Hoofdstuk 24

Het is doodstil in de gang. Er zijn geen stemmen, geen voetstappen. Er is helemaal niks. Het voelt alsof al het ongedierte een donker hoekje heeft gevonden om de storm uit te zitten. Nou... dat gaat niet gebeuren. Niet als het aan Ruby en mij ligt. 'Wat is je plan?' vraag ik zacht.

'Elk lokaal controleren,' antwoordt ze, terwijl ze tot stilstand komt en het pistool in mijn hand drukt. Vervolgens trekt ze een groot keukenmes uit haar tas. Het lemmet glimt in het licht van de knipperende lamp. Mijn zwakke glimlach verdwijnt als ik het wapen zie. Ze heeft dit doordacht van begin tot eind.

'We beginnen achterin de gang bij het tekenlokaal en gaan langzaam alles bij langs. Er zijn weinig plekken om je te verstoppen in een school.' Ruby's ogen schieten heen en weer, op zoek naar onze prooi.

Ik knik. 'Laten we maar gaan.' Ik stap vooruit, alsof ik weet wat ik doe. Alsof ik zelfverzekerd ben. Ergens voel ik me sterk met dat wapen in mijn hand. Het geeft me een vreemd soort gevoel, alsof niets en niemand me kan raken. Dan pas begrijp ik hoe Ruby zich heeft gevoeld toen ze het wapen meenam. Ineens had ze controle terug. De wereld was van haar en nu is het van ons.

Ze lacht zacht en marcheert met grote stappen door de gang. Het mes zwaait ze speels heen en weer. Zo nu en dan raakt het de stof van haar geruite rok. Ze was vast liever heerser van met zonlicht bedekte hallen geweest, dan de koningin van een met bloed besmeurde school. Maar ze is eindelijk de sterkste.

We komen aan bij het muzieklokaal. De deur staat open, bijna alsof iemand er al is geweest. Het bankje staat scheef en de klep van de piano staat nog open. Vreemd... ik zou zweren dat de deur eerder dicht was. Mijn blik glijdt door het lokaal. De keyboards aan de wanden, de lege stoelen, de piano... er is weinig plek waar je je kan verbergen. Er staat slechts een open stellingkast in de hoek waar Cyrene duidelijk niet in zit.

Ruby stapt naar binnen. Haar ogen glijden naar de piano en dan naar mij, maar ze vraagt me niet om te spelen. In plaats daarvan slaat ze haar mes met kracht tussen de toetsen van een keyboard. Een akelige "klang" galmt door het lokaal, wat een rilling over mijn rug laat lopen.

Van schrik spring ik wat achteruit. Ook al heb ik een hekel aan keyboards, het voelt verkeerd om ze kapot te maken. Zeker als Ruby, die net als ik een passie voor muziek heeft, het doet. 'Wat doe je?' vraag ik, mijn stem zo stabiel mogelijk houdend. Ik wil niet dat ze merkt dat het me wat doet.

'Ik wil dat de muziekdocent zich dit herinnert.' Haar blik glijdt door de ruimte. Opnieuw brandt er vuur in haar ogen. 'Ze hebben ons monsters gemaakt. Het wordt tijd dat ze zien wat monsters doen.' Ze rukt het mes los en stapt op het bureau af. Met haar vrije hand grijpt ze de monitor vast. Geconcentreerd perst ze haar lippen tegen elkaar voor ze het zware ding tegen een ander keyboard slaat. Scherven vliegen door de ruimte als de monitor uit elkaar spat. Hij vliegt uit haar handen en valt naast het gebroken instrument op de grond.

Twijfelend kijk ik haar aan. Ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik niet heb gedroomd van het vernielen van keyboards, al zijn dromen en doen twee hele verschillende dingen. Ik stap naar de dichtstbijzijnde keyboard en kijk ernaar.

Ik denk dat iedereen wel eens een kamer aan gort heeft willen slaan. Maar als het erop aankomt, zou je het dan doen? Nog niet zo heel lang geleden zou ik nee hebben gezegd. Maar nu?

'Toe maar, dit is de enige kans die we krijgen,' moedigt Ruby me aan. Ze zet haar handen op het bureau en veegt de nooit nagekeken toetsen van klas 1D op de grond. Met haar mes kerft ze een getal in het hout. Het lijkt op een 31. Waarom ze het schrijft, weet ik niet.

Maakt het nog wat uit? Ik heb een persoon... vermoord. Veel erger dan dat kan het niet. Een paar keyboards vernielen zal niks veranderen. Ik ruk de kabels uit het keyboard, grijp het ding vast en hef het boven mijn hoofd. Dit verdient zo'n stuk mislukt instrument. Alles aan keyboards is fout. Het is niet eens een echt instrument. En met die gedachte sla ik het zo hard als ik kan tegen de tafel waar een ander keyboard op ligt. Een vlaag van adrenaline giert door mijn lijf als het plastic "instrument" in kleine stukken de ruimte door vliegt. De toetsen brokkelen uit hun omhulsel en vallen voor mijn voeten op de grond. Nog een keer mep ik het instrument op de tafel tot beide keyboards helemaal aan gort liggen. Ik voel de hitte van mijn hart uitbreiden naar de rest of mijn lichaam. Een schreeuw borrelt op in mijn borst. Mijn vingers grijpen naar een ander keyboard en met een luide schreeuw, sla ik het stuk op een tafel. De knal dreunt na mijn mijn hoofd, maar het geeft me alleen maar meer kracht. Het stroomt als een soort gif door me heen en ik kan niet anders dan me sterk en machtig voelen.

Ruby trapt tegen een keyboard. Het ding breekt luid krakend in tweeën. 'Kom op, Scarlet! We laten ze zien wat ze gebroken hebben.' Een kleine lach verschijnt op haar gezicht. 'Ik ben benieuwd of ze hierna nog steeds zelfhulp foldertjes uitdelen.' Dan loopt ze naar het midden van het lokaal.

Ik gniffel, maar die lach verdwijnt als ze naar de piano loopt. 'Wacht!' zeg ik snel. Het is heerlijk om dingen te vernietigen, maar je moet weten wanneer je iets heel moet laten. De piano moet blijven staan.

Ze draait zich om en kijkt me aan. Haar hazelkleurige ogen zien er vreemd uit, nu ze met haat gevuld zijn en toch weten ze wat ik bedoel. 'Ik weet het, maar het is de trots van de docent. Het zou jammer zijn om hem heel te laten.'

'Misschien wel,' zeg ik, 'maar het is ook datgene wat ons samengebracht heeft, nietwaar? En om eerlijk te zijn, laat dit wel een bericht achter. We zijn de piano. Wij staan nog na de veldslag waar ze ons doorheen hebben laten gaan.'

Ze knikt zacht. 'Je hebt gelijk.' Beiden weten we dat het niet alleen een boodschap aan de docent is. Dan stapt ze met grote passen op een keyboard af. Ze rukt het van de standaard en slaat het hard tegen de muur. Er ontstaat een deuk in de dunne wand, als het ding er luid krakend tegenaan botst. Schilfers gipsplaat vliegen in het rond.

Er zijn nog twee hele keyboards over. Eentje in de hoek van het lokaal en eentje die op het bureau van de docent ligt. Ik grijp die op het bureau van de docent en smijt het tegen het krijtbord aan, terwijl Ruby de ander aan gort slaat.

'Wat dacht je ervan om een bericht achter te laten?' vraag ik, kijkend naar het krijtbord, waar ik zojuist een grote deuk in geslagen heb. De witte krijtjes liggen eronder. Ze zijn allemaal nog heel, alsof ze te weinig meegemaakt hebben

Een kleine lach verschijnt op haar gezicht, maar hij vervaagt snel. 'Wat valt er nog te zeggen? Als dit voorbij is, zijn wij niks meer en iedereen weet al lang wiens schuld dat is.'

'Misschien iets wat hen nooit zal verlaten. Dat ze altijd aan ons moeten denken als ze een muzieklokaal zien of een piano horen?' Ik pak een krijtje op en schrijf op het bord: 

Ze pakt een tweede krijtje op en schrijft er onder:

Dan slaat ze het krijtje tegen de rand van het bord. Een kleine wolk witte stof vult de lucht rond haar hand als het breekt. De puinhoop om zich heen lijkt haar niks uit meer te maken.



Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top