60

Malya

"De Geleerden willen ons zien,".

Ryanna, mijn zusje, kwam op me af, terwijl ik op een brok steen zat en kleine steentjes al starend op de grond gooide.
De bouwers die door de koning van het Zonnenrijk gestuurd waren, waren bezig met het herbouwen van het Huis der Geleerden dat de grote draak verwoest had.
Zelf had ik de draak niet gezien. Ik was op dat moment bij de trainingsvelden en toen ik terug kwam was de stad in rep en roer. Het deed me pijn dat vele huizen vernietigd waren en onschuldige mensen en soldaten waren omgekomen.

Ook had ik gehoord dat deze draak een vrouw was. Een vrouw die in een draak kon veranderen?
Een roddel van een leidster van een Groeihuis, genaamd Utjia, had verspreid dat het om Silvera ging. Omdat ze al vervloekt was door de schubben die uit haar huid groeiden.
De Geleerden hadden het volk gerust gesteld dat alles goed zou komen en dat zij zouden proberen er alles aan te doen dat dit niet nog een keer zou gebeuren. Veel informatie lieten ze niet los.

Onze Heilige Bagu was ook voor het eerst zijn tempel uitgekomen na vele en vele jaren, nadat Ryanna en ik voor hem Silvera in een oud verlaten huis vonden in het Zwarte Hazenwoud. Het plan was om haar mee te nemen, maar ze had onverwachts vrienden gemaakt die haar beschermden. Toen kwam het voorstel dat ze onze leider wilde en uiteindelijk hebben ze blijkbaar iets afgesproken.
Hij kwam namelijk samen met haar terug. Toen zij uit de koets stapte had onze Heilige Bagu niks aangekondigd of verteld wie zij precies was. Hij hield het dus openlijk geheim... zoiets? Het was vaag en raar.

Na alle puzzelstukken bij elkaar geplaatst te hebben geloofde ik inderdaad dat zij echt de draak was. Sinds ik dit wist hield ik haar in de gaten. Ze spendeerde de afgelopen twee weken veel tijd in de tempel van onze Heilige Bagu.
Werkte onze heilige leider met haar samen? Terwijl zij mensen vermoord had? Onze prachtige stad verwoest had?
Die vrienden van haar waren vaak op de trainingsvelden te zien. Er waren ook een onbekend meisje en een jongen gearriveerd die zich bij Silvera leken aan te sluiten.

Heel de Oude Stad haatte Marcus ook. Hij had ons allemaal verraden door de geheimen die hij droeg. De Geleerden hadden niet verteld wat voor geheimen dit precies waren, maar het kwam er op neer dat hij ons allemaal verraden had. Hij was gevlucht, dus dit bevestigde dat de Geleerden de waarheid spraken. Waarom zou je anders weggaan zonder jezelf te verklaren?

Ryanna liep op me af en keek me aan toen ik kleine steentjes op de grond gooide.

"Kom, ze willen ons zien," herhaalde Ryanna, maar ik reageerde niet. "Wat is er?"

Met een zucht keek ik naar de bouwers die een vele steenresten aan het wegslepen waren. Daarna gleed mijn blik naar de andere kant van de straat waar grote karren met eten op een eerlijke manier werden uitgedeeld aan het volk. De voorraadkamers waren verwoest en iedereen moest zuiniger leven.

"Ik zie dat je wraak wilt," zei Ryanna met een grijns en klom op de grote steen waar ik op zat. Ze plofte naast me neer en duwde op een aandachtvragende met haar arm tegen de mijne aan.

"Het is niet per se wraak," begon ik.

"Natuurlijk wel. Je hebt me verteld dat je weet dat die zogenaamde koningin de draak is. Bagu wilde het niet zeggen. Waarschijnlijk wilt hij het niet eens inzien. Kijk wat ze gedaan heeft. Ze heeft alles kapot gemaakt. Mensen vermoord. We moeten haar doden. Ze zit in Bagu's tempel en elke avond is ze in haar hut die ze van Bagu gekregen heeft," klaagde Ryanna. Zij was de hardste van ons twee. En de luidste.

"We kunnen haar niet doden, want Bagu ziet iets in haar. Wij zouden ook keihard gestraft worden als we dit zouden doen... als we tegen Bagu's plannen ingaan. Je weet dat hij dingen zelf doet en vaak niet eens overlegd met de Geleerden," zei ik. Want waarom zou hij anders met haar in zijn tempel zitten. Hij was wat van plan, maar wat?

"Als ze dood is zal hij begrijpen dat dat moest gebeuren. Ze is een draak, Malya! Moet ik je herinneren aan de drakenverhalen die onze moeder vertelde voor ze stierf? Steden in vuur en vlam. Zoveel doden. Er is niks wat je tegen zo'n beest kunt doen. Maar dit... dit is anders,"

Ik keek mijn zusje aan en trok een vragende wenkbrauw op. "Anders?"

"Ze is een vrouw! Een mens! Mensen zijn veel gemakkelijker te doden. En dit mens is ook nog eens een koningin. Ze weet niet hoe ze moet terugvechten. Ze zal een makkelijk doelwit zijn. Één pijl in haar hart is genoeg. We hoeven niet eens zo heel dichtbij haar te komen. Tenzij je haar liever met jouw zweepje wilt aanvallen,"

"Ben je vergeten wat er in het Zwarte Hazenwoud gebeurde? Toen we ze vonden? Die vrienden van haar zijn niet zomaar te misleiden,"

"Dan zoeken we een moment dat ze alleen is. Misschien wanneer ze onderweg gaat? Naar de tempel? Dan slaan we toe,"

Ik stond op en sprong in één keer van de steen af. Mijn blik gleed naar Ryanna, terwijl mijn hoofd hevig schudde.

"Nee," zei ik vastbesloten. "We gaan haar niet doden. We hebben genoeg andere dingen te doen, zoals naar de Geleerden gaan,".

Ryanna zuchtte en volgde me toen zij ook van de steen afklom.

"Soms vraag ik me af of je wel weet wat er soms gedaan moét worden," had ze het laatste woord en we liepen naar de andere kant van de stad waar de Geleerden een leeg houten huis gevonden hadden zodat ze verder konden gaan met hun werk.

Het waren er nu vier in plaats van vijf. Door Marcus zijn vertrek natuurlijk.

We liepen een grote hal binnen waar de vier Geleerden aan een tafel zaten en opkeken toen wij binnenkwamen.
Dit moest de Heilige Zaal nu voorstellen. De zaal waar alle zaken besproken werden.

"Malya en Ryanna. Dank jullie wel voor jullie komst," begon de middelste Geleerde, genaamd Rafaël.
Ik knikte met mijn hoofd.

"Wat hier besproken zal worden mag niet met het volk gedeeld worden," ging hij verder.

"Wat is er dan?" vroeg Ryanna nieuwsgierig.

Ik keek haar even aan, omdat ze in mijn oren brutaal klonk. We moesten altijd netjes zijn tegen de Geleerden.

"Mijn excuses. Mijn zus komt graag direct tot het punt," reageerde ik naar de Geleerden.

"Wij ook. Na overleg met Bagu willen we dat jullie naar de Boomburcht gaan om de heer Zuidster een bericht door te geven," vertelde Rafaël en haalde een rol perkament met een zegel van het Heilige Woud uit zijn zak.
Hij hield deze voor zich uit en ik liep op hem af om deze aan te pakken.

"Wat staat er in?" vroeg Ryanna. "Of mogen we dat niet weten?"

"Ryanna," siste ik naar haar en ze hield haar schouders op.

"Wat?" kaatste ze terug. "We moeten een brief afleveren en we mogen niet weten wat er in staat?"

Ik richtte me tot de Geleerden, want zoals altijd wilde ik het goede voorbeeld geven.

"Nogmaals mijn excuses voor het gedrag van mijn zu-,"

"Stop Malya! Je hoeft je niet voor mij te verontschuldigen. We mogen niks tegen het volk zeggen, dus alles wat hier besproken wordt blijft tussen vier muren, toch?"

Ryanna keek naar de Geleerden.

"Waarom heeft onze Heilige Bagu afspraken met de draak die jullie heilige huis heeft verwoest en onze mensen heeft gedood?" vroeg ze met een strak gezicht.
Ik merkte dat ze een bepaald punt had bereikt dat ze haar impulsiviteit niet meer kon bedwingen. Ze liet zich snel door haar gevoelens mee sleuren. Vergat ze dat we tegenover de mensen zaten die over deze stad heersten? De Geleerden waren ook bevoegd om straffen uit te delen.

Maar toen Ryanna deze vraag stelde bekeken mijn ogen de gezichten van de hoge mensen. Ze leken niet verbaasd te zijn door wat ze gezegd had.

"Jullie wisten het," merkte Ryanna op. "Jullie wisten het gewoon!"
Ze haalde de woorden uit mijn mond toen ik hetzelfde begon te denken.
Bagu moest het hen wel verteld hebben. Ze hadden een plan en de draak had er mee te maken. En nu moesten we naar het Zwarte Hazenwoud om een bericht door te geven?

"Ze heeft gelijk," sprak ik. "Jullie wisten het,".

Rafaël zuchtte en wreef met zijn hand langs zijn nek.

"We hebben de draak nodig," gaf hij toe.

Onze monden vielen open. Zelfs Ryanna had dit niet verwacht.

"Zij is de vijand!" riep Ryanna gefrustreerd.

"We hoeven onszelf niet uit te leggen," ging de Geleerde, Elijah, die naast Rafaël zat op haar in. "Ik hoop dat je weet tegen wie je spreekt,".

Ryanna bromde.

"Er zal snel een strijd plaatsvinden en het Heilige Woud moet voorbereid zijn. Er is namelijk een tovenaar die onbekende magie bezit. Emperal is gevallen. Keizer Razall en zijn kinderen zijn dood. Deze tovenaar is de nieuwe heerser en zal ongetwijfeld bereid zijn ons aan te vallen. Wat we weten is hij een leger van 1000 man in een erg korte tijd verslagen heeft," vertelde de Geleerde Rafaël.

"Zeg maar gerust vernietigd," voegde Geleerde Elijah toe aan zijn verhaal.

"Inderdaad. Vernietigd. De enige troef die we momenteel hebben is Silvera. Ze heeft ingestemd om mee te vechten. Met haar is de kans veel groter om zegen te vieren. Maar we hebben Romahn Zuidster ook nodig vanwege de Emperaanse Brug. Deze zullen we nodig hebben om deze vijand op afstand te houden. Jullie gaan naar hem toe om deze brief te geven en beroep te doen op zijn loyaliteit aan Oost-Efea,".

Ryanna hield haar hand voor gezicht en ik hoorde dat ze zachtjes bespottelijk lachte.
Ze legde haar handen in haar zij en schudde afkeurend met haar hoofd.

"Hoor je dit, Malya? Ze komt ermee weg," merkte ze op en fronsde haar wenkbrauwen uit boosheid.

"Dat zal ze niet," ging Rafaël tegen haar in. "De Oude Stad is heilig voor ons allemaal. Elk slachtoffer zal gewreken worden. Als we de oorlog gewonnen hebben zal ze berecht worden. Tenzij ze sterft tijdens het gevecht,".

"Niemand begrijpt hier wat een draak is, volgens mij," merkte Ryanna op. "Draken kunnen vliegen. Ze hebben vleugels, weten jullie nog? Ze zou gewoon weg kunnen vliegen tijdens de strijd en ons aan ons lot overlaten. Hebben jullie daar al aan gedacht?"

"Het is een risico en nogmaals: we hoeven ons niet te verantwoorden," kapte Rafaël haar af. Lichtelijke frustratie was te horen in zijn stem, maar hij bleef professioneel.

Ik keek mijn zusje even aan. Misschien dacht ze dat ik mijn zachte kant mezelf liet domineren, maar ik droeg dezelfde gevoelens als die zij had.
Maar ruzie maken met de Geleerden had geen zin. We hadden nu erg veel informtie gekregen die we niet wisten.
Een tovenaar die nu keizer was van het mensenrijk Emperal en nu onze vijand geworden was.

"We verwachten dat jullie discreet handelen en nu naar het Zwarte Hazenwoud gaan. De reis is 10 dagen en de tijd staat momenteel niet aan onze kant. Succes,".

Ryanna en ik draaiden ons om en liepen naar de uitgang.
Toen we eenmaal buiten stonden begon Ryanna hard te lachen. Daarna veranderde haar lach naar  gesnik en haar ogen kleurden lichtelijk rood door de tranen die over haar wangen rolden.

Ik wilde haar zachtjes aanraken, maar ze sloeg mijn hand weg.

"Nikira heeft haar dochters verloren. Dyana haar man en zoon. De soldaten die moed toonden... verbrand! Levend verbrand! Huizen waar kinderen en baby's in lagen te slapen... verwoest! En nu willen ze met haar... samenwerken?" riep Ryanna kwaad.

"Doe even wat zachter," gebaarde ik met mijn handen. We waren gewoon op straat en ondanks onze boosheid mochten we dit met niemand delen.

"Wat vind jij, Malya de Zachtaardige?"

"Je hoeft je frustratie niet op mij te uitten, maar ja ik ben ook boos. Ik vind dit ook niet eerlijk. Als ik geweten had dat dit allemaal zou gebeuren had ik je Silvera laten doden toen we Niemandswoud waren 11 jaar geleden," zei ik. Mijn woorden leken haar gevoel te bevestigen. "Maar hoe boos we ook zijn... we moeten ons aan de afspraak houden,".

Ryanna leek niet tevreden. Toen legde ik mijn hand op haar schouder.

"Misschien kunnen wij de Geleerden voor zijn. Als de oorlog voorbij is... als we hebben gewonnen... als ze haar niet meer nodig hebben, dan kunnen wij toeslaan. Misschien laten ze het ons wel doen tegen die tijd," stelde ik haar gerust met mijn net bedachte plan.

"Dit klinkt als muziek in de oren," zei ze met een opkomende grijns.

"Laten we nu maar de paarden halen en naar Boomburcht gaan," en ze knikte.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top