Hoofdstuk 28

Rick.
'Hier is een briefje met wat jij en de Alpha moeten halen.' Zegt Gabriel die een klein opgevouwen briefje aan mij geeft. 'De Alpha heeft een naam he Gabriel.' Zeg ik en Gabriel rolt mijn zijn ogen.

Cloe zit in de andere kamer en Gabriel en ik praten al een tijdje met elkaar over de laatste tijd. Ik heb hem al een tijd niet meer gezien. Gabriel is nog al een moeilijk persoon maar hij is wel altijd in de stemming om iets te doen. Daarom is zijn vriend Russel ook zo blij met hem.

'Ik blijf wel hier bij biscuit en jij regelt het met dat meisje als je niet wil dat ik haar Alpha noem.' Zegt Gabriel en hij loopt terug de studie kamer in.

Een half uur later sta ik bij een bushokje te wachten. Het is slecht weer vandaag. Het regent niet maar de zon is niet zichtbaar omdat de hele lucht onder de wolken zit. 'Je wilde me zien, vampier.' Zegt een stem achter me.

Ik draai me met een ruk om en ik zie dat het Anne is. Ze kijkt me met een zakelijk gezicht aan alsof dit een sollicitatie gesprek word. 'Cloe is gewond. Ik moet.....' Begin ik maar Anne onderbreekt me. 'Ho wacht even! Cloe is gewond?' Zegt Anne, bijna schreeuwend. 'En daarom heb ik je hulp nodig. Ik moet met jou opzoek gaan naar ingrediënten voor mijn vriend Gabriel die een soort..... Iets kan maken waardoor ze weer beter word.

'Die vriend van je, is zijn naam echt Gabriel?' Vraagt Anne nieuwsgierig. 'Ja, hoezo?' Vraag ik en Anne kijkt me bedenkelijk aan. 'Zijn vriend heet Russel toch?' Vraagt Anne opnieuw en ik kijk haar nu bedenkelijk aan. 'Gabriel is nog al berucht onder de vampieren en weerwolven kring. Gabriel mag dan wel een mens zijn maar zijn voorouders zijn dat niet. Niemand begreep waarom hij als mens geboren was. Ik ken Gabriel beter dan jij denkt. Hij is wel te vertrouwen maar hij heeft soms visioenen.

Ze zijn niet altijd waar. Gabriel heeft die kracht geërfd van zijn oma. Die was een vampier. Omdat hij een mens is, is hij minder krachtig maar als kind heeft hij veel te maken gekregen met zwarte magie. Hij was slecht, dat weet ik wel. Hij heeft zelfs ooit iemand vermoord uit mijn kring, maar toen was ik nog geen Alpha.' Legt Anne uit.

'En hoe is hij dan..... "Goed" geworden?' Vraag ik. 'Èèn woord. Russel.' Zegt Anne. 'Russel?' Herhaal ik. 'Ja. Toen hij Russel ontmoete, werd hij anders. Hij werd open en hartelijk. Hij vertelde iedereen ooit dat hij nooit meer iets met de benedenwereld te maken wilde hebben maar toen ik nog niet zo lang Alpha was, sloot een jongen genaamd Russel zich bij mijn roedel aan.' Zegt Anne en ik kijk even naar mijn schoenen.

'En dat is hoe Gabriel hem leerde kennen.' Voeg ik toe. 'Gabriel en ik hadden ooit een gesprek over de moord in het hol. Ik had er over gehoord en ik wilde hem ondervragen.' Zegt Anne en ik kijk haar weer aan. 'Maar wat heeft dat met Russel te maken?' Vraag ik nieuwsgierig.

'Russel kwam iets aan mij vragen die zelfde dag dat ik een gesprek met Gabriel had. Toen ze elkaar zagen ontstond er een soort explosie in Gabriel. Alsof het kwade in èèn zicht op Russel verdween. Ik wist al dat Russel homo was maar niet dat Gabriel homo was. Toen ik ooit een tweede ondervraging met hem had, kwamen de twee elkaar weer tegen. Toen ik wat water ging halen en terug kwam, stonden ze te zoenen.' Zegt Anne en mijn mond valt open.

'Dus daarom zij Gabriel dat ik naar jou moest gaan.' Zeg ik. 'Hij kende mij.' Voegt Anne toe. 'Ik wist dat Gabriel en Russel al een poosje samen waren maar dit had ik niet achter Gabriel gezien. Hij had de weerwolven vervloekt. Hij zwoor dat hij niks met ze te maken wilde hebben.' Zeg ik.

'Blijkbaar knapte dat gevoel toen hij Russel zag. Ik vond het eigenlijk best schattig. Toen ik ze dag zoenen ben ik niet meer terug de kamer in gegaan. Ik ben weg gegaan. Niet dat ze mij miste. Volgens mij hadden ze niet eens in de gaten dat ik al zo lang weg was. God mag weten wat ze toen met elkaar gedaan hebben.' Zegt Anne lachend en ik lag mee.

'Genoeg gepraat over Gabriel. We moeten Cloe redden.' Zeg ik.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top