Opdr. 1 @Zappje
Ik liep naar hem toe. Zijn witte trui stak af tegen het zwart van de schaduwen. Ik had hem gevonden! Nu zou ik eindelijk weten wat ik weten wilde!
Ik begon hem te besluipen. De lantarenpalen wierpen een vaal licht over de straten. Ze konden mij moeilijk verbergen voor wat er komen ging.
Hij draaide zich om, zag mij, en rende weg. In zette de achtervolging in. Ik sprintte langs de donkere ramen en vloog over het trottoir. Stukje bij beetje kwam ik dichterbij. Nog even volhouden.
Opeens sloeg hij een zijstraatje in en verdween in de nacht. Doordat ik zo snel rende werd ik gedwongen een stuk verder dan nodig was verder te gaan, maar het lukte me al snel om hem achterna te komen. Hij stond aan het eind van het steegje op mij te wachten.
En toen gebeurde het.
--------
Toen hij me zag leek hij te schrikken en keerde zich om, maar het steegje liep daar dood. Nog steeds rennend kwam ik naar hem toe, maar alweer ging ik te snel en kon niet stoppen. Hij ontweek me en viel op de grond. Natuurlijk moest mijn slimme-ik weer supererg opletten waardoor ik over zijn benen struikelde en in snelle vaart telkens dichterbij de muur kwam. Het laatste wat ik zag was dat de persoon opstond en me een duwtje in de goede richting gaf - de muur.
Ik wordt wakker in een groot bed met allemaal TL-lichten om me heen. Geweldig, ik heb het echt op die felle lichten (als mijn moeder me nu zou horen zou ze zeggen 'kan je nooit is wat vrolijker doen, sarcastisch mens?' Geen wonder dat ze is opgenomen toen ze vijftien was. Helaas was er het 'Toeval' en ontmoette ze daar mijn vader. Na precies twee-en-een-halve dag daar te hebben gezeten werd ze zwanger en kwamen ze daar pas te laat achter 'om maatregelen te nemen'. Blij toe, anders zou ik hier nu niet zijn. Alhoewel, ik begin nu toch te twijfelen. Ik heb het echt niet op TL-lichten).
Ik besef dat ik in mezelf heb zitten praten en kan mezelf wel voor mijn kop slaan. Is daar al dat geld aan de psycholoog of hoe dat ook mag heten heen gegaan? (Anderhalf jaar geleden werd ik 'geholpen' door zo'n maf mens die me van mijn gemompel af wou helpen. Dat ie 'gelukt' - gelukkig - door mijn super-act over dat ik er allemaal geen last meer van had enzovoort. Ze ging me echt geloven en daardoor ben ik nu van die stomme therapie af).
Ik schud mijn hoofd los van mijn romp en ze zie hem naast me op het nachtkastje. Vanaf hier kan ik alles goed zie, dus als de zuster binnen komt zet ik hem gauw weer op. Niemand hoeft te weten wat ik kan. Ja, je hebt het goed gelezen - ik kan dingen die anderen niet kunnen. Ken je Mathilda? Zoiets alleen dan bij mensen. Klinkt creepy, en dat is het ook.
Ik kwam erachter toen ik zeven was. Ik was met een vriendinnetje aan het spelen in de zandbak - we hadden toen serieus een zandbak ja - en we ruzie kregen. Ik vond dat zij meer zand had dan ik en er ontstond een zandgevecht. Er kwam zand in haar ogen en ze zei (huilend) dat ze niets meer kon zien. Ik legde mijn hand op haar ogen - ze waren gesloten hoor, voor terrorkinderen die dat zo leuk vinden (kweenie hoe ik dat moet zeggen, waarschijnlijk weet je het toch wel). En tadaa, ze kon weer zien. Ook hou ik van mijn broertje en hij van mij, dus telkens als we ruzie hebben (altijd) trek ik zijn arm eraf en plak hem er weer op, en hij ligt dubbel op de grond van het lachen en het is weer goed tussen ons. Ja, hij weet dat ik allemaal dingetjes kan en ik laat hem elke nacht een andere demonstratie zien. Waar zijn slapeloosheid vandaan komt weet ik niet, het enige dat ik weet is dat ik er niets mee te maken heb.
Ik denk ineens weer terug aan de man die ik achtervolgde. Daques heette hij geloof ik. Hij is de meest vreselijke man ooit en ik mag hem (met spijt) 'Vader' noemen. Mijn biologische. Ik wil weten wat hij over mij weet en of hij iets heeft waardoor mijn afwijkingen (meerdere ja, maar dat van andere mensen blinkt er bovenuit) bij mij terecht zijn gekomen. Ik heb er echt alles aan gedaan om hem op te sporen en te vinden. Ik heb zelf mijn kat (arme Toby) en mijn konijn (arme Mindy) ingezet in de speurtocht. Ik heb gelezen dat hij waarschijnlijk een Xaue is. Dat is iemand die over krachten buiten aarde heerst. Als hij dat zou zijn, zou ik van de planeet Ghueii afstammen. (Niet dat ik al die namen kan uitspreken of onthouden, ik heb ze gekopieëerd van internet.)
Terwijl ik zo zit te denken kletst de zuster aan een stuk door. Als ze vraagt of ik haar gehoord heb moet ik toegeven dat ik helemaal niet heb opgelet.
'Hoelang ben ik al hier? Ben ik al wakker geweest voor deze keer?' vraag ik; het komt er mislukter uit dan bedoelt was.
Ze knikt. 'Ja, één keer. Ook al was je niet helemaal wakker. Je was aan het praten over een man ofzo. Weet je wat er eergister gebeurd is?' Whut? Eergister? Ik heb nog nooit zolang geslapen (helaas, waarom gebeurd dit in de vakantie? Dat zijn twee hele dagen!) Ze kletst weer verder en ineenkeer zie ik wat achter de deur - zonder dat ik mijn hoofd af had, ja - en ik wijs met zo'n trillend vingertje waarvan ik alleen maar dacht dat huilende peuters dat konden naar de deur.
Een vlaag kilte en mist komen de kamer in en omringen die arme verpleegster. Haar ogen draaien rond en worden helemaal wit. Haar armen zweven doelloos rond en met haar mond opengesperd probeert ze te schreeuwen, huilen en weet ik niet wat allemaal nog meer. Ik spring van het bed en kom met een smak op de grond. Net als ik de vloer aanraak wordt de mist minder en valt het lichaam op de grond.
Ik tijger naar haar toe, verlamd van angst, en op dat moment komt hij binnen. Hij is in het zwart gekleed en heeft een strak pak aan. 'Ze is dood. Je kan niks meer met haar doen.' Zijn stem klinkt robot-achtig. Niet zo, maar niet menselijk. En dan weet ik wie hij is.
'Jij bent hem. Jij bent mijn vader, niet? Wat is er met jou? Waar kom je vandaan?' Ik probeer rustig te klinken maar het komt eruit als: 'jijbenthemjijbemijnvaderniewaisermejouwaakomjevandaa???'
Hij pakt me bij mijn mouw en trekt me omhoog. Ik zie zijn ogen en hij lacht.
'Ik ben je vader, ja. Ik zag je met je hoofd heen en weer zwaaien en toen wist ik het zeker. Ik ben gekomen om je op te halen. Je hoort hier niet.' Hij zwaait met zijn arm en hij verandert in het meest walgelijke monster dat ik ooit heb gezien. Het is niet zo'n groen beest met knobbels, maar het heeft een soort van schubben die overlappen van blauw naar paars. Nu zwaait hij met een langwerpige stengen - dat waarschijnlijk zijn hand is - en wijst naar mij. 'Dit is wat jij ook bent. Kom met mij mee en we gaan naar huis.'
En dan word ik wakker en kijk om mee heen. Ik lig thuis in mijn eigen bed, met mijn vertrouwde knuffels enzo. Het was allemaal een droom. Ik zie dat het al na tienen is, dus ik kleed me om en kijk uit het raam. Ik schrik me werkelijk dood als ik zie wat erop gekalkt staat.
'Tot nu toe ben je ontsnapt
maar ik kom je halen.
Je Vader'
-----
Alweer een spannend stuk in een flink horror thema. Mooi veel tekst en een verhaal waar ik absoluut nooit op zou komen.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top