14 De heksen (2)


POV Anna

Ik open mijn ogen en kijk verward om me heen. Waar ben ik en waarom ben ik gevangen genomen met allemaal ijzeren klemmen? Ik hoor gegniffel achter me en draai me woest om. Een vrouw met een zwarte jurk en een zwarte punthoed kijkt me gemeen aan. 'Niet verwacht jou hier gevangen te hebben.' zegt ze gemeen. Ik kijk haar aan en voel vuur in mijn buik opborrelen. Ik wil het eruit spuwen, maar het lukt niet want er zit een korf om mijn mond heen. 'Je kunt me niks maken, Anna.' zegt de vrouw. Wacht, hoe weet zij mijn naam? Ik bekijk de vrouw nog eens goed en dan weet ik het. Ze is de zus van Celeste! Ik kijk haar vuil aan en beweeg me woest heen en weer. De vrouw lacht gemeen en draait zich om. Ze loopt via de deur de grote ruimte uit. Ik blijf alleen achter. Ik kijk om mee heen of er een mogelijkheid is om te ontsnappen, maar ik zie er geen dus geef ik het maar op.

POV Maik

Ik zit in een kring samen met Brian, Patrick, Yarnick en Ruben. We proberen te bedenken hoe we uit deze cellen kunnen ontsnappen. Ondertussen is Janique in de andere cel druk bezig met het doorsnijden van de tralies met haal nagelvijl. 'Maik?' zegt Yarnick opeens. Ik kijk vragend zijn kant op. 'Jij kunt toch toveren?' vraagt hij. Ik knik, niet wetend welke kant hij op wil. 'Zou je iets kunnen toveren waarmee we de tralies door kunnen breken?' vraagt Yarnick. 'Ik kan ons hier net zo goed uit toveren.' zeg ik, dan begint er een lichtje te branden. Ik sta op en zeg tegen de jongens dat ze in een kring om me heen moeten staan, zodat ik ze mee kan nemen buiten de tralies. 'Nel, nel, laat ons uit deze cel!' zeg ik en ik beweeg wat met mijn armen. Binnen een seconde staan we aan de andere kant van de tralies. 'Goed gedaan!' zegt Yarnick en hij geeft me een high five. Janique, die al die tijd bezig was geweest met haar nagelvijl kijkt me vuil aan. 'Sorry, mijn krachten moeten opladen.' zeg ik. 'Dus ik kan nu niet jullie uit de cel halen.' Neville kijkt me met een zielige blik aan. Ik grijns naar hem omdat ik zie dat hij naast Mia zit. 'Oké, wij redden ons wel uit de cel.' zegt Mia. 'Jullie moeten op zoek gaan naar Anna!' We knikken en rennen een kant op.

POV Ruben

Ik kijk toe hoe Janique probeert de tralies door te snijden met haar nagelvijl. Meine moedigt haar de hele tijd aan. Ik raak langzamerhand geïrriteerd dat het zo lang duurt en dan bedenk ik me dat op mijn technische dingetje een lightsaber stand is. 'Ga allemaal aan de kant!' zeg ik terwijl ik mijn technische dingetje pak. Ik zoek naar de lightsaber stand en klik hem aan. Een lightsaber komt tevoorschijn. Ik snij in één keer de tralies door. Janique kijkt me geïrriteerd aan. 'Had je dat niet eerder kunnen doen?' vraagt ze. 'Ik bedacht het me nu pas.' zeg ik. Ze zucht en rolt met haar ogen. Mia trapt de tralies verder kapot zodat we er doorheen kunnen. Als we eenmaal uit de cel zijn rennen we dezelfde kant op als de rest.

POV Pieter

Na het goede nieuws van onze moeder, zijn we direct naar de woonplaats van onze tante vertrokken. Gelukkig waren we op de goede weg, want we hadden allebei geen zin om helemaal een andere kant op te moeten. We zijn nu dichtbij de woonplaats van onze tante. We zien in de verte al haar griezelige kasteel die ons al die jaren de rillingen had bezorgd. We lopen het kasteel binnen en worden met open armen ontvangen door twee dienstmeisjes. Het ene dienstmeisje heeft wild krullerig donkerblond haar, het andere meisje heeft stijl blond haar. Beide meisjes hebben een bril. 'Welkom in het heksendorp.' zegt het ene meisje. 'Jullie zijn vast de heldhaftige Pieter en Reinout.' zegt het andere meisje en ze geeft een zwoele knipoog. 'Ja, dat zijn wij.' stamel ik en ik voel me warm worden. 'Mooi, loop maar met ons mee.' zegt het meisje die ons een knipoog gaf. Het meisje met blond haar pakt me bij mijn arm en neemt me mee. Het andere meisje pakt Reinout bij zijn arm. Ze sleuren ons mee naar een grote zaal. Daar dumpen ze ons op een stoel. Ze gaan achter ons staan en zeggen dat we naar voren moeten kijken. Voor ons staat een vrouw met een lange zwarte jurk en een zwarte punthoed. 'Fijn jullie weer te zien jongens.' zegt de vrouw. Het is onze tante. 'Insgelijks!' zeggen Reinout en ik tegen onze tante.

POV Anna

Ik staar droevig naar de grond, hoe kom ik hier in vredesnaam uit. Die vrouw, de zus van Celeste, heeft allang naar Celeste gebeld dat ze mij hier hebben. Het duurt niet lang en ik zou weer in Makkanium zitten bij mijn gemene oom. Een traan rolt over mijn wang bij de gedachte aan wat er allemaal is gebeurd. Ik wil niet terug naar Makkanium, pas als ik weer een mens ben. Dan zal ik met behulp van mijn vrienden en het leger van Sander mijn oom wreken! Ik word wakker geschud uit mijn gedachten door een deur die open vliegt. Ik kijk omhoog, bang om Rik in de deuropening te zien. Maar tot mijn verbazing zie ik Brian, Maik, Yarnick, Marnix en Patrick. Ze komen naar me toegelopen en proberen met man en macht mij uit mijn toestand te helpen. Dan hoor ik een klik, de korf die om mijn mond zat is kapot gebroken. Nu kan ik mezelf zo bevrijden. Ik geef een knikje naar de jongens dat ze achteruit moeten stappen. Ze stappen met zijn allen achteruit en ik spuw vuur op de ijzeren klemmen die mij vasthouden. Het ijzer smelt en druipt langzaam van mijn poten af. Het doet dan wel pijn, maar het is het waard. Ik kom langzaam overeind en zie dan dat de rest van de groep er ook aan komt. Ik ben blij dat niemand gewond is geraakt. 'Laten we maken dat we hier wegkomen!' zeg ik en zo snel als ik kan ren ik door de gangen van het enorme gebouw. Als ik de uitgang zie, maak ik hem woest open met mijn staart. Ik ren samen met de rest naar buiten, tot mijn verbazing staat er niemand dus we kunnen gemakkelijk ontsnappen. We rennen met z'n allen het bos in, genietend van de vrijheid!

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top