hoofdstuk 29
Dit hoofdstuk is ooit verdwenen, waardoor ik deze later opnieuw heb moeten schrijven. Daarom kan de schrijfstijl wat anders zijn dan die van de andere hoofdstukken ❤
---
'Drie.. twee.. Een..' koud water komt teregd in mijn gezicht. Het water druipt langs mijn gezicht af en druppelt op de grond. Schreeuwend kom ik overeind. Vrijwel meteen sta ik op twee voeten. Het water druipt via mijn gezicht op mijn kleren. Ik ben doorweekt. Voor mij staan Tom en Galdor. Ze zijn in lachen uitgebarsten en wijzen lachend naar mijn hoofd. Ik bal mijn vuisten en bijt op mijn tanden. 'Waar was dat voor nodig?!' Roep ik uit. Met mijn handen veeg ik het water uit mijn ogen. Galdor en Tom komen niet meer bij. Ze kloppend lachend op hun benen. Inmiddels zijn ze zo rood als een tomaat geworden. Af en toe vegen ze de tranen, van het lachen, onder hun ogen weg. 'Nou?' Vraag ik, maar Tom en Galdor kunnen mij geen antwoord geven. Zuchtend haal ik mijn hand door mijn natte haren. 'Dan kunnen jullie het krijgen ook!' Ik lach een keer onheilspellend en storm daarna op Tom en Galdor af. Meteen stoppen Tom en Galdor met lachen. Ze kijken elkaar kort aan en rennen daarna gillend richting het water. 'Kid, nee!' Schreeuwt Tom. Ik zet me af tegen de grond en spring op Tom en Galdor af. Ik grijp Galdor's benen vast en trek hem op de grond. Schreeuwend valt hij in het gras. Ik krabbel snel overeind en grijp zijn armen vast. Met veel kracht trek ik hem richting het water. Hij strubbelt hevig tegen en roept om Tom. Grijnzend slinger ik Galdor in het water. Hij zinkt even naar de bodem, maar komt al snel weer naar boven. Hij schudt zijn hoofd een keer en komt daarna snel het water uit. Hij kijkt me nors aan en haalt zijn handen door zijn haar. Grijnzend kijk ik hem aan. 'Dat krijg je er van.'
'Wat kinderachtig,' mompelt Pallando. Hij is ondertussen ook wakker geworden en heeft ons van een afstandje bekeken. Ik draai me meteen om en keek hem met een kleine grijs aan. 'Zij begonnen,' lachte ik. Tom zucht diep. 'We "begonnen" niet eens. Het was een grapje.' 'Ik ben toch ook niet boos?' Vraagt ik. Galdor schud zijn hoofd. 'Ik ook niet.' Grijnst hij, terwijl hij druipend aan de kant staat. 'Het maakt ook niets uit. Ik zeg alleen dat het kinderachtig is.' Pallando komt onze kant op gelopen. Ook Tom komt wat dichterbij. 'Wat is nu het plan?' Vraagt Galdor, terwijl hij zijn trui probeert uit te knijpen zonder deze over zijn hoofd te trekken. 'We moeten een boot zien te vinden om de Gwathló over te steken.' Antwoord Pallando. 'Dat wordt rond kijken dan.' Zucht ik. Pallando knikt alleen maar. Langzaam kijk ik om me heen. Mijn ogen bewegen zich traag langs het landschap. Tom en Galdor lopen samen langs de waterkant af en voeren diepen gesprekken met elkaar. Ik blijf me focussen op die boot, al kan ik deze nergens zien.
'Ik denk niet dat er een boot is.' Zei Galdor. Hij is samen met Tom terug gelopen naar Pallando. Ze zijn een stukje langs de waterkant afgelopen, maar hebben niks kunnen vinden. 'Ik heb ook niets gezien,' Zeg ik spijtig. Pallando kijkt even bedenkelijk en tikt kort met zijn hand tegen zijn been. Hij laat zijn ogen langs het water af gaan en maakt een afkeurend geluidje met zijn mond. 'Dat wordt zwemmen,' zei hij kort. Tom's ogen werden langzaam groot en Galdor's mond zakte open. 'Je maakt een grapje zeker?' Vraag ik ongelovig. Pallando schud langzaam zijn hoofd. 'Dat meen je niet!' Roept Tom uit. 'Ben je bang voor water?' Vraagt Pallando. Tom schud zijn hoofd. 'Dan zie ik geen reden om dat niet te doen.' Pallando loopt zonder nog iets te zeggen naar het water. Beduusd kijk ik hem na. 'Dan worden mijn kleren toch nat..' mopper ik. Pallando kijkt met een brede grijns om. 'Dat droogt wel.' Ik rol mijn ogen en loop met tegenzin achter Pallando aan. Langzaam loop ik het water in. Het water is erg koud. Ik voel het zelfs door mijn kleren heen. 'Nee, dat doe ik niet!' Roept Tom. Hij trekt zijn voet weer uit het water en schudt koppig zijn hoofd. 'Veel te koud!' Galdor gromt geïrriteerd. Hij pakt Tom bij zijn schouders vast en duwt hem in het water. Spartelent komt hij boven. 'Aansteller,' mompelde Galdor, terwijl hij achter hem aan het water in gaat. Giechelend kijk ik de jongens aan. 'Lach je me nou uit?' Vraagt Tom verontwaardigd. 'Nee hoor,' Zeg ik liefjes. Tom rolt zijn ogen en zwemt daarna wat verder het water in. Pallando wacht tot we bij hem aan zijn gekomen. Hij leid ons de weg richting de overkant. Ik ben al snel gewend aan de temperatuur van het water. Zo kan ik rustig naar de overkant zwemmen, zonder er al te veel last van te hebben. Als we daar zijn aangekomen, klim ik snel op de kant. Ik help Tom en Galdor om uit het water te komen. Ik knijp meteen mijn haar uit en veeg het water van mijn gezicht. 'Zo, dat was nog niet zo erg..'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top