Negenentwintig
Mijn adem ging nog steeds te snel en ik voelde ijskoud, ook al was het ruim vijfendertig graden. Het witte verband rond mijn hoofd was doorweekt van het bloed. Op het strand stonden de ramptoeristen foto's te maken.
'Het is jouw schuld', zei pap plots tegen mam. 'Jij hebt haar alleen gelaten op het strand.'
'Jij zou haar meenemen naar het kraampje!', wierp mam tegen.
'Ze hobbelde de eerste vijf meter achter me aan! Ik dacht dat ze wel terug bij jouw zou zijn!', riep pap.
'Precies! Ze ging met jouw mee, jij moest op haar letten!'
Ik snikte zachtjes. Meteen voelde ik dat een van de redders een nieuw verband rond mijn hoofd legde. Mam en pap zwegen.
Zuchtend zwaaide ik mijn benen uit de auto. Ik haalde mijn rugzak uit het koffer en slingerde die over een schouder.
'Fijne dag, Noah!', zei pap, door het open raampje van de auto.
Ik antwoordde niet en liep resoluut het schoolplein op.
Mam had pap deze ochtend helaas niet kunnen tegenhouden. Hij stond erop dat ik naar school ging. Hoe hard ik ook had tegengestribbeld, gedaan alsof ik barstende hoofdpijn had, ik moest en zou naar school gaan.
Slechtgehumeurd ging ik op zou naar Yenthe. Ze stond vrolijk te praten met Tessa en Merel. Voor de zoveelste keer die ochtend ontsnapte een zucht uit mijn longen. Ik wou niet alleen op het schoolplein staan. Maar naar Merel toe gaan? Nooit.
Dus liep ik met een grote boog om hen heen, naar het secretariaat, om mijn afwezigheidsbriefje af te geven. Aan de balie zat een vrouw, die zo de tweelingzus van Gerimpelde Rosa zou kunnen zijn. Ze was gelukkig een stuk aardiger.
Ik gaf haar mijn briefje.
Ze bekeek het even en glimlachte. 'Welkom terug, Noah.'
Ik lachte kort terug en vertrok toen weer. Ik was bijna buiten toen ik werd teruggeroepen.
'Noah Van Dijck?', vroeg een stem, afkomstig van een gezette man met grijs haar. De directeur.
Zacht kreunend draaide ik me om. 'Ja, meneer?'
'Je bent beter?', vroeg hij.
'Ja, dat klopt, anders zou ik hier niet zijn', zei ik liefjes.
Hij fronste even, maar negeerde mijn opmerking. 'Mooi zo. Probeer vooral gezond te blijven. Dan ben je niet meer zo lang weg', zei hij.
'Oké', antwoordde ik, waarna ik verder liep.
Om me iets minder alleen te voelen, viste ik mijn telefoon uit mijn zak. "Eén gemiste oproep: Helena van Meerden" stond er. Verbaasd checkte ik mijn voicemail. Helena had geen boodschap achter gelaten. De laatste keer dat Roos' moeder me gebeld had, was toen Roos wakker werd.
Ik stond net op het punt terug te bellen, toen de schoolbel ging. Tegen mijn zin in zette ik mijn telefoon af en liep het gebouw terug in.
De dag kroop tergend traag voorbij. Frans, wiskunde, godsdienst, fysica, Cultuurwetenschappen, Engels en aardrijkskunde kwamen allemaal aan bod. En het was allemaal even saai. Ik verlangde naar het einde van de schooldag, om eindelijk te weten te komen wat Helena me te zeggen had.
Gelukkig had ik die dag geen pauze's. Tijdens de eerste had ik een inhaaltest van wiskunde, tijdens de middagpauze kreeg ik extra uitleg over wat er van fysica gezien was toen en ik weg was en een testje om te kijken of ik het begreep en tijdens de laatste pauze bood ik vrijwillig aan de klas vegen.
Ik had Merel en Nicolas de hele dag ontlopen. Ik was bijna trots op mezelf. Om vier uur was ik als eerste weg. Pap stond al klaar, om te controleren of ik niet gespijbeld had. Alsof hij me niet vertrouwde.
Meteen startte ik mijn telefoon op. "Eén gemiste oproep: Helena van Meerden". Dit keer had ze wel een boodschap achter gelaten.
'Noah, met Helena. Bel me even terug na school, alsjeblieft. Daag.'
'Doe je gordel vast', beval pap. Ik klikte mijn gordel vast en belde direct naar Helena.
Het duurde lang voor de moeder van Roos opnam. Ik stond op het punt af te leggen toen ik een stem hoorde aan de andere kant van de lijn.
'Noah?'
'Ja, met Noah. Wat scheelt er?', vroeg ik ongerust.
'Het is niet heel erg, maar zou je naar het ziekenhuis willen komen? Als je kan?' Helena's stem klonk rasperig.
'Eh, ja, momentje.' Ik haalde mijn telefoon even weg van mijn oor. 'Pap, kan je naar het ziekenhuis rijden?'
'Nee', antwoordde hij. 'Je moet morgen toetsen inhalen. Dat wordt een avondje leren, Noah.'
'Pap! Er is iets met Roos!', riep ik ontzet. Mam had me linea recta naar het ziekenhuis gereden.
'Roos gaat niet opeens miraculeus genezen als jij daar bent', antwoordde hij.
Ik zuchtte en ging verder met mijn gesprek met Helena. 'Helena? Ik kan nu niet direct komen.'
'Nee?', Helena klonk teleurgesteld. 'Goed, oké dan. Tot nog eens, dan.'
Ik stak mijn telefoon weg. Dat was een vreemd gesprek. Ik moest nu naar Roos toe, ik voelde dat er iets aan de hand was.
Thuis rende ik meteen naar de keuken. 'Er is iets met Roos, mam! Wil je me naar het ziekenhuis brengen?', vroeg ik smekend.
Mam schrok en knikte. Ik liep terug naar buiten en sprong in de auto van mam. Toen we wegreden, keek pap ons kwaad na.
We parkeerden vlak voor de ingang. Zo kalm mogelijk liep ik de gang binnen, direct naar de lift. Tot mijn verbazing stond Helena daar.
'Noah?', ze leek opslag een stuk geruster. 'Fijn dat je toch kon komen! Kom mee.'
Zonder verdere uitleg liep ik met Helena mee, naar een gang helemaal achterin. We stopten bij de een witte deur met een bordje erop, met een moeilijk woord dat ik niet kon lezen.
Onzeker ging ik binnen.
In een bed zat Roos. Aan haar hand hing een infuus en ze zag weer net zo bleek als na het ongeluk. Ik wist meteen dat het niet goed ging.
--------------------------------
YEEY! YES YES YES!
Ik wil jullie allemaal bedanken voor de 1K reads die we bereikt hebben! Super hard bedankt allemaal, zonder jullie was dit nooit gelukt!
x GrijzeWolf
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top