schrijfwedstreid opdracht 1. PurpleHairedLostGirl
De zon stond hoog in de lucht en brandde op mijn huid, wind blies door mijn haar en naast me kabbelde een beekje. Ik sprong op een van de vlakke stenen in het midden van het water.
'Titania! Kom terug je weet dat we niet zo ver van het dorp weg mogen.' Daniëlle kwam achter me aan gerend en bleef buitenadem langs de beek staan met een bezorgde blik op haar gezicht.
'Er gebeurt echt niets. Het is een mooie dag en iedereen is bezig met de voorbereidingen voor het midzomernacht feest. We worden echt niet betrapt.' Ik ging op een voet staan en draaide een rondje met mijn armen gespreid. Lachend genoot ik van het kriebelende gevoel in mijn maag.
'Oké, maar kom daar alsjeblieft vanaf voor je valt.' Ik rolde met mijn ogen en een zucht ontsnapte mijn lippen. Ze was altijd zo overbezorgd. Om haar een plezier te doen sprong ik terug naar de kant zodat ik voor haar stond en glimlachte. Opgelucht keek ze me aan en pakte mijn hand in de hare.
'Titania ik hou van je, maar moet je altijd zulke gevaarlijke dingen doen?' Ik legde mijn vrije hand op Daniëlle's wang, zette mijn voorhoofd tegen die van haar en keek in haar prachtige paarse ogen. Haar adem streek over mijn lippen, ik sloot mijn ogen, draaide mijn hooft een beetje en drukte mijn lippen op die van haar. Vlinders welde op in mijn buik en met een warm gevoel trok ik mezelf terug. Toen ik mijn ogen weer opende had ze een grote glimlach op haar gezicht en een roze blos had zijn plaats gevonden op haar wangen. Ze was het mooiste meisje uit het hele dorp en ik zou willen dat ze door mijn ogen kon kijken en zichzelf kon zien zoals ik haar zag. Ik boog naar haar toe en drukte mijn lippen op haar wang voor ik omdraaide en begon te rennen. Toen ik over mijn schouder keek stond ze me nog verbaasd na te kijken.
'Titania!' Haar schreeuw galmde over de vlakte voor ze achter me aan sprintte.
'Pak me dan als je kan,'riep ik lachend. Ik rende het berg gebied in en verstopte me achter een van de grotere stenen en wachtte op Daniëlle. Ze kwam stapje voor stapje mijn kant op gelopen, de boze blik op haar gezicht had plaatsgemaakt voor angst en ze keek vluchtig om zich heen.
'Titania, dit is niet grappig meer,' zei ze zacht. Bij het zien van de angst op haar gezicht kwam ik meteen tevoorschijn.
'Gaat het wel Daniëlle?' Ik wilde haar de mooie plaats laten zien die ik had ontdekt, maar het was nooit mijn bedoeling geweest om haar bang te maken.
'Nee, ik wil hier weg. Het is verboden om hier te komen, je weet hoe gevaarlijk het is.' Ik pakte haar hand in de mijne en tilde haar kin met een vinger op zodat ze me aan keek.
'Ik ben hier vaker geweest. Ze maken zich zorgen over legendes van honderden jaren geleden. Als je het echt wil kunnen we terug gaan naar het dorp en helpen met de midzomernacht voorbereidingen.' Ze trok een wenkbrauw op en ik wist dat ik haar had overgehaald.
'Of? Je zegt het alsof er een andere optie is.' Ik kon mijn glimlach niet meer onderdrukken.
'Er is een hele mooie plek die ik je kan laten zien, maar als je liever terug gaat kan dat ook.' Ze kreeg een sparkel in haar ogen en ik kon zien hoe ze haar nieuwsgierigheid probeerde te onderdrukken.
'We kunnen misschien wel heel even wachten met terug gaan.' Zodra ze haar zin af had gemaakt trok ik haar mee naar de grot die ik had gevonden. We liepen door de donkere ingang en ze kneep iets harder in mijn hand. Ik wist dat ze het had gezien toen ik haar hand uit die van mij voelde glippen en haar diep in hoorde ademen. We waren aangekomen in het midden van de grot. Er zat een groot gat waar het licht door naar binnen kwam en het reflecteerde over de paarse kristallen overal in de grot. De hele grot had de kleur van haar ogen en in het midden was een klein groen stukje land met een grote boom in het midden.
'Ik weet niet wat ik moet zeggen.' Daniëlle keek haar ogen uit, met haar hand voor haar mond geslagen en tranen prikkend in haar ogen.
'Ik moest meteen aan jou denken toen ik deze plaats vond.' De roze kleur trok weer over haar wangen. Ze draaide met haar rug naar me toe en liep naar de boom. Ik volgde haar en samen namen we plaats onder de boom. Ik sloeg mijn arm om haar schouders en keek met haar naar de dansende lichtjes.
We waren in slaap gevallen en ik werd wakker van een purrend geluid en een ruw iets wat tegen mijn benen aan het duwen was. Ik draaide om en toen ik probeerde om Daniëlle dichter tegen me aan te trekken voelde ik een lege ruimte waar ze niet lang daarvoor nog had gelegen. Het purren werd luider en hoe luider het werd hoe duidelijker het meer sissen was als purren.
'Titania... niet bewegen,' fluisterde Daniëlle. Ze stond met haar rug tegen de boom aan gedrukt, in haar handen had ze een grote stok.
'Elle, wat ga je doen?' Ik voelde iets over mijn rug krassen, het sissen werd lager en een beschubde staart met een scherpe punt er aan bond zich om mijn middel heen. Mijn hart begon sneller te kloppen en koud zweet liep over mijn rug. Toen de staart me dichter tegen het beest aan trok, merkte ik hoe ademen steeds moeilijker werd en mijn oren begonnen te piepen.
'Blijf stil liggen, dan sla ik het van je af. Zodra je vrij bent rennen we zo snel mogelijk naar het dorp. Ik beloof dat ik niet "ik zei het toch" tegen je zal zeggen.' Mijn mond werd droog en het voelde alsof ik al dagen niets meer had gedronken.
'Is er iets... veiligers wat we kunnen proberen?' Daniëlles ogen sperde open en ze liet de tak iets verder naar de grond zakken.
'Wat? Zoals niet de verboden bergen in gaan?' Oh ja. Ze had een goed punt.
'Misschien is het vriendelijk?' Ik kon de twijfel in mijn stem horen. Het beest bewoog, ik voelde een warme adem in mijn nek en ik sloeg de staart van me af en sprong op. Het sissen werd harder en toen ik om draaide, keek het beest me met grote ogen aan. Een groene druppel liep langs zijn bek af en viel op de grond, het gras waar het op viel, werd bruin en het branden door de grond heen.
'Ahw, het is verdrietig.' Daniëlle smoorde haar gil toen ik naar het beest toe dook en achter zijn beschubde oren krabde.
'Het spijt me kleintje, je liet ons een beetje schrikken.'
'Titania ga weg bij het beest.' Zijn staart cirkelde weer om mee heen en hij kroop dicht tegen me aan.
'Hij is helemaal alleen en bang. Kijk wat een schatje.' Daniëlle klemde de stok zo strak in haar handen dat haar knokkels wit werden en ze zette een stap dichter in mijn richting. Toen ze dichtbij genoeg was pakte ik de stok uit haar handen en legde hem op het ruwe maar warme hoofd van het beest en hij kroop iets dichterbij haar.
'Oké hij is wel lief.' Ze bleef staan, maar ik kon haar zien ontspannen.
'Mag ik hem houden?' Ik sloeg mijn armen om zijn nek en keek Daniëlle zo lief mogelijk aan.
'Nee.'
'Maar waarom niet?' Het beest trok zijn hoofd op en probeerde dichter bij Daniëlle te komen.
'Het is een draak. Je kan geen draak mee naar het dorp nemen.' Ik liet het kleine draakje los en pakte de stok weer op.
'Wil je het stokje hebben kleintje?' Hij keek geïnteresseerd naar de stok en ik gooide hem richting de wand van de grot. Hij sprong op, spreidde zijn vleugels en ging er achteraan.
'Kijk we kunnen hem trainen, als het koud word kan hij vuur voor ons maken en als hij groter is kan hij beschermen als de jagers weg zijn.'
'Lieverd je hebt hier niet goed over nagedacht, wat...' Ze stopte in het midden van haar zin toen de zon ineens weg was en er een grom klonk die de grot begon te trillen door het geluid. Langzaam keken we omhoog en boven de boom vloog een gigantische verzie van het kleine draakje dat niet blij leek te zijn ons hier te vinden. Rook kwam uit zijn snuit en vonken kwamen uit zijn bek. Ik voelde mijn knieën knikken en Daniëlle kroop dicht tegen me aan, we hielden elkaar vast en wachtte op de aanval.
'Sorry Elle, ik had naar je moeten luisteren. Ik hou van je.'
'Ik ook van jou Tania.' Ze draaide me naar haar toe en drukte een kus op mijn lippen. 'Als we moeten sterven ben ik blij dat mijn laatste momenten met jou zijn.' Ik voelde een traan over mijn wang lopen bij haar woorden en legde mijn handen om haar gezicht. Nog voor ik iets tegen haar kon zeggen kwam het kleine draakje terug gevlogen, bleef even voor ons vliegen voor hij naar de grond stortte en neer viel. De draak maakte een duikvlucht naar beneden en hielp het kleintje overeind. Zodra hij stond ging rende hij naar ons toe en sloeg zijn staart om ons heen. Hij trok ons achter hem en blies een klein wolkje vuur richting de grote draak. De grote draak probeerde het kleintje naar zich toe te trekken, maar in plaats van alleen het draakje naar zich toe te trekken werden ik en Daniëlle meegetrokken met een alarmerende snelheid. Door de onverwachte beweging liet het draakje ons los en voor een paar meter waren we in een vrije val tot we de grond bereikte. Een duidelijke knak klonk voor ik een stekende pijn in mijn enkel voelde en een seconde later werd de lucht uit mijn longen geslagen als Daniëlle op me viel. Ze rolde zo snel mogelijk van me af en keek verschrikt naar mijn enkel die duidelijk gebroken was.
'Titania? Oh nee. Ben alsjeblieft oké.' Tranen liepen over haar wangen terwijl ze kijkt of ik meerdere wonden heb. Ademen is moeilijk en terwijl ze met haar vingers over mijn ribben voelt, schreeuw ik het uit van de pijn. Zwarte vlekken dansen voor mijn ogen, maar worden steeds minder wanneer ze mijn overjurk kapot trekt en ik meer ruimte krijg om in te ademen. Als ze ziet dat ik niet in levensgevaar ben draait ze om met een woedende blik op haar gezicht naar de draak die haar kind in haar vleugels heeft geslagen. Het kleine draakje trekt zichzelf los en rent langs Daniëlle af. Met zijn natte harde tong likt hij over mijn enkel en maakt een zacht sissend geluid wanneer er een pijnlijke kruin uit mijn keel klinkt.
'Zie je wat je hebt gedaan! Als je even had nagedacht was er nu niets aan de hand geweest uitdekluitengewassen haggedis!' Daniëlle had haar armen over elkaar geslagen. Daar stond ze dan, mijn een meter vijftig lange woedende vriendin tegenover een gigantische draak die haar met een beweging zou kunnen vermoorden en de draak zette een stap achteruit, de boom in twee brekend. Het kleine draakje liep van me weg en ging lang haar staan. Een grommend gesprek vond plaats tussen de twee draken en verslagen liet de draak haar hoofd zakken.
Daniëlle hielp me overeind en met haar hulp hinkte we de grot uit. Het kleine draakje volgde ons tot de rand van het gebergte terwijl Daniëlle en ik vertrokken naar ons dorp.
'De volgende keer doen we wat ik wil doen,' zei Daniëlle met haar arm om mijn middel en een opgeluchte glimlach op haar gezicht terwijl ze met haar vrije hand naar het draakje zwaaide in de verte.
_____________________________________________________________
1975 woorden:
Dit is mijn stukje voor opdracht 1. Hopelijk is het zo goed.
(voor de gene die dit lezen en gintereseert zijn ik maak asap een hoofdstuk waar ik de gebruikelijke mededelingen onderzet inclusief de wordprompt die ik voor deze opdracht had uitgekozen.)
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top