan ben jij nog steeds jong en knap. En twee ik ga je niet naar die man laten gaan. Niet zolang je er niets over weet en zolang je alleen moet gaan.'
'Je ziet al een toekomst samen?' vraagt hij grijnzend en stapt op me af en heft me van het bed en slaagt zijn armen om mijn middel.
'Ja, maar niet als je daar heen gaat en dood gaat.' brom ik en leg mijn hoofd op zijn borst.
'Oké, ik zal niet gaan. Vandaag, maar ik ga er nog heen om die lelijke klootzak zijn strot eigenhandig uit zijn keel te sleuren.'
'Het is al goed. We gaan vandaag iets leuk doen.' zeg ik en sleur hem mee naar beneden.
'En wat had je dan in gedachte?' vraagt hij met een glimlach.
'Dus een picknick?' vraagt Jasper terwijl we op een dekentje in het bos zitten.
'Er is totaal niets mis met picknicken.' zeg ik beledigd.
Daar moet Jasper om lachen.
'Oh stop daar mee, eet deze boterham.' zeg ik en duw hem een boterham toe.
Hij grinnikt en eet toch die boterham op.
'Dus is dit hoe je altijd een date zag, een picknick in een bos?' vraagt hij tussen de happen door.
'Nee, dit is geen date. Dit is het beste wat ik kon bedenken om jouw veilig te houden. Jij bent echt een idiote hufters soms.' zeg ik met een glimlach.
'Jaja dat zeggen ze allemaal. Je wou gewoon zo date zoals uit de film de notebook.' plaagt hij.
'Pfff, nu niet doen alsof je het geen goede film vindt. Ik weet wel dat je die soms alleen kijkt.'
Jasper kijkt me verbaasd aan.
'Wat?! Ik ben niet zo een pussy die naar vrouwenfilms kijkt. Ik doe dat alleen omdat je mij er toe dwingt.'
'"Do you think our love could take us away together?"' zeg ik grijnzend. Het is een citaat uit de film en ik weet negenennegentig procent zeker dat hij het gaat afmaken.
Hij kijkt me fronsend aan. En schudt dan lachend zijn hoofd.
'Ik ga het niet zeggen.' antwoordt hij ontkennend.
'Dat denk je. Ik weet dat je het kunt Jassy. En ik weet ook zeker dat je het wilt zeggen.' zeg ik lachend.
'Goed, stop met me Jassy noemen. zo noemde mijn moeder me toen ik vijf was.'
'Sorry, Jassy.' zeg ik met een grijns.
'Als je niet stopt dan zeg ik het niet meer.'
'Daar kun je niet mee dreigen.'
Jasper fronst naar me en kruipt naar me toe op het laken.
'Ach liefje ik kan met alles dreigen.'
'Dat is niet waar. Misschien bij die klanten van je vader, maar schatje dat werkt al lang niet meer bij mij.' zeg ik en ga op zijn schoot zitten.
'Engel, dit is chantage. Dat weet je toch?' vraagt Jasper terwijl hij me met zijn gebruikelijke grijns aankijkt.
'Ja, ik heb wel wat van je geleerd hoor.' zeg ik met een glimlach.
'Zoals wat?'
Ik kus hem en streel zijn warrige zwarte haar.
Zijn handen bevinden zich onmiddellijk op mijn heupen en trekken me dichter naar zich toe.
Als hij zijn handen wilt verplaatsen maak ik me van hem los.
'Dit was een voorbeeld,' dan sta ik recht en veeg de dennennaalden van mijn broek,' het was heel leuk, maar ik denk dat we is naar huis moeten gaan. Oma en opa zullen zeker al terug zijn.' zeg ik met een glimlach. Jasper kijkt me fronsend aan. Het is gewoon geweldig hoe ik Jasper kan plagen.
'Nee nee nee, ik denk dat je het voorbeeld opnieuw moet doen. Ik zag het niet zo goed.' zegt hij en trekt me terug naar zich toe door zachtjes aan mijn arm te trekken.
'Ik heb er niet zo veel zin in.' zeg ik nonchalant en laat mijn armen over zijn schouders hangen.
'Als je me kust krijg je wel je zin.' zegt hij met een knipoog.
'Ik weet het niet, misschien als ik iets heel erg lief zou horen.' Jasper laat zijn lach weer klinken en de lach op mijn gezicht kan dan ook niet lang wegblijven.
'"I think our love can do anything we want it to do."' citeert hij uit de film en druk zijn zachte lippen op de mijne.
Eerst is het een lange kus, maar na een tijdje worden het allerlei korte kusjes en plant hij mijn kaak en nek ook vol.
'Engel, wat doe je toch steeds met mij.' vraagt hij hijgend.
'Ik hoop evenveel als jij bij mij doet.' zeg ik en kus hem opnieuw.
Hij is mijn drugs. Ik ben verslaafd aan Jasper. En ik hou er van. Jezus, ik denk niet eens dat je kunt afkicken van deze verslaving. En ik wil het ook niet. Als hij me kust krijg ik nog vaak hetzelfde gevoel als bij onze eerste kus in dat berghok. Ik ben gewoon verliefd op Jasper en ik denk niet dat de liefde die ik voor hem voel ooit weg gaat. Dat wil ik ook niet. Ik wil niet weten wat er zou gebeuren als er iets met hem gebeurd. Als hij zou dood gaan, ik zou doodgaan aan de pijn in mijn hart. Dan sterft er ook een deel van mijn hart. Daarom wil ik niet dat Jasper zo roekeloos is, maar ik wist wat hij deed toen ik er mee samen ging. Dat weet ik nog steeds. Ik weet ook dat ik hem niet uit zal krijgen. Het is zijn leven, het is zijn verziekt leven waar ik mee moet leven. Als hij verrot wordt geslagen dan kan ik er niets aan doen. Dan ben ik hulpeloos. Het is een vreselijk gevoel. Ik haat het zo ongelofelijk hard, maar ik zou hem niet kunnen laten gaan. Jasper is mijn leven geworden. Hij is er ingesmolten, hij maakt me compleet. Mijn god, ik klink net als een puber met liefdesproblemen en het heeft over haar eerste vriendje. Het eerste perfecte vriendje. Maar Jasper is niet perfect. Hij heeft problemen, net zoals iedereen wel problemen heeft. Hij heeft er een muur voor gebouwd een muur van doorns, waar je je aan kunt prikken en aan kunt bloeden. Ik ben door die doorns gegaan en heb hem gevonden. De lieve, grappige, tedere Jasper die om mensen geeft. Het heeft lang geduurd voordat ik daar was. Zelfs toen ik er was duwde hij me terug tegen die doorns aan. Maar ik bleef bij hem omdat ik zo verdomd veel van hem hou en ja ik wil het van de daken schreeuwen, maar er zijn ook momenten dat ik weg wil lopen. Weg van alles dat hij doet al zijn problemen die hem achtervolgen. Weg van de momenten dat ik tegen de doorns wordt geduwd. Maar de weg terug is even hard als de weg hierin. En ik kan Jasper niet laten gaan. Ik wil altijd zijn warmte tegen me voelen als ik slaap, ik wil altijd zijn blauwe ogen in de verte zien staren als hij moet nadenken. Ik wil altijd zijn roze lippen in die idiote grijns zien, ik wil altijd die frons zijn perfecte gezicht zien vervormen. Ik wil hem gewoon niet laten gaan. Hij is een doorn, maar die doorn heeft wel de mooiste bloem die er op deze wereld rondloopt.
Op de achtergrond hoorde ik plots "Where's my love" van SYML.
[Er zou hier een GIF of video moeten zijn. Update nu de app om dit te kunnen bekijken.]
'Wacht Jasper, ik wordt gebeld.'
Ik maak me snel van hem los en zoek in de tas die ik heb meegebracht naar mijn gsm.
'Cynthia? Is er iets gebeurd?' vraag ik ongerust.
'Nee, zou er iets gebeurd moeten zijn? Is er iets met jullie gebeurd?' haar stem klinkt ruisend door de speaker.
Ik zucht opgelucht.
'Nee, hier is alles ook prima. Het was gewoon een onverwacht telefoontje.' zeg ik en ik glimlach doordat ik de stem van mijn vriendin nog eens kan horen.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top