Hoofdstuk 23

Cloe.
'Dus dit is het?' Vraagt Rick verbaast. We kijken naar een oud tankstation op de hoek. Het is verrot omdat het jaren geleden gesloten werd. 'Ja.' Antwoord ik en ik loop er op af. Rick grijpt mijn arm vast. 'Je kan niet zomaar naar binnen gaan.' Zegt hij.

'Ik was alleen van plan om er omheen te kijken.' Antwoord ik snel en hij laat mijn arm los. Het is donker omdat Rick niet tegen de zon kan. Waarom moet hij nou weer de vampier zijn en niet de weerwolf? Een weerwolf kan tegen licht en deze plek ziet er creepy uit zonder daglicht.

Ik loop naar een deur waar kassa boven staat. Naast kassa staat snacks. 'Misschien zijn ze achter het pand.' Zeg ik terwijl ik naar binnen kijk, maar niemand zie. Rick antwoord niet en hij laat zijn gloeiende ogen zien. Hij kijkt naar binnen. 'Het is veilig hier. We kunnen naar binnen.' Zegt hij en ik duw de deur van het pand open. De deur kraakt. Zoals ik al zij, daglicht is leuker. Wanneer we binnen zijn ziet alles er leeg uit. De rekken zijn leeg en de koelcellen staan uit. Er brand nergens licht. In het duister zie ik Rick z'n ogen branden die de ruimte goed verkennen. Ik loop naar de desk en daar staat een oude kassa waar toch geen geld in zal zitten. Ik wuif met mijn hand langs mijn neus. 'Gadver. Ruik jij dat ook? Er stinkt iets.' Zeg ik en Rick knikt en hij kreunt van de verschrikkelijke stank. Ik ga op de geur af en het word erger. Er licht in een lade een zak die er half uit hangt. Ik trek de la verder open en de zak zit onder het bloed. 'Rick?' Vraag ik en hij is al naast me komen staan. 'Open de zak niet. Ik ruik dieren bloed. Hier zullen hooguit ledematen in zitten.' Zegt Rick en ik duw de la gauw dicht. 'Wie zou er nou ledematen in een zak willen doen?' Vraag ik.

'We zijn misschien in het weerwolven hol. We weten niet met wat voor soort Alpha we te maken krijgen.' Zegt Rick en ik kijk nog eens om me heen. 'Kan jij weerwolven opsporen? Weet jij wie het kan zijn?' Vraag ik en het is even stil. 'Van zwakke weerwolven weet ik het, maar sommige weerwolven, zoals ik al zij, kunnen zich anders laten ruiken. Dan kan ik ze niet herkennen.' Zegt hij en ik antwoord niet. Er liggen wat oude doosjes in kastjes en in de meeste doosjes liggen wat afgeraffelde bonnetjes van chips en cola.

'Kom. We gaan achter kijken.' Zegt Rick en hij loopt door een deur die naar achter lijd. Ik loop direct achter hem aan. Dan worden er handen voor mijn ogen geslagen. 'Rick?' Fluister ik. 'Cloe. Wat je ook doet. Doe je ogen niet open en volg mij. Hou je vast aan mijn arm.' Zegt Rick en ik doe wat hij zegt hij verwijderd zijn arm en ik hou mijn ogen pot dicht. Ik hou me stevig vast en Rick begint langzaam te lopen. Ik ruik bepaalde dingen die ik niet wil ruiken.

Wanneer we weer door een andere deur heen zijn gegaan, doe ik mijn ogen open omdat ik de stank niet meer ruik. Ik laat Rick z'n arm los. 'Wat was dat?' Vraag ik en ik heb meteen spijt van die vraag. 'Dat vertel ik je later wel.' Antwoord Rick en hier is het zo te zien iets minder donker wanneer ik weer om me heen kijk. Er brand een klein nooduitgang bordje boven een andere deur. Fijn, een ontsnappingsmogelijkheid. Dat maakt me eigenlijk alleen maar banger wand in films en boeken betekent het dat er meestal iets ergs gaat gebeuren in de volgende scène of in het volgende hoofdstuk.

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top