•Hoofdstuk 49•

((Dit hoofdstuk en hoofdstuk 50 en daarna begint boek 5!!))

POV Will.
Eva komt aangelopen met hout in haar handen en gooit het neer in het midden. "Wow even rustig." Zeg ik terwijl ik op kijk van m'n boek die ik gevonden heb. "Ik kan er niks aan doen, het contact werd zomaar verbroken en Cloe kan nog steeds in gevaar zijn. God ik haat dood zijn." Antwoord ze en ik grinnik.

"Laten we maar het beste hopen." Zeg ik kalm en ze zucht. Vervolgens steekt ze het vuur aan en gaat ze ernaast zitten.

Eva en ik hebben een klein open plekje in het bos gevonden om weg te blijven van de demonen. "Hoe wist je eigenlijk dat Cloe in gevaar was?" Vraagt Eva en ik haal m'n schouders op.

"Ik kon op de èèn of andere manier met haar communiceren. Ik heb geen idee, misschien omdat we van dezelfde soort zijn." Antwoord ik en Eva trekt een wenkbrauw op.

"Dat kan niet Will. We zijn dood en we zijn automatisch geen onderwerelders meer." Zegt Eva en ik haal opnieuw m'n schouders op. "Er zal wel iets van een connectie zijn." Zeg ik.

Ineens horen we geluiden vanuit het bos en ik sta snel op nadat ik m'n boek laat vallen. Ik trek Eva achter me wat ik automatisch doe als er gevaar dreigt. Ik heb Eva al die jaren beschermt dat we hier zitten en we zullen hier de rest van onze dood blijven zitten.

"Wie is daar?" Vraag ik eerst kalm omdat ik niet al te veel demonen aan wil trekken. "Hallo?" Vraagt Eva zacht en ineens komt er iemand van achter de zwarte bomen vandaan. Een bekend iemand.

Nupas.

"Nupas wat doe je hier? Je word zwak!" Roept Eva die achter me vandaan komt. "Helemaal niet." Zegt hij lachend en ik kijk hem boos aan.

"Jij hebt Cloe verraden." Zeg ik nijdig en Nupas kijkt meteen chagrijnig. "En ik heb m'n leven voor haar gegeven dus iets minder haat gooien zou fijn zijn." Antwoord hij en Eva en ik kijken elkaar aan.

"Je bent dood." Zegt Eva zacht waarop Nupas knikt. "Ik dacht al dat ik jullie op dit soort plekken kon vinden. We kennen elkaar nog niet zo goed omdat er natuurlijk van alles gaande was hier. Het is raar om terug te zijn." Zegt Nupas terwijl hij rond kijkt.

"Je verdient het." Zeg ik en Eva raakt m'n arm aan en schut met haar hoofd. "Je hebt gelijk, ik hoor hier. Ik heb Cloe verraden omdat ik m'n broer en de rest veilig wilde houden en...." begint Nupas maar ik ga er meteen tussendoor.

"Broer?" Vraag ik want zoveel weet ik niet. Ik heb alleen die ene keer met Cloe contact gehad maar voor de rest weet ik niks. "Ja, Kéziah is m'n broer en ik ben geen weerwolf, ik ben een siroop. Tenminste dat was ik." Legt hij uit.

"Ik heb niks gehoord over een broertje." Antwoord ik en Nupas zucht. "Het is lastig uit te leggen." Antwoord hij en ik kijk Eva opnieuw aan.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top