Hoofdstuk 32
{Verloren Krachten.}
Cloe.
En dan kijkt iedereen je in eens aan. Ik ben geen weerwolf meer. 'Hoe bedoel je, ze is haar krachten kwijt? Is ze weer een mens?' Vraagt Rick bezorgd. 'Dat weet ik niet. Het is en blijft zwarte magie. Ik weet niet of ze wat anders geworden is maar ik denk het niet. Ik zal nog wat testjes met haar moeten doorkijken om zeker te weten dat ze een mens is.' Zegt Gabriel.
'En als ze geen mens is en ook geen weerwolf, wat is ze dan?' Vraagt Anne en het is even stil. Gabriel is degene die de stilte weer doorbreekt. 'Ik heb geen idee. Ik heb dit in deze jaren ook nog niet zo heftig meegemaakt.' Zegt Hij en Russel neemt een diepe hap lucht. Dan blaast hij die uit alsof hij er helemaal klaar mee is. 'Wat is er?' Vraagt Gabriel die nog steeds naast hem zit. 'We laten jullie anders wel even alleen.' Zegt Anne en ze gebaard naar Rick en mij dat we allebei mee moeten komen. We doen wat ze zegt en we verlaten de kamer.
Gabriel.
'Dus wat is er Russel?' Vraag ik nog eens nadat Cloe, Rick en Anne de kamer verlieten. 'Ik dacht wel dat we klaar waren met dat hele gedoe. Zwarte magie en zo.' Zegt Russel en ik kijk even naar mijn schoenen. 'Sorry maar ik moest een leven redden.' Zeg ik, nog steeds starend naar mijn schoenen.
Dan voel ik een hand op mijn wang die mij naar Russel's gezicht toe draait. Het is Russel's hand die nog steeds op mijn wang licht. 'En dat vind ik nou zo leuk aan je. Sinds ik in je leven ben, heb je steeds meer de behoefte om mensen te redden. Ik snap wel dat je wilde helpen maar het moest gewoon tot me door dringen.' Zegt Russel. 'Wat?' Vraag ik.
'Dat je weer zwarte magie moest gebruiken. De laatste keer dat je dat deed raakte je gewond. Ik was bang.' Zegt Russel en ik leg mijn hand op zijn hand. 'Je hoeft niet bang te zijn. Ik beloof je dat er niks met me gaat gebeuren als het om zwarte magie gaat. Ik beloof dat ik niks met jou zal laten gebeuren. Ik geef om je.' Zeg ik.
'Ik gelo...' Begon Russel maar hij kon zijn zin niet afmaken omdat ik mijn twee handen als een kom om zijn gezicht heen hield en ik drukte onze lippen tegen elkaar. Russel kussen was fijn ook al heb ik het al meerdere keren gedaan. Zijn lippen zijn zacht en ik weet dat hij een ongelofelijk goede zoener is. Ik herinner me de eerste keer dat we hadden gekust. In Anne's wolven hol toen het zo stil en ongemakkelijk was. Dan laat ik hem los en we kijken elkaar eindeloos aan. Zijn ogen zijn prachtig en helder blauw alsof je de zee in zijn ogen kan zien. 'Ik hou van je.' Fluistert Russel. 'Ik hou ook van jou.' Antwoord ik.
(Sorry, kort hoofdstuk. Volgende hoofdstuk word weer langer. :))
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top