Verhaal + Beoordeling: DaVinciOfOurTime

DaVinciOfOurTime

Hij viel haar pas op toen hij zijn hand op haar schouder legde. Zijn ijskoude vingers krulden zich zachtjes rond haar bedekte huid. Zijn gelaat lag in schaduwen gehuld. Hij hield zich met zijn andere hand aan de bar vast terwijl hij zich langzaam naar haar toe boog. 'Goedenavond, Madelief.' Hij had een Amerikaanse tongval, de woorden dik in zijn mond. Zijn witte tanden glansden in het karige licht dat tot achter in de bruine kroeg wist door te dringen. De alcoholgeur flirtte met hem, maar zijn glas sterke drank stond onaangeroerd op de kringrijke bar.

Ze kende hem niet, had hem nog nooit eerder gezien. Hij kneep even zachtjes in haar schouder, ging toen rechtop zitten. 'Hoe gaat het?' vroeg hij.

Ze had door moeten lopen - ze liep altijd door als zweterige kroeggangers zich ongevraagd aan haar opdrongen. Maar deze man drong zich niet op, en deze man moest niets van haar.

'Alleen wat van je tijd, Madelief,' fluisterde hij, een zacht Amerikaans pufje na de 't' amper hoorbaar boven het geroezemoes.

'Hoe weet je mijn naam?' vroeg ze. Ze sloeg haar armen over elkaar.

Hij keek richting het plafond. Kortstondig glansden zijn donkere ogen, alsof hij een binnenpretje had; een onderonsje met zichzelf. 'Madelief,' prevelde hij, 'ik ken iedereen. Natuurlijk ken ik iedereen.'

Ze zette een wantrouwige stap naar achteren.

'Hey, rustig. Ik wilde alleen even praten,' vertrouwde hij haar toe. 'Ik moet iets kwijt - ik weet niet bij wie ik anders terecht kan, niet vanavond.'

Ze haalde diep adem, wist kalm te blijven. 'Wat bedoel je?' vroeg ze, alsof ze werkelijk van niets wist - en ze wist van niets, want hoe kon deze onbekende man ooit weten-

'Ik heb iemand geduwd,' biechtte hij op.

Als dat alles was. Ze schoof de laatste lege kruk in de rij aan de bar dichter in de man zijn richting en installeerde zichzelf op het plakkerige zitoppervlak. 'Ja?' vroeg ze. Ze wist niet of het een ja,dus? moest voorstellen of eerder een ja, maar echt?

Hij leunde met zijn ellenboog op de bar, legde zijn wang vermoeid tegen zijn gebalde vuist aan. 'We stonden nogal hoog, zie je.' Hij tekende in een waterkring op de bar. Zijn lange nagels krasten zachtjes in het hout.

Ze probeerde zich stil te houden, niets te laten merken.

'En aangezien jij,' hij keek haar samenzwerend aan, 'dus dacht ik dat ik het er met jou wel over zou kunnen hebben.'

Ze wilde opstaan. Hij legde zijn hand op haar been. De ijzige kou trok diep weg in haar spieren. 'Madelief, kom nou,' mompelde hij, 'Voor mij valt niets geheim te houden. Ik ken al je zonden.' Hij liet haar los, greep naar zijn glas. Hij hield het in zijn handen geklemd en staarde strak naar het klotsende vocht. 'Voel je ooit berouw?'

'Ik weet niet waar u het over he-'

'Madelief.'

Ze keek hem aan en knikte.

Iets zei haar dat hij het wist. Misschien was dat wel het interessantste aan deze hele situatie, dat hij het wist en nog een gewoon gesprek met haar wilde aanknopen.

Ze dacht terug aan het mes in haar handen, aan het machtige gevoel dat het hanteren ervan haar gaf. Ze herinnerde zich de bange blikken, de smeekbedes - ze hield ervan als ze smeekten. Dat maakte het moment suprême des te intenser. Ze schudde haar hoofd, veegde met dezelfde handen waar ze ontelbare keren het bloed af had gewassen, haar haren uit haar gezicht.

'Hm.' Hij keek haar onderzoekend aan, legde zich toen neer bij haar antwoord. 'Je bent een van de weinigen,' deelde hij haar mee. 'Zelfs ik weet nu niet goed wat ik aan moet met wat ik heb gedaan.'

'Ze verdienden het,' vertrouwde ze hem toe, 'stuk voor stuk. Geen seconde heb ik getwijfeld.' Ze keek hem recht in de ogen aan terwijl ze sprak. Zijn irissen leken haast zwart in het vale kroeglicht.

Hij draaide zijn hoofd in de richting van een lamp waardoor de denkrimpels in zijn voorhoofd zichtbaar werden. 'Als er iemand geen berouw zou moeten voelen, moet ik het wel zijn,' mompelde hij. Hij keek haar aan. 'Maar hij wilde niet luisteren, Madelief. Hij was zo frustrerend aan het ratelen. En toen gaf ik hem een duw. Hup, weg. Ik kon het ook niet weten van die touwen.'

'Touwen?' vroeg ze met een opgetrokken wenkbrauw.

'Jullie mensen richten je ook te veel op de details, fluisterde hij geërgerd. De Nederlandse klanken verdronken bijna in zijn Amerikaanse tongval. Hij haalde plots uit. Met de rug van zijn hand mepte hij zijn glas van de bar af. Het sloeg kapot tegen de muur. De drank droop traag langs het doorrookte behang naar beneden.

Ze schrok, maar leek de enige te zijn die het kapot spattende glas überhaupt had gehoord. Verdwaasd keek ze in de richting van de barman toen zelfs die geen polshoogte kwam nemen.

'Jullie zijn zo nietig,' gromde hij. Hij boorde zijn lange nagels in de palm van zijn hand. 'Maar een enkeling vindt de moed het heft in eigen hand te nemen, zoals jij, Madelief.' Hij keek haar weer aan, zijn rustige gelaat een sterk contrast met de woede-uitbarsting van net. Alleen zijn hand trilde nog van ingehouden frustraties toen hij in haar richting gebaarde. 'Wanneer ga je weer toe slaan, Madelief? Ik ben nog op zoek naar een wanhopige ziel om een dealtje mee te sluiten.'

Ze staarde hem een moment verdwaasd aan. De woorden wilden niet helemaal landen in haar hoofd. 'Pardon?' vroeg ze.

'Deal with the Devil,' fluisterde hij in achteloos Amerikaans.

Ze stond abrupt op van de kruk. Haar hakken kwamen met een klap neer op de plakkerige vloer. Ze beende zonder nog een woord te zeggen richting de uitgang. De plek aan de bar was leeg toen ze in de deuropening een laatste blik over haar schouder wierp.

Op het plein waar de kroeg aan lag, had zich een menigte verzameld. Ze staarden met samengeknepen ogen tegen de neerdalende regendruppels in. Uit nieuwsgierigheid wierp ze eveneens een blik omhoog.

Aan de grote wijzer van de kerkklok hing een kleine jongen, zijn lichaam slap in een bundel touwen die zich diep in zijn ledematen hadden gesneden. Ze sloeg haar hand voor haar mond, wierp haar blik op de grond. Afschuw kroop vanaf haar tenen haar lichaam binnen.

Een kind.

Hij was nog maar een kind.

Ze haalde diep adem, balde haar handen tot stevige vuisten en keek weer omhoog naar de kerktoren, naar de kleine jongen waar de regen troosteloos vanaf droop.

Geen berouw.

Beoordeling van BoekenVos:
Als eerst wil ik even zeggen: Wouw, wat een goed verhaal! Wat heb je dit prachtig geschreven met mooie grammatica en taal erin. De opbouw is erg goed, de spanning en de emoties indrukwekkend. Wat heb je een prachtige creativiteit gebruikt.
1 ding, er mist een komma boven bij de zin: fluisterde hij geërgerd.

Spanning: 10/10

Emotie: 10/10

Grammatica en taal: 10/10

Opbouw: 9.510

Creativiteit: 9.5/10

Ik doe niet aan bonuspunten.

Totaal: 9.8/10

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top