•Hoofdstuk 18•
POV Gabriel.
Wanneer we aankomen bij de bovenste verdieping is alles nog steeds pikkedonker en Cloe probeert de ruimte zo veel mogelijk te verlichten met haar magie.
Als ik een beetje achter de groep kijk zie ik Nupas die een beetje op een achteraf loopt. Ik zie wat hij probeert te doen... z'n krachten opwekken.
Z'n ogen knipperen roze aan en uit maar na een tijdje blijven ze uit. Ik ben benieuwd of hij nog weet hoe hij zijn z'n krachten überhaupt moet gebruiken.
"Check de deuren." Word er door iemand gefluisterd en ik ga naar de eerste stalen deur. Er zit niks achter de kleine tralies die een raampje in de deur voor moeten stellen. "Hier niks." Mompel ik.
"Hier!" Roept Anne en iedereen rent op haar af. Cloe kijkt als eerste door het raampje en als ik er een beetje doorheen kijk zie ik Rick liggen met een hoop bloed naast z'n lichaam en verschroeide stukken huid die aan het helen zijn.
"Check de andere ruimtes op aanwezigheid. Cloe en ik proberen de deur open te krijgen." Zegt Anne en iedereen stemt er mee in.
Nupas blijft op de gangen en Cloe blijft ook vanaf een afstand bij de deur staan tot dat Anne hem open heeft.
Wanneer de toegang tot Rick open is heeft bijna iedereen inmiddels een deur open kunnen krijgen. Anne loopt naar binnen en vlak daarna sluit de deur zichzelf.
POV Cloe.
Alle deuren springen dicht. De enige die nog op de gang staan zijn Nupas en ik. Èèn en een halve siroop zal ik maar zeggen.
"Dachten jullie nou echt dat ik dit liet gebeuren?" Vraagt een stem helemaal aan het einde van de gang. Het is Marcel die met z'n handen achter z'n rug staat. "Ik krijg die verdomde deur niet open!" Roept Anne.
"Help Rick!" Roep ik terug en ik ga in een vechthouding staan. Nupas en ik gaan dit nooit overleven.
"Ik heb Rick zo vaak gevraagd om een paar van jouw zwakke plekken maar hij wilde geen antwoord geven. Als jullie er net zo uit willen zien als hem moet je het vooral zeggen." Zegt Marcel met een dikke grijns op z'n gezicht.
"Hey! De siropen mogen dan misschien niet zo machtig zijn in de onderwereld... maar dit is onze wereld. Wij zijn hier machtiger!" Roept Nupas.
"Volgens wie? Jij kan niet eens je roze ogen aan houden. Siropen zijn alleen het machtigst als ze hun krachten bundelen en aangezien jij je krachten niet op de been kan houden...." zegt Marcel.
Nupas kijkt verslagen naar beneden en ik leg een hand op z'n schouder. "Is er een manier waarop je je krachten kan terug krijgen?" Vraag ik en Marcel blijft alles rustig bekijken vanaf een afstand.
"De enige manier is om het te bundelen met twee andere siropen... dat is wat Sirius me ooit vertelt heb. Ik kon prima zonder mijn krachten leven dus ik heb niks tegen Kéziah en jou gezegd. Ik had dat wel moeten doen nu we in deze situatie zitten." Zegt hij met een treurige toon in z'n stem.
Nupas kan er niks aan doen. Dat weet ik zelf ook wel. Wat moet ik nu zeggen? Kéziah leeft nog maar hij kwam niet helpen? Nupas zal teleurgesteld zijn.
Nupas word in de lucht getrokken door een straal paarse magie en ik probeer hem weer naar beneden te trekken met mijn magie maar niks werkt.
Marcel is veel te machtig. Marcel trekt hem meer naar zich toe en zet hem dan neer op de grond. Ze staan oog in oog met elkaar. Ik zou niks kunnen doen... dat weet ik.
"Wat ben je toch schattig. Ik dacht na toen ik een zwaard door je broer stak.... wat zou jij kunnen doen?" Vraagt Marcel aan Nupas.
POV Nupas.
Ik probeer mijn ogen roze te laten gloeien maar ik voel dat ze blijven knipperen. Ik grom een beetje naar Marcel maar hij laat alleen maar z'n lelijke wolven tanden zien met een gemene lach.
Marcel heeft me bij m'n keel vast en hij heft z'n andere hand met paarse magie in de lucht.
Marcel word op z'n schouder getikt en hij draait zich om met z'n hand wat meer omlaag.
"Handjes af van m'n kleine broertje!" Roept iemand en Marcel krijgt een enorme dreun in z'n gezicht. Hij valt tegen de muur aan en ik kijk recht in de roze ogen van Kéziah.... mijn broer.
"Je leeft..." mompel ik en hij grijpt me bij m'n arm en trekt me mee naar Cloe, verder van Marcel. "Kom ik ongelegen?" Vraagt Kéziah aan Cloe en ze lacht een klein beetje.
"Hm, je bent precies op tijd. Ik dacht dat je dit niet wilde." Zegt Cloe en mijn ogen worden een slag groter. "Jij wist hier van? En je hebt niks gezegd?" Vraag ik boos aan Cloe en Kéziah raakt m'n schouder aan. "Ik wilde dat Nupas... ze mocht niks zeggen van mij dus geef mij de schuld." Zegt hij.
Ik omhels m'n broer en hij pakt me stevig vast. "Laten we deze jongen eens over de knie leggen." Mompelt Kéziah.
Hij laat me los en pakt vervolgens mijn hand vast. Daarna pakt hij Cloe's hand vast en we kijken toe hoe Marcel op staat en omringt word door paarse stralen en z'n ogen zijn paars verlicht.
"Neeeee!!" Roept Marcel en de ogen van Kéziah en Cloe lichten op. "Merites lorturis mipoltos." Fluistert Kéziah en in enkele secondes vliegt er een druk van kracht door m'n lichaam heen.
Mijn ogen schieten aan en onze handen worden roze van magie. We zien eruit als een lichtshow van de oudejaarsavond.
Nadat de krachten gebundeld zijn kijken we Marcels kant op. "Dit is nog niet voorbij kinderen van de engel!" Roept hij en hij slaat z'n jas over zich heen waardoor hij in paars/zwarte stof verdwijnt...
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top