• 57 •

POV Maeve

Gesloopt laat ik mezelf naast Austin op de bank ploffen. Hij slaat zijn arm om mijn schouders en ik leg mijn hoofd op zijn schouder. We zijn nu twee weken verder, elke dag met vol goede moed naar het ziekenhuis, en elke keer weer zonder nieuws naar huis gaan. Het doet pijn, verschrikkelijk veel pijn, om telkens weer teleurgesteld te worden. Terwijl ik het mezelf steeds op mijn hart druk om niet te veel te hopen op iets. Tussen alle ziekenhuis bezoekjes door, is de verhuizing van Austin en de jongens in volle gang. Ik help waar ik kan, maar gelukkig begrijpen de jongens en de andere dat ik niet op volle toeren meedraai. Ik ben er gewoon niet bij met mijn hoofd, ik kan me nergens op concentreren en mijn lichaam geeft gewoon aan dat het te zwaar is.

Het enige lichtpuntje in deze periode is dat ik aangenomen ben op de kunstacademie, of ik nou wel of niet mijn examens haal, ik ben binnen. Dat is wel gelukkig al een zorg minder.

"Pizza!" Roept Ise enthousiast, daarna volgt de harde klap van de voordeur. Ik schrik op en Chase springt op en trekt een sprintje naar haar toe, ik moet even grinniken om hem. "Morgen de laatste dingetjes en dan zijn we gewoon klaar." Verzucht Scott en ik glimlach klein. "Het is onwijs mooi geworden." Zeg ik en Scott knikt instemmend. "Veel mooier dan wat ik verwacht had." Zegt hij. "Zie je, je kan gewoon vertrouwen op mijn verf skils." Noen gooit lachend een kussen naar Scott, die hij behendig vangt.

Ise loopt de woonkamer in met zes pizza dozen en zet ze op de tafel. "Wie had salami?" Vraagt Chase. "Ik." Zeg ik terwijl ik de doos van hem aanpak.

Zodra iedereen zijn pizzadoos op schoot heeft start Austin Netflix op. Met lange tanden neem ik een hap van mijn pizza, het smaakt me totaal niet. Ik zet de doos weer op tafel en nestel me dicht tegen Austin aan, vermoeid sluit ik mijn ogen en Austin aait door mijn haren heen. Terwijl ik langzaam in slaap val hoor ik de jongens op de achtergrond discussiëren over welke film ze gaan kijken. Het is maar waar je je druk om kan maken.

POV Hailey

Nate laat zichzelf naast mij op bed ploffen, ik trek de dekens over mezelf heen en luister naar Nate die nog nahijgt. "Hail, gaat het goed met je?" Hij wrijft over mijn arm heen en ik draai me om, zodat ik hem aankijk. "Je leek er nou niet echt van te genieten ofzo." Mompelt hij en ik haal mijn schouders op. "Mijn kop staat nu gewoon niet naar seks, is dat heel gek?" Breng ik sarcastisch uit. "Dan moet je dat gewoon eerlijk tegen me zeggen Hail, nu voel ik me rot over het feit dat jij eigenlijk niet wilde en het me gewoon liet doen." Zegt hij terwijl hij een pluk haar achter mijn oren wegveegt. Ik slik en kijk weg. "Jij hebt toch ook gewoon je behoeften?" Mompel ik. "Ik kan mezelf anders prima alleen helpen, daar hoef jij je echt niet verantwoordelijk voor te voelen Hail." Zucht hij en ik knik langzaam.

"Ik kan niet meer in deze onzekerheid leven Nate." Een traan rolt over mijn wang naar beneden. "Dat kan ik me heel erg goed voorstellen, maar je mag het nog niet opgeven. Je moeder is sterk genoeg." Zegt hij. Ik ga tegen hem aanliggen en hij slaat zijn armen stevig om mij heen. "Praat je nog weleens met Maeve buiten je moeder om?" Vraagt hij en ik schud mijn hoofd. "Ze is heel erg druk met het helpen met het verhuizen van Austin." Zeg ik. "Is het dan niet een idee om samen wat te gaan drinken? Even bijpraten over alles." Stelt hij voor. "Misschien wel ja." Mompel ik.

Ik pak mijn telefoon van het nachtkastje af en stuur Maeve snel een berichtje met de vraag of ze mee gaat wat drinken morgen na het ziekenhuis. Daarna leg ik mijn telefoon weer met een klap op het nachtkastje en staar ik het donker in.

"Slaap lekker." Mompelt Nate. "Slaap lekker." Ik druk nog een snelle kus op zijn lippen en draai me daarna om. Ik luister naar Nate zijn ademhaling, die steeds regelmatiger wordt. Ik slaap al bijna twee weken erg slecht, en als ik uiteindelijk in slaap val, dan krijg ik telkens weer dezelfde droom. Ik ben op een afgelegen locatie, waar ik aan het zwemmen ben. Alles lijkt perfect, er staat een klein briesje en er staat een lentezonnetje. Totdat iets mijn voet aanraakt, en dan word ik ineens onderwater getrokken. Terwijl ik vecht om naar boven te komen, zie ik mijn moeder en Charlie. Ze zien er allebei zo echt uit dat het lijkt alsof ik ze kan aanraken, maar elke keer als ik dat wil, schrik ik wakker.

De volgende ochtend word ik wakker van Nate, die erg enthousiast in de badkamer aan het zingen is. Zuchtend draai ik me nog een keer om, ik heb vannacht sinds lange tijd weer in één keer doorgeslapen. Maar ik voel me veel uitgeputter dan voorheen. Toch besluit ik om op te staan, en slenterend loop ik naar de badkamer. Ik grinnik even om Nate als hij ongestoord verder zingt. "Ik zou je opgeven voor een talentenjacht als ik jou was." Grap ik naar hem terwijl ik me langzaam uitkleed. "Denk dat ik nog ietsje meer daarvoor moet oefenen, maar komt goed." Lacht hij en ik schud lachend mijn hoofd terwijl ik bij hem onder de douche stap.

"Je neemt allemaal kou mee." Klaagt hij en ik steek mijn tong naar hem uit. Ik sla mijn armen om zijn nek en veeg een pluk haar uit zijn gezicht. Hij glimlacht naar me en ik plaats een kus op zijn lippen, meteen kust hij me terug en zo staan we een tijdje onder de warme stralen.

Zodra ik aangekleed ben gris ik mijn telefoon van mijn nachtkastje. Ik scan snel het berichtje van Maeve, die gestuurd heeft dat ze kan. Een kleine glimlach siert mijn lippen, ik kijk er ergens heel erg naar uit om weer met Maeve te zijn. Zoals vroeger.

Ik loop het ziekenhuis in, ondertussen hoor ik haast bij het meubilair. Elke dag zie ik veel nieuwe gezichten, maar ook een paar bekende. Die er ook haast elke dag zijn, ze glimlachen stuk voor stuk vriendelijk naar me. Alsof ze willen zeggen dat ik er niet alleen voor sta. Ik druk op het knopje van de lift en wacht ongeduldig.

"Hey." Klinkt Maeve haar stem achter me. "Hey." Ik stap in de lift en druk op het knopje van de zesde verdieping. "Hoe gaat het?" Vraagt ze, ze is licht buitenadem. "Vannacht eindelijk weer aan een stuk door geslapen." Ik glimlach klein. "Oh wat fijn Hail." Ze glimlacht terug. "En met jou?" Vraag ik. "Niets veranderd." Ze haalt haar schouders op en ik knik. "Schiet het verhuizen een beetje op?" Vraag ik en ze knikt. "Gelukkig wel, vandaag nog de laatste dingetjes en dan zijn ze als het goed is klaar. De kamer van mij en Aus is zo mooi geworden." Terwijl ze dat zegt verschijnen er lichtpuntjes in haar ogen. "Oh wat dan?" Vraag ik nieuwsgierig, waardoor ze uitgebreid begint te vertellen over de muurschildering die ze heeft gemaakt.

Nog steeds druk in gesprek lopen we de kamer in van mijn moeder. Abrupt stoppen we met ons gesprek en zakt mijn mond open van verbazing. Droom ik of is dit echt?

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top