Hoofdstuk 28

Zie hierboven op de afbeelding: het slootwater.
-------------------------------------------------------------------------------------------------------
Lani was nadat ze even met Sunrise had gesproken, weer het bos uitgelopen. Ze was op haar hoede en keek telkens om haar heen. Camerelui! Wat moet je er toch mee? vroeg ze zich af. Waarom mij? Waarom overkomt mij dit nou?! Nou ja, niet zo gek eigenlijk, omdat een 'klein' en 'jong' meisje de meest actieve dievenbende gegrepen heeft, maar die waren te traag, en te onhandig om superschurken te zijn. Als zij echt zo gevreesd waren, wat waren alle anderen dan? Lani was opnieuw bezig met huiswerk. Leren, leren en nog eens leren... saai en stom. Ze klapte haar boek dicht. Ik vind het genoeg, dacht Lani. Het was al laat in de avond en ze viel in slaap. Morgen die toets, maar dat ging wel goed komen.
De volgende dag verliep de toets zoals verwacht goed. Voorlopig hadden ze geen toetsen meer. Voor overmorgen moesten ze spelling maken, niet echt moeilijk. Lani liep de school uit, het plein af. Daar stond ze even stil. Kylie, liep zacht achter haar aan met een emmer vol ranzig slootwater. Dit krijg je nog te goed! dacht ze kwaad. Een tijd geleden liet je me zo erg schrikken en nu zet ik je dat betaald! Ze sloop dichterbij. Nog vijf stappen... nog vier stappen... nog drie stappen... nog twee stappen... maar Lani hield je niet voor de gek. Zij voelde dat er iets ging gebeuren, maar speelde het spelletje mee. Ze deed alsof ze niet merkte en zodra Kylie die laatste stap zette, draaide ze zich snel om en trapte de emmer omhoog, waardoor al het water over Kylie heen kwam. Opnieuw staarde ze haar met open mond aan. "Ik zou je mond dicht doen, als ik jou was," merkte Lani droog op. "of hou je soms van slootwater om op te drinken?" woedend klapte Kylie haar mond dicht. "Wacht maar!" siste ze. "Ik zal terugkomen voor wraak!" "Serieus?" vroeg Lani. "Zeker over tienduizend jaar?" Kylie stampte weg. "Dat is ook weer geregeld!" grijnsde Lani. "Dat hoorde ik!" riep Kylie zonder de moeite te nemen zich om te draaien. "Nou, applausje waard..." mompelde Lani. "En dat ook!" "Wil je nu een gouden medaille?!" riep Lani haar achterna. "Niet van jou!" snauwde Kylie. "Je hoeft niet zo boos te zijn, hoor! Jij begon dus EIGEN SCHULD, DIKKE BULT!" dat laatste schreeuwde Lani, omdat Kylie dreigde uit het zicht te raken. Ze reageerde ook niet meer. Opgeruimd staat netjes, dacht Lani, terwijl ze naar de grot liep.

"Ik ben het zat hier!" Silverpaw stond voor de ingang van de plaats waar de roedel verbleef. Ze was het helemaal zat. Goldeye, haar moeder dus, Brownpaw, Blackpaw... Silverpaw keek woedend om. Ze behandelde Brownpaw en Blackpaw als pasgeboren pups, echt zo kinderachtig! Niet normaal! Maar net toen ze de plaats wilde verlaten hoorde ze iemand haar roepen. "Silverpaw! Kom hier! Het is bedtijd!" Goldeye stond een paar meter achter haar. De hel! Nee! dacht Silverpaw. Altijd als ik weg wil, blokkeert zij het. Zuchtend liep ze achter Goldeye aan. Blackpaw en Brownpaw waren aan het ruziën. "Ik wil daar liggen!" roept Blackpaw. "Nee, ik!" roept Brownpaw. "Zoek je eigen plaats, Blackpaw!" "Pech gehad, ik lag hier eerst." Silverpaw ging in een hoekje liggen. Brownpaw en Blackpaw bleven doorgaan met hun ruzie. "EN NU KOPPEN DICHT!" snauwde Silverpaw. "HOE KAN EEN WOLF NOU ZO SLAPEN MET DAT GERUZIE?!" Brownpaw en Blackpaw staarden haar geschrokken aan. De jongste, de kleinste, maar toch de wijste! Dat was Silverpaws motto. En de snelste. Houden we een wedstrijdje rennen, wie wint?! Ja, ik! Fantastisch! Echt iets nieuws! Nee, niet dus. Ik win altijd! Silverpaw viel in slaap met die gedachtes.
Ze rende tussen de bomen door. Ze rende en rende en kwam uit op een open plaats met een zee die oneindig leek Links en rechts van haar verschenen twee schimmen. Het waren wolven van haar leeftijd. En zij hadden zo'n vacht zoals zij. Alsof ze alledrie wisten wat ze moesten doen gingen ze voor de zee zitten en keken omhoog. Ze spraken niet. In de lucht verschenen twee wolven. HemelWolven. Zij landden op het water en renden sierlijk naar hen toe. Voor hen bleven ze op het water staan. "Hallo jonge wolven," sprak de linker wolvin. "mijn naam is Lightstar." Lightstar keek hen één voor één aan en zei hun naam. "Welkom Graypaw, Silverpaw en Icepaw. Jullie zijn hier naartoe gehaald, omdat ik jullie iets moet vertellen. Jullie zijn speciaal met krachten. Icepaw, jij hebt je krachten al eens moeten gebruiken. Natuurlijk zijn er veel meer net zoals jullie speciaal. Maar jullie drie gaan wanneer jullie volwassen zijn een belangrijke rol spelen bij het verslaan van de demons. Jullie zullen ook sneller volleerd zijn. De wolvin hiernaast gaat jullie trainen en jullie helpen om die kracht onder controle te krijgen." Lightstar zweeg en de andere wolvin nam het woord. "Mijn naam is Glowshine en ik help wolven zoals jullie met de training. Vergeet niet: er zijn altijd wolven die je mogen." Lightstar en Glowshine vervaagden en verdwenen toen met een lichtflits. De drie wolvenpups keken elkaar aan.
En toen werd Silverpaw wakker. Zou dat waar zijn? vroeg ze zich af. Ik speciaal? Zou kunnen, maar krachten..? De witte wolfspup die Icepaw genoemd werd, had haar krachten al gebruikt, maar de grijze wolfspup, Graypaw, was ook niet opgenoemd, net als zij. Maar waarom zei Glowshine nou dat er altijd wolven zijn die je mogen? Bedoelde ze dat zij alledrie haters hadden? En waarom speciale training? Had iedere wolf dat, zo'n speciale trainer? En verdwijnt elke wolf met een lichtflits? Zoveel vragen zonder antwoord... hoe kom ik daar ooit achter?
-------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hi, ik heb besloten om toch maar af en toe wat hoofdstukken over Silverpaw, Graypaw en Icepaw te maken. Is het een goede beslissing? Ik ga dit doen om ze voor te bereiden op boek 2.
X— Silver Cat

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top