Dit is alweer het veertigste hoofdstuk! Wow! Zouden jullie alsjeblieft ook bij mijn andere, normale boeken willen kijken?

De vorige twee hoofdstukken gingen over de uitwerking van het verhaal en de uitwerking van je personages, dus ik vond het ook wel slim om eer een te maken over de uitwerking van je wereld. Dit is vooral nuttig bij fantasy of Science-fiction, waar je het in en heel andere wereld doet. Maar dit kan ook handig zijn als je het huis van je hoofdpersoon wilt bedenken. Ik heb dit hoofdstuk dus in twee delen opgedeeld.

Een heel andere wereld.

Als je bijv. een fantasy schrijft dat zich in een andere wereld, of een verborgen plek op aarde (denk bijv. aan Zweinstein), is het belangrijk dat je de wereld goed uitwerkt. Als jij de wereld niet goed kent, hoe moeten je lezers de wereld dan leren kennen? Jij moet de wereld zo goed uitwerken, dat je hem door en door kent. Dit maakt het een stuk makkelijker om je verhaal te schrijven. Ik denk dat er twee verschillende manieren zijn om je wereld uit te werken: Stapsgewijs en Doorlopen. Ik ga bij beide hieronder een voorbeeld maken.

Stapsgewijs

Zijn er dingen hetzelfde als op aarden en zo ja, wat? De bomen zien er hetzelfde uit, maar er zijn geen naaldbomen.

Wat is het gemiddelde landschap? Grote weilanden met heel groen gras, beekjes met geel water, bloemen die vormen zoals hartjes maken en aan de randen bomen. 

Hoe zien de huizen eruit? De mensachtigen leven in oude huizen die van zowel stenen (grote, ruwe die blauw zijn) als hout zijn gemaakt. De dierachtigen leven op verschillende plaatsen: huizen onder de grond, hollen in bomen of stenen, etc.

Zo kun je doorgaat tot je alles hebt gehad wat je wilt weten. Zoals altijd wanneer je vragen moet beantwoorden: verzin de vragen zelf, want jij weet welke dingen speciaal zijn aan jouw wereld. 

Doorlopen

Een weiland met heel groen gras. Erin bloemen die vormen zoals hartjes vormen. Er stromen riviertjes met geel water en aan de randen staan bomen - geen naaldbomen - die er hetzelfde uitzien als in de gewone wereld. In de bomen leven de dierachtigen. Die leven ook in holle stenen en huizen onder de grond.

En zo door.

Ik hoop dat jullie hier wat aan hadden! Laat me weten wat je ervan vind, welke hoofdstukken ik moet maken, etc. Ik zou het superleuk vinden als je mijn boeken wilt lezen en je kunt me ook altijd vragen of ik jouw boek wil lezen en kritiek wil geven (let op: ik kan er geen spelfouten uithalen want dat kan ik zelf al niet).