❄️2❄️
Terug thuis was Madeleine meteen begonnen met het borstelen van hun geitje Bubbles. Bubbles was een kerstwonder, ze was geboren in het midden van de winter op een dag zonder daglicht. Sylvia hield meteen van haar, en Madeleine had de zorg voor het geitje op zich genomen.
'Oh', zei Sylvia terwijl ze Bubbles aaide, haar ogen werden groot terwijl ze langs haar zus heen keek.
'Wat?' vroeg Madeleine terwijl ze over haar schouder naar achteren keek.
Haar ogen werden groot, op het moment dat ze zag wat haar zusje al gezien had, maar ze was snel in staat haar verbazing (of verbijstering) te verbergen.
'Dat is de zoon van-', begon Sylvia terwijl ze overeind kwam, maar Madeleine onderbrak haar.
'Sst', zei Madeleine terwijl ze Sylvia terug naast Bubbles duwde.
Zelf kwam ze overeind en veegde haar kleding, wat ondertussen onder het stro zat, af. Ze trok haar versleten lichtblauwe wollen trui, voor zover mogelijk, recht en fatsoeneerde haar haar een beetje.
'Blijf hier', zei ze tegen Sylvia terwijl ze Bubbles een aai gaf.
Ze begon richting de voordeur te lopen, maar werd tegen gehouden door een hand om haar pols.
'Wat is er aan de hand?' vroeg Sylvia, haar stem was zacht, bijna onhoorbaar en trilde een beetje.
'Weet ik niet', gaf Madeleine toe terwijl ze Sylvia's haren streek. 'Het komt goed, beloofd.'
Ze trok haar arm los en liep weg. Ze zette haar voeten steeds steviger op de grond met iedere stap die ze zette. Haar hart bonkte in haar keel terwijl ze al haar moed bij elkaar raapte. Hij mocht niet met iemand anders van haar familie praten.
'Hallo', zei hij op het moment dat hij haar opmerkte. 'Madeleine, toch?'
Even keek ze hem verbijsterd aan, hij wist haar naam? Snel raapte zichzelf bij elkaar en liet zich in een sierlijke buiging vallen, zoals ze geleerd had te doen.
'Dat lijkt me niet nodig', zei hij terwijl hij een hand uitstak. 'Ruben.'
Ze glimlachte een beetje argwanend terwijl ze zijn uitgestoken hand vastpakte en overeind kwam. In de paar seconde stilte die volgden was ze in staat zijn uiterlijk te bestuderen. Ze had foto's van hem gezien, natuurlijk dat had iedereen, maar zijn plat gekamde zwarte haren zagen er in het echt zo mogelijk nog zwarter uit en ook het litteken dat net boven zijn rechter wenkbrauw zat viel meer op.
'Madeleine', stelde ze zichzelf voor. 'Uwe hoogheid.'
Ze keek naar haar voeten en wiebelde wat met haar tenen terwijl ze met het gras onder haar voeten speelde.
'Dat is niet nodig', zei hij. 'Ik ben eigenlijk hier om iets te bespreken.'
Nu keek ze op, recht in zijn bruine ogen, en knipperde een paar keer met de haren. Wat kon hij met haar willen bespreken? Ze ging recht op staan en keek naar hem.
'Wat?' vroeg ze, ze kon zichzelf wel voor de kop slaan; waar waren haar manieren?
'Niet hier', zei hij duister terwijl hij zich omdraaide. 'Het is te gevaarlijk, kom.'
Kom, herhaalde ze in haar hoofd, dat klonk als een bevel en bevelen van hem of van welk lid van de koninklijke familie dan ook mocht ze niet weigeren.
Hij begon te lopen, hij zette zijn voeten zo neer dat de modder op het zandpad naar hun huis niet opspatte. In tegen stelling tot hem, zaten haar broek én haar voeten onder de modder, haar schoenen had ze uitgedaan toen ze thuis was gekomen.
'Waar gaan we heen?' vroeg ze terwijl ze achter hem kwam lopen.
'Niet nu', zei hij terwijl hij achterom keek. 'Kom maar naast me lopen hoor, niemand ziet ons.'
Ze knikte en beet op haar lip. Ze wist niet zo goed of het wel een goed idee was, gezien wie hij was én wie zij vooral niet was.
Hij nam een afslag van het pad zodat ze niet meer richting het centrum van het dorp liepen maar op een verlaten pad dat amper gebruikt werd. Het pad was een zand pad en overal lagen plassen water, het had de afgelopen dagen flink geregend en het was vannacht eindelijk opgeklaard.
'Oké', zei hij na een paar minuten in stilte gelopen te hebben. 'Het zit dus zo.'
Hij leek even te twijfelen en bleef stil staan op het pad. Hij wiebelde van zijn ene voet op zijn andere terwijl zij naast hem bleef staan. Hij keek omlaag naar zijn voeten en nam een aantal keer diep adem. Zij keek naar hem en keek omhoog naar de strakblauwe lucht van de eerste lange dag, over een paar uur zou het al weer donker worden.
'Mijn vader heeft iets gedaan', zei hij na nog een keer diep adem te halen. 'Ik weet niet waarom ik zo stom geweest ben en het nooit heb kunnen zien, maar nu weet ik het én dit moet stoppen. Nu.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top