Hoofdstuk 15

Mijn hart bonst in mijn hoofd, terwijl ik door de eindeloze gangen ren, zo hard ik kan. Het is stil achter me, terwijl ik toch zeker weet dat ze er is. Mijn blik houd ik strak vooruit gericht, mezelf dwingend om niet achter me te kijken, bang dat ik de dood in haar ogen zal vinden. Ik weet niet waar mijn benen me brengen, maar ik hoop dat het een plek is waar ik lang genoeg alleen kan zijn om te kunnen bellen. Hoewel ik de school goed ken, is een schaduw waar ik me voor even kan verstoppen onmogelijk te vinden. Er zijn maar weinig plekken die alleen ik ken. We deelden alles, zelfs geheime plekjes om je verstoppen voor wat je achtervolgt. Dat Ruby ooit diegene zou zijn, had ik nooit verwacht.

Er is geen weg naar buiten. Ik kan enkel proberen om zo hard te rennen, dat Ruby me voor even kwijt raakt. Al sprintend probeer ik de telefoon aan te zetten. Mijn handen trillen zo erg dat ik bang ben om hem te laten vallen. Mijn klamme vingers kunnen nauwelijks het aanknopje vinden, laat staan hem drie seconden ingedrukt houden. En toch weet ik het voor elkaar te krijgen. Het logo verschijnt op het scherm en direct spoelt de opluchting door me heen.

Ik ren door de gang, langs de kluisjes, richting de gymzaal. Ik weet dat de grote ruimte niet eentje is die ik veilig kan betreden, maar achterin de jongenskleedkamer is een schoonmaakkast. Als ik die kan bereiken, heb ik even tijd. Al kent Ruby de plek ook, ze is er immers zo vaak in op gesloten. Ik kan alleen maar hopen dat ze het heeft proberen te vergeten. Het is vreemd om te moeten toegeven dat alles wat ik nog heb hoop is.

Zal het genoeg zijn?

Ik trek het metalen handvat van de deur open en stap naar binnen, waarna ik de deur naar me toe trek. Ik durf hem niet in het slot te laten vallen. Ik wil niet in dit spinnenwebben nest opgesloten raken.

Met mijn ijskoude vingers, druk ik drie toetsen in. Normaal zou ik Ruby bellen, maar zij is niet langer bereikbaar. Ik zou mam ook zo graag willen bellen, zeggen dat ik van haar hield. In een andere werkelijkheid zou ik dat waarschijnlijk hebben gedaan, maar ik moet nu aan mezelf denken. De politie kan me redden, Ruby uitschakelen misschien. Mam kan ik slecht vertellen dat ik van haar houd.

Voordat ik me kan bedenken, druk ik het groene hoorntje in en leg de telefoon tegen mijn oor. De telefoon gaat over. 'Alsjeblieft... neem op.' Mijn stem echoot door de ruimte.

Dan houdt de beltoon op en klinkt er een zakelijke stem. 

https://youtu.be/RZkDrgowlGE



Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top