Hoofdstuk 12
Het is midden in de nacht en er staat een man met een lange zwarte jas aan met op zijn hoofd een zwarte hoed voor een huis. Er staat een volle maan aan de donkere hemel en het maanlicht valt een beetje op het gezicht van de man. Zijn ogen kleuren rood door het maanlicht en zijn huid ziet er wit uit van het licht. Als een schim sluipt hij op de deur af en zoekt iets in zijn lange zwarte jaszak.
Na een tijdje tovert hij er twee haarspeldjes uit en begint er een te buigen. Hij duwt het gebogen haarspeldje in het slot en buigt dan het andere haarspeldje. Het gaat hem makkelijk af, alsof hij het wel vaker heeft gedaan. De deur gaat met een zachte klik open en de man duwt de deur open. Hij stapt zachtjes naar binnen en sluit de deur stilletjes achter zich. Zijn mond vormt een grijns, waardoor er witte tanden zichtbaar worden. Geluidloos loopt hij langs de muur -als een schim- naar de trap, waar hij even halt neemt. Boven klinkt geluid. De grijns op zijn mond is verdwenen.
Even later klinkt het geluid van een doorgespoelde toilet en hij gluurt via het muurtje naar boven toe. Er brand licht, maar daarna gaat het licht uit en de man komt weer in beweging. Hij zet een voet stilletjes op de traptreden, waarna hij zijn volgende voet ook stilletjes op de volgende traptreden zet.
Halverwege de trap neemt hij even weer halt en ziet een andere man, de trap boven zijn hoofd naar boven lopen. De andere man ziet hem niet en na een tijdje is het weer stil in huis. Het is weer donker en de man begint plotseling haastig de trap verder op te lopen. De man kijkt zoekend om zich heen en loopt vervolgens naar een deur. Hij wilt de deur open maken, maar die zit op slot. Direct stopt hij met het proberen open te maken en gluurt door het sleutelgat, maar al gauw draait hij zich om. Hij loopt naar een andere deur en voelt of die open is. De deur gaat open en hij stapt de kamer binnen.
Even later komt hij de kamer weer uit gelopen en haast zich naar de trap. Het schijnt dat hij plotseling haast heeft en stormt luidruchtig de trap af, naar beneden toe. Boven hoort hij geluid, maar maakt dan dat hij snel het huis uit is. Hij trekt wel zachtjes de deur dicht en rent dan weg de straat verder in, waarna hij in het donker verdwijnt...
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top