POV Cloe.
"Cloe, kun je me komen helpen? Gabriel geneest maar niet." Hoor ik Kéziah zeggen waarop ik opsta en me omdraai. Ik schrik meteen van wat ik zie. Gabriel ziet enorm wit en z'n oogkassen zijn zo donker alsof hij is uitgeschoten met de zwarte oogschaduw.
Zwarte dunne adertjes lopen langs de zijkant van z'n gezicht en nek en nu zie ik dat het bloed zwart is. Kéziah kijkt op naar Gabriel's hoofd en hij raakt z'n wang aan.
Gabriel kijkt hem aan met zo veel zwakte. Ik zie dat hij probeert te praten maar het lukt niet. "Hou vol en blijf bij me." Zegt Kéziah waarop Gabriel heel lichtjes knikt.
Gabriel z'n adem is heel anders alsof z'n luchtwegen verstopt zitten. Ik richt m'n magie op z'n keel om het te verbreden zodat hij beter kan ademen wat werkt... maar niet voor lang.
Ik kan het niet stoppen maar wel vertragen. Kéziah houd z'n magie steeds op de wond van Gabriel maar hij geneest niet.
"Marcel... krapte me..." mompelt Gabriel en ik zie Russel met z'n hoofd schudden. Gabriel kijkt naar hem en glimlacht heel licht.. zo licht dat je het bijna niet ziet.
"Ik heb Marcel z'n ring om.... ik overleef het misschien niet maar ik zal terug komen." Mompelt Gabriel en Kéziah kijkt meteen naar Russel.
"Russel pak het siropen boek, het licht in de keuken." Zegt hij en Russel loopt meteen weg. "Hij overleeft het niet he of wel?" Vraag ik en Kéziah draait zich om naar mij en Rick die achter me is komen staan.
De blik in z'n ogen verteld eigenlijk al genoeg. We blijven met onze magie op dezelfde plek waneer Russel terug komt en het boek geeft.
Kéziah bladert het boek door met èèn hand en stopt uiteindelijk op een pagina en leest iets voor.
"Jujo protrixa quem trols brons tracatusa." Zegt hij en ik herhaal het zacht in de Nederlandse taal zodat de rest het begrijpt. "Hij die gekrabd word door het beest zal eeuwig sterven zonder dat hij geholpen kan worden door props tenzij het beest zelf degene die hij verwond heeft geneest." Zeg ik en iedereen kijkt elkaar aan.
"Gabriel zal sterven... voor altijd." Zegt Kéziah en Gabriel zucht zacht. "Jullie zullen me niet kunnen.... opzoeken in de onderwereld... ik ben officieel geen onderwerelder." Fluistert hij en ik zie tranen over Russels wangen lopen.
"Nee je overleeft het! Ik laat je niet dood gaan." Zegt Kéziah terwijl hij Gabriels wang opnieuw aanraakt en Russel langs de muur op de grond zakt.
Ik wilde nooit gemeen zijn over Russel maar het valt me echt op dat Kéziah veel meer voor Gabriel doet als Russel. Ik heb het gevoel alsof Russel iets te verbergen heeft voor Gabriel... alsof hij vreemdgaat of gewoon niet meer van hem houd maar het niet durft te zeggen. Hopelijk is het maar een gevoel.
Kéziah daar in tegen heeft Gabriel eigenlijk nooit echt bedrogen. Hij probeerde hem altijd te redden. Die keer in de onderwereld, toen Marcel hem in z'n macht had en nu hier... zit hij zowat aan Gabriels sterfbed hoop te geven wat eindelijk niet zoveel zin heeft.
"Misschien moet je afscheid nemen... jullie allemaal." Zegt Anne die op staat van de stoel. "Nee." Mompel ik en Anne knikt. "Misschien is het tijd om los te laten als het echt niet werkt." Zegt ze en ik schut huilend met m'n hoofd.
Rick pakt me van achter bij m'n schouders vast en drukt een kus op m'n achterhoofd. "Misschien is het beter." Zegt hij en Gabriel knikt. "Ik heb al zo veel ellende meegemaakt." Mompelt hij en iedereen heeft inmiddels wel tranen.
Kéziah kijkt naar beneden en we laten beide los. Gabriel begint naar adem te happen en Kéziah drukt een kus op Gabriels voorhoofd en Russel die in de hoek zit laat het gewoon gebeuren.
"Yos trag kamu." Fluistert hij in Gabriels oor. Ik hou van je in siropen taal en ik zie Gabriel weer dat hele kleine lachje op zetten.
Net op het punt dat Gabriel z'n ogen wil sluiten schiet er een paars met roze gloed door de hele ruimte en eindigt bij Gabriel die achteruit uit z'n stoel schiet en door het raam heen vliegt. Rick duikt achter de muur vanwege het zonlicht dat ineens naar buiten komt.
Iedereen beland op de vloer en rook vermenigvuldigd zich door de kamer. Wanneer de gloed verdwijnt staat iedereen rustig op. Gideon en Henderson waren me niet opgevallen in deze situatie die zich ook achter de bank verschuilde.
Ik sta op en de rook verdwijnt door een klein paars/roze gloedje in iemands hand. Ik kijk op en ik zie Henry met z'n hand in de lucht gebald als een vuist. Wanneer alle rook weg is verdwijnt de gloed en zie ik Henry's paars met roze ogen pas echt.
"Henry." Fluister ik en ik zie Kéziah direct op staan en door het raam heen springen. Ik sta op en ik omhels Henry snel die mij ook stevig vast pakt.
"Hey kleintje, dat had je niet verwacht he." Zegt hij lachend en ik kijk hem aan. Russel, Anne, Gideon en Henderson springen ook door het raam heen behalve Rick die achter de bank blijft zitten om niet in het zonlicht te komen.
"Hoe dan?" Vraag ik en hij lacht. "Ik weet het niet... ik werd wakker en zag Gabriel en m'n geest nam meteen controle over me en genas hem... denk ik... ik weet niet of...." zegt hij en we kijken beide naar het raam.
Kéziah springt door het raam heen met Gabriel op z'n rug. Hij leeft nog maar hij slaapt.
"We hebben alleen èèn probleem. Marcel loopt nog steeds vrij rond en de poort naar de onderwereld is nog steeds open als het om demonen gaat...." zeg ik.
Kéziah kijkt me aan vanuit z'n ooghoek met z'n fellere blauwe oog vanuit dat litteken en hij knikt.
((En dat was dit boek! Hierna komt nog ergens een dankwoord en dan ga ik aan boek 5 beginnen. En even eerlijk... wie was Kéziah's litteken vergeten? Bij z'n terug komst kan je het terug lezen! Was ergens bij •13• denk ik. Beyond zal ik dan ook lanceren so get ready!))
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top