Hoofdstuk 29 - Pas goed op jezelf
'Melody Summers heeft tijdens meerdere incidenten laten zien dat ze haar gave totaal niet onder controle heeft. Hierdoor vormt ze een gevaar voor haarzelf en anderen. Het bord adviseert een overplaatsing met streng toezicht,' las Lucas voor. Er stond een grote met grijns op zijn gezicht.
'Dat is de grootste onzin die je ooit geschreven hebt,' bromde Jacob die achter het stuur van de zwarte auto zat.
'Dat weten de anderen niet. Zij weten alleen van de incidenten dat ze de controle verloor en hoe ze hen bedreigde tijdens veldtraining.'
Melody grinnikte. 'Gaan we het daar nog steeds over hebben?'
'Natuurlijk,' lachte Lucas.
'Je lijkt Jesper wel,' verzuchtte ze. 'Zijn er nog meer dingen uit het rapport die ik moet weten?'
'Niet echt. Ik heb alle incidenten en gegevens wat veranderd, tot situaties waarin jij de controle verloor zonder dat het door logische omstandigheden kwam. Maar het is dicht genoeg bij de waarheid dat je niet veel hoeft te liegen. Het belangrijkste is dat Louis' dood nu een ongeluk is.'
Ze knikte en keek uit het raam. Een jaar geleden had ze het gehaat om naar het oude Niverium te gaan. Ze vond het nog steeds niet leuk, maar die haat was wel verdwenen. Hopelijk kon ze binnen de muren van het gebouw weer de oude Melody zijn. Als die persoon nog bestond. Naïef zijn na alles wat ze had gezien, was vast onmogelijk. Geen vraagtekens bij de woorden van mensen zetten, gewoon aannemen dat anderen wisten wat ze deden ...
Melody zuchtte, ze had vast tijd genoeg om te ontdekken wie ze nu was.
Het zou vanzelf een nieuw normaal worden, maar zonder haar vrienden was het vast stil. Ze moest weer opnieuw beginnen en ditmaal was Lucile er niet om door de kantine te schreeuwen dat niemand moest staren.
Lucile. Ze voelde tranen opwellen in haar ogen, maar ditmaal was ze sterk genoeg om ze tegen te houden.
'Jacob?' Ze keek de niverial via de spiegel aan.
'Wat is er?'
'Waarom heeft Lucile jullie geholpen?'
'Omdat ik haar verteld heb dat je in gevaar was. Wat geloof ik klopt.'
'Ja, dat is waar.' Ze staarde naar de passerende auto's. 'Hoe wist je dat?'
'Zeker wist ik het niet, maar dat Louis geen goed persoon was is algemeen bekend. Het was niet lastig om te raden dat er mensen waren die wraak wilden nemen. Dat het zo ver zou gaan had ik alleen niet door.'
Dat verklaarde veel. Ze wist dat haar vriendin het niet zomaar had gedaan Toch deed het nog steeds pijn. Hoe kon Lucile haar in de ogen kijken en een normaal gesprek hebben, terwijl ze wist wat er zou gebeuren?
Ze zou het haar niet kwalijk moeten nemen, probeerde Melody haarzelf te overtuigen. Het was Louis fout. Maar de pijn ebte niet weg. 'Waarom deed niemand wat, terwijl iedereen wist dat Louis slecht was?'
Er viel een korte stilte. 'Gebrek aan bewijs,' bekende Lucas toen.
'En connecties met mensen hoger op,' vulde Jacob hem aan.
'Waarom werd ik dan alsnog naar hem toe gestuurd?'
Jacob keek haar via de spiegel aan. 'Als ik wist dat VanHulsen dat van plan was, had ik hem persoonlijk naar Antarctica geteleporteerd.'
'Ik had geholpen,' stemde Lucas in. 'Zelfs als ik er een rapport over had moeten schrijven.'
Melody glimlachte. Dat was alles wat ze wilde weten.
'We zijn bijna bij het gebouw,' waarschuwde Jacob hen. 'Het is tijd om serieus te doen.'
De glimlach gleed bijna direct van Lucas lippen. Niet veel later verdween ook de glinstering uit zijn ogen. 'Sorry voor wat ik straks ga zeggen. Het is niet gemeend.'
'Ik snap het,' zei ze zacht. Het was tijd om te acteren, maar ditmaal zou het niet lastig zijn. De leugens waren geloofwaardiger dan het echte verhaal. Met de hulp van Lucas en Jacob zou niemand eraan twijfelen dat ze inderdaad een losgeslagen monster was.
De auto remde en ze kwamen tot stilstand voor een groot hekwerk. Na een paar seconden ging het hokje van de beveiliger open. Een oude man liep hun richting uit. Hij had donkere kringen rond zijn ogen. 'Goedenavond, wat komen jullie hier doen?'
'We zijn hier voor een spoedintake,' vertelde Jacob. Zijn lage stem klonk akelig intimiderend nu alle vriendelijkheid er uit verdwenen was.
'Het is midden in de nacht. Intakes zijn gesloten.'
'Dan moet je ze voor ons open doen. We zijn hier in opdracht van het CCNG.'
De man deed zijn mond open om er tegen in te gaan, maar zodra hij Jacobs gezicht zag, deinsde hij achteruit. 'Jullie kunnen naar parkeergarage B rijden. Ik zal mijn collega's laten weten dat jullie eraan komen.' Zijn ogen gingen kort naar Melody, maar hij zei niks tegen haar.
'Bedankt.' Jacob liet het raampje omhoog komen en reed langzaam richting het grote gebouw dat voor hen lag. Het zag er spookachtig uit in het donker. Het zachte getik dat voortdurend tegen hun autoruit te horen was, maakte de sfeer er niet beter op.
Melody had verwacht dat ze minder bang zou zijn, nadat ze de dood zo vaak in de ogen had gekeken, maar toch voelde ze een nerveuze kriebel in haar maag. Het zou goed komen, vertelde ze zichzelf. Hoe eng deze plek ook leek, ze zou er veilig zijn. De muren waren zowel een gevangenis als een schild.
Jacob reed de schermer donkere parkeergarage in en parkeerde de auto in een van de vakken. 'Ik snap niet waarom ze deze plek nog niet verbouwd hebben.'
'Gebrek aan budget,' zei Lucas terwijl hij uitstapte. 'Iedereen wil de toekomst van begaafden sponsoren, niemand die van de de probleemgevallen.'
'Ik ben bang dat je gelijk hebt.' Jacob trok de sleutel uit het contact en stapte uit, waarna hij haar portier opende. 'Vanaf hier kunnen we niet meer vriendelijk tegen je doen, maar zoals Tristia al zei, wees niet bang om me te bellen. Ook als je niet in direct gevaar bent, maar gewoon advies nodig hebt.'
'Dat zal ik doen,' beloofde Melody.
'Zodra het veilig is, komen we je halen.' Jacob maakte de handboeien van zijn riem los en bevestigde ze om haar polsen. Waarna hij haar bovenarm voorzichtig vastpakte. 'Laten we gaan.'
Ze liepen samen de betonnen trap op en een wachtruimte in. De blauwe stoelen die langs de muren stonden waren allemaal verlaten. Ook achter de versleten balie stond niemand. Een van de lampen in het plafond was kapot, waardoor de ruimte schemerdonker was.
Lucas zuchtte en liep naar de balie. Hij drukte een paar keer op het belletje.
Er klonk wat geschuifel aan de andere kant van de deur voor hij open ging. Een tengere man in een blauwe trui liep naar buiten. Zijn haren waren warrig alsof hij net voor uit bed kwam. 'Intakes zijn eigenlijk gesloten. Weten jullie zeker dat het niet tot morgen kan wachten?'
'Ja, het gaat om een spoedgeval,' zei Lucas met een knikje naar Melody en Jacob.
Hij zuchtte. 'Oké, kom dan maar mee. Dan vullen we de papieren in.' De man liep een gang in en opende de deur van het eerste kantoor. Het was een kale ruimte met soortgelijke blauwe stoelen, een bureau en een gebarsten laptop.
Jacob begeleidde haar naar de stoel achterin de hoek. 'Gedraag je. Ik heb geen zin om nog iemand van de vloer te moeten schrapen,' bromde hij luid genoeg voor de man om te horen.
Melody zag hoe zijn ogen nerveus haar richting uit schoten. Hij haalde diep adem en ging zitten. 'Hebben jullie een rapport over waarom overplaatsing noodzakelijk is?'
'Ja dit zijn alle papieren.' Lucas bukte en haalde de rode map uit zijn tas. Die plaatste hij met een plof op de tafel. 'Naar een aantal van de incidenten wordt nog onderzoek gedaan, dus we zullen de rest later sturen, maar dit moet voldoende zijn.'
De ogen van de man schoten wijd open. Hij deed zijn mond open om iets te zeggen, maar er kwamen geen woorden uit. Hij sloeg de map voorzichtig open en keek naar de eerste bladzijde. 'Ik... eum... ik moet dit even met een collega overleggen. Als jullie dit formulier voor me willen invullen, dan ben ik zo weer bij jullie terug.' Hij pakte gehaast een papier van een stapel en schoof het hun richting uit voor hij zich het kantoor uit haastte.
'Wat heb je op die eerste pagina geschreven,' bromde Jacob hoofdschuddend.
'Een uitgebreid verslag over het incident met Louis Hauxwell.' Lucas gaf hem een knipoog voor hij het formulier naar zich toe schoof. 'Melody, heb je ooit iemand verwond met je gave?'
'Ja,' zei ze. Meer dan eens.
'Was dit een ernstig incident?'
Ze knikte.
Hij vinkte een paar dingen aan. 'Denk je dat het nogmaals kan gebeuren?'
Haar ogen gingen richting Jacob.
'Absoluut,' bromde hij.
Lucas kon een zachte lach niet onderdrukken. Hij kleurde nog wat bolletjes in. 'Heb je je ooit verzet tegen de niverials of een andere autoriteit?
'Ja, meerdere keren.'
Er klonken voetstappen op de gang en even later ging de deur open. De man kwam de ruimte in, gevolgd door een vrouw die Melody herkende als Cynthia.
'Heb je ooit iemand ernstig verwond of gedood,' vroeg Lucas onverstoorbaar verder.
Ze knikte zacht.
'Om hoeveel incidenten gaat dit?'
'Eum ...' De eerste keer wanneer ze de controle had verloren, de keer wanneer ze de twee mannen had verwond met haar gave, Louis, de vrouw die voor Louis werkte... 'Vier keer?'
'Minstens vijf,' zei Jacob voordat hij de mensen die binnengekomen waren aankeek. Een kleine lach verscheen op zijn gezicht. 'Hallo Cynthia, dat is lang geleden.'
Ze gaf hem een klein knikje. 'Jullie zijn hier voor een intake?' Haar ogen gleden naar de eerste pagina van de map.
'Ja, we hebben het formulier al ingevuld.' Jacob schoof het papier haar richting uit.'
Ze wierp er een korte blik over de aangekruiste vakjes. 'Weten jullie zeker dat dit de juiste plek is? Deze incidenten zijn heel ernstig en ik weet niet of we de benodigde begeleiding kunnen bieden.'
'Het is in opdracht van het CCNG,' zei Jacob. 'Dus als er problemen zijn, mogen jullie het met hen uitvechten.'
'Nee, in dat geval is het goed. Melody en ik hadden een afspraak, niet?' Ze haalde een pen uit haar zak.
Melody knikte zacht. Ze wist nog precies wat Cynthia had gezegd toen ze hier voor het eerst was. De vrouw zou niet zou aarzelen om te tekenen als ze nogmaals een rapport zou krijgen. Dit was dat rapport.
De vrouw zette haar pen tegen het papier en zette er een handtekening neer. 'Zorg ervoor dat ik hier geen spijt van krijg.'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top