-~♡8♡~-

En ik? Ik ga op vakantie. Precies is de week dat Stenn jarig is. Zucht...

POV Robbin

23:00

Ik ben nu al een paar dagen aan de andere kant van Nederland....
Morgen is Stenn jarig en overmorgen gaan we weer naar huis. Ik ga bijna dood hier... Levittown mist haar Mate heel erg, ze jankt al dagen lang... Ik mis hem ook... Heb ik eindelijk mijn Mate gevonden... Kan ik het maar voor 3 dagen zien en daarna een hele week niet...
Ik ga nu maar slapen. Het is al laat....

-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-_-

08:00

Ik wordt wakker door de zon die mijn kleine kamertje inschijnt. Ik kijk op mijn mobiel. "Het is pas 8 uur..." Zucht ik in gedachten. "Nouw en?! Ik wil rennen!" Roept Levittown blij in gedachten. "Sorry Lev. Maar hier kan dat niet zomaar. De mensen zullen ons zien en mijn vader zal merken dat ik weg ben..." Zeg ik tegen haar. Ik hoor haar janken. 'Weer een saaie dag zonder wifi...' Zeg ik zacht. "En vandaag is Stenn nog jarig ook!" Zegt Levittown blij. "Ik weet het..."

10:00

Ik kijk weer op mijn mobiel. Het is nu pas 10 uur... "Dan maar het bed uit..." Denk ik en kleed me aan.
Ik loop mijn kamertje uit en zie mijn vader op de bank zitten. 'Ik ga broodjes halen.' Zeg ik en pak wat geld en loop het huisje uit.

10:30

Het is nu half 11. Dat klopt, ik loop al een half uur. Ik weet de weg nog steeds niet zo goed. Achja, morgen gaan we toch weg.

11:00

Eindelijk heb ik het gevonden.
Ik loop naar binnen gelijk door naar het winkeltje waar je brood kan halen.
'2 crosantjes en 2 pistoletjes graag.' Zeg ik tegen de mevrouw achter de balie. 'Er is een kortere route voor weerwolven. Zo te ruiken sta jij ook bij dat deel. Aan het einde ligt je kleding die dan door de vogels gebracht is. Veel succes.' Fluistert ze met een knipoog. "Dus zij is degene die ik dus rook." Denk ik bij mezelf.
'Bedankt, fijne dag nog!' Zeg ik blij tegen haar.
Ik loop het centrum uit en volg de geur van andere weerwolven. Ik loop door een paar bosjes en kom een boordje tegen. Er staan muziek noten op die je alleen kan halen met een zachte wolven huil. Ik huil zacht en al snel komen er een paar vogels aan gevlogen. "Je kan je daar omkleden, wolf." Zeggen ze via een speciale link. Ik kijk naar rechts en zie een paar dichte bosjes. 'Dankje.' Zeg ik en loop er heen.
Ik vouw mijn kleding netjes op en verander. Ik neem het tasje met brood in mijn mond. De vogels vliegen naar mijn kleding toe en vliegen ermee naar het einde van de speciale route.
Ik volg hun geur en laat Levittown de leiding een beetje nemen.
"Dit is fantastish!" Roept ze blij. Ik lach om haar reactie.
"Oke Lev. We zijn er. Mag ik weer?" "Aw, nu al?" Zeurt ze. "Sorry maar het moet..." Zeg ik en neem de leiding weer. Ik loop weer naar dichte bosjes. Alleen kan ik niet verder omdat ik andere wolven hoor. Ik draai me om.
"O, hallo." Zeg ik vrolijk. "Hey nieuwtje. Wat is je naam." Vraagt een vrouwelijke witte wolf aardig. "Mijn naam is Robbin en mijn wolf heet Levittown. Het is jammer dat ik jullie niet eerder ontmoet heb. Ik ga morgen al weer naar huis..." Zeg ik somber. "Dat is wel erg jammer ja, anders kom je nog een keer naar het bos hier vlakbij, dan kunnen we met zijn alle rennen." Zegt een andere vrouwelijke bruine wolf vrolijk. "Heel graag!" Zeg ik blij terug. "Maar alleen 1 dingentje." Zegt de mannelijke donker grijze wolf. "We moeten goed uitkijken voor de plaatstelijke roedel hier. Ze zijn niet zo blij met nieuwkomers." Waarschuwt hij me.
"Zal ik doen. Ik ben wat gewend. Geloof me, zulke dingen maak ik zo vaak mee als rouge." Zeg ik. "Je bent een rouge?" Vraagt de vrouwelijke witte wolf weer. "Dat klopt. Maar wat zijn jullie namen eigenlijk?" Vraag ik.
"Ik ben Lely. Mijn wolf heet Maike."
(Spreek je uit als Maaike).
Zeg de witte wolf.
"Ik ben Jill. Mijn wolf heet Rose." Zegt de bruine wolf.
"En ik ben Mickel. En mijn wolf heet Sven." Zegt de zwarte wolf.
"Leuk kennis te maken! Zijn jullie hier nog lang?" Zeg/vraag ik vrolijk.
"Wij zijn hier nog 3 dagen." Zegt Mickel. "Alle 3?" Vraag ik. "Jep! Mickel is mijn tweeling broer en Jill is zijn Mate." Zegt Lely vrolijk. "Morgen half 6 in het bos?" Vraagt Jill. "S'avonds? Ik dat niet een beetje laat? Dan ben ik al weg." Zeg ik. "Nee, in de ochtend gekkie! Dan slapen de mensen nog en kunnen wij ongezien rennen." Zegt ze hyper. "Is goed. Tot morgen." "Tot morgen." Zeggen ze terug. "En nu maar snel naar papa."

《》《》《》《》《》《》《》《》《》

12:04

'Zullen we gaan bowlen?' Vraagt mijn vader na het eten. 'Jaaaaaa!' Roep ik blij. 'Ik moet nog even wat op mijn kamer doen. Ben zo terug.' Zeg ik tegen mijn vader. Hij knikt. Ik loop naar mijn kamertje.
"Good morning jarige!" Zeg ik via de link tegen Stenn. "Goejemorgen." Hoor ik terug. "Sam? Heb ik jou in de link?" Vraag ik. "Sam? Nee ik ben het. Stenn. Ik heb vanmorgen uitgevonden hoe de link werkt." Zegt hij blij. "Jeej! Kunnen we ook is een keertje kletsen zonder dat andere de telefoon af kunnen luisteren." "Ik had toch al sorry gezegt voor mijn vader? Dat hij ons afluisterde?" Zegt hij zuchtend. "Weet ik, ik maakte maar een grapje." Zeg ik lachent terug. "Nog een fijne verjaardag!" Zeg ik blij. "Dankje! Ga jij nog wat doen vadaag?" Vraagt hij. "Ja! Ik ga zo bowlen met mijn vader. Ga jij nog iets doen voor je verjaardag?" Vraag ik. "Ja, ik ga iemand bezoeken." "Leuk! Morgen afspreken?" "Is goed. Morgen om 3 uur bij mij?" Vraag hij. "Is goed. Tot morgen." "Tot morgen kleine Mate." Zegt hij, en hij sluit de link af. "Wacht wat?! HOE NOEMDE HIJ ONS?!" Roept Levittown hyper van vreugde. "IK HOORDE HET OOK! HIJ NOEMDE ONS 'ZIJN KLEINE MATE'!!!!!!" Roep ik blij terug.

¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤|¤

'OOWWWW! Strrrrrrrrike!' Roep ik blij. 'Kan je ook wat minder goed spelen?' Vraagt mijn vader lachent.
'Bang om te verliezen van een meisje?' Vraag ik plagent. Hij lacht.
Opeens gaat mijn mobiel af met het liedje: Praat Nederlands met me. (media). Ik weet precies wie dat is.
'Heey.' 'Heey.' Zegt Stenn. 'Waarom bel je?' Vraag ik. 'Sorry *kgggg* wat zei *kggg* je?' Vraagt hij. 'Wacht even. Ik loop wel naar buiten. Daar is het bereik beter.' Zeg ik en loop naar buiten. 'Ben zo terug pap!' Roep ik nog snel.
Ik loop snel naar buiten. Als ik eemaal buiten ben vraag ik:
'Is dit beter?' 'Veel beter.' Hoor ik naast me. Ik kijk naar degene die het heeft gezecht en mijn ogen worden groot.
'Stenn?' Vraag ik verbaast. 'Wat doe jij hier?' Vraag ik hem.
'Ik wilde naar mijn kleine Mate.' Zegt hij lief. Ik kijk blozend weg.
Hij loopt op me af een geeft me een knuffel. Ik kijk hem vragent aan.
'Wat is er?' Vraagt hij. 'Je geur, hij is.... Anders?' Zeg ik bedenkelijk. 'Hoe anders?' Vraagt hij. 'Dominanter.' Zeg ik nog steeds bedachtzaam.
'Was je aan het winnen?' Vraagt hij na een korte stilte. 'Oja tuurlijk! Ga je mee?' Vraag ik. Hij knikt met een glimlach. "Zoooooo schattig!" Zwijmelt Levittown in mijn hoofd.
'Dankje Levittown.' Zegt Stenn ineens.
"Hoorde hij me?" Vraagt ze.
'Ja ik versta je.' Zegt hij. 'Wil je ook niet onze gesprekken afluisteren?' Vraag ik. "Lev, bouw is een muur op?" Vraag ik aan haar. "Oke," Zegt ze terug. "Klaar. Nu kunnen we even rustig praten." Zegt ze. "Denk jij wat ik denk? Zou hij echt? Of is het maar toeval?" Vraag ik aan haar. "Ik weet het niet. Maar het zou wel erg apart zijn als hij echt zo is. Waarom zou ik het dan nooit gemerkt hebben? Of is het echt gewoon puur toeval? Zou hij een nieuwe deo hebben?" Vraagt ze bedenkelijk. "Anders gaan we daar later wel mee verder. Laten we nu maar gewoon plezier maken en blij zijn dat hij er is." Zeg ik tegen haar en sluit de link af.
'Klaar met praten?' Vraagt Stenn als hij ziet dat mijn ogen weer nomaal zijn. 'Ja, sorry. Kom je?' Vraag ik en lopen naar binnen naar de bowlingbanen.

'Hey Stenn, hoe was de reis?' Vraagt mijn vader als we aankomen lopen.
'Goed. Bedankt dat ik mocht komen.'
Zegt hij terug. 'Wacht, jij wist dit!?' Vraag ik aan mijn vader. 'Natuurlijk wist ik het.' 'En je vertelde mij niks?' Vraag ik weer. 'Tuurlijk deed hij dat niet. Anders was het geen verrassing meer.' Zegt Stenn lachent. Ik kijk hem 'boos' aan. 'Niet boos zijn.' Zegt hij lachent terwijl hij een arm om me heen slaat. 'Laten we vragen of je nog mee kan doen.' Stel ik voor. Hij knikt.
'Hallo mevrouw. Kan mijn vriend mischien nog mee spelen? Mijn vader en ik spelen op baan 2.' Zeg ik vriendelijk. 'Maar natuurlijk. De volgende ronde kan hij meedoen.' 'Bedankt!'.

:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:;:

Mijn vader gaat klaar staan en gooit 5 punten in totaal.
'Mijn beurt.' Zeg Stenn. Hij gaat klaar staan en pakt een bal. Hij zwaait zijn arm naar achter en gooit. Hij gooi 3 punten. 'Sh¡t!' Zegt hij zacht. Hij pakt nog een bal een gaat klaar staan. Hij zwaait zijn arm weer naar achter en gooit. 'Kom op! Kom op!!!' Fluistert hij.
'YESS!' Roept hij als hij nog 7 punten gooit. Nu heeft hij er 10 in totaal.
'Nu sta jij voor.' Zegt ik.
Het staat nu:
Mijn vader:
57 punten
Stenn:
93 punten
En ik
83 punten
Ik pak een bal. Ik ga klaar staan.
Zwaai mijn arm naar achter. En... Gooi. Ik gooit 6 punten. Ik gooit nog een keer en gooit nog 3 punten. 9 in totaal. 'Gewonnen!' Roept Stenn blij.
'Wacht.' Zeg ik met een 'moehahah' glimlach. En niet veel later valt er nog een kegel tegen een ander.
'11 punten. Ik win.' Zeg ik plagent.
'H-hoe deed je dat?' Vraagt hij verbaast. 'Ik deed niks. Alleen gewoon goed mikken.' Zeg ik lachent.

¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?¿?

We lopen terug naar het huisje. Mijn vader loopt voor ons.
'Oja Stenn? Ik heb morgen ochtend vroeg om half 6 afgesproken in het bos met andere weerwolven. Wil je mee?' Vraag ik aan hem. 'Waarom niet?' Vraagt/zegt hij. 'Jeej! Het wordt vast erg gezellig!' Zeg ik blij.

'Wat eten we?' Vraag ik aan mijn vader als we in het huisje zijn.
'We eten speklap met rijst en spinazie à la creame.' Zegt hij. 'Jum!' Zeg ik blij. Onder het eten hebben we nog wat gekletst over school en scouting en zulke dingen. Na het eten gaat mijn vader afwassen en zitten Stenn en ik op de bank tv te kijken.
Het wordt al laat. 'Laten we maar gaan slapen.' Zegt mijn vader. 'Is goed. Alleen waar slaapt Stenn? Er zijn maar 2 slaapkamers.' 'Ik kan wel bij jou slapen?' Stelt Stenn voor aan mij.
Mijn hoofd wordt gelijk rood. 'Ehh, tuurlijk?' Vraag ik meer. 'Is goed. Weltrusten.' Zegt mijn vader.
Na het tandenpoetsen loop ik naar mijn kamertje. Ik pak mijn pjama en loop weer naar de badkamer waar Stenn nog staat. Ik ga naast hem staan en duw hem de badkamer uit. 'Hey?!' Zegt hij 'beledigt'. 'Sorry, tijdelijke privé ruimte.' Zeg ik met een glimlach tegen hem.
Als ik omgekleed ben loop ik weer naar mijn kamertje en zie Stenn al op het bed zitten in zijn pjama. Het bed is maar 1 groot geheel. Niet zo groot als een 2 persoons bed. Maar je kan het beter zien als 1 en een half 1persoons bed. Zo breed is het ongeveer. Ik ga zo ver mogelijk bij de muur liggen. Terwijl hij aan de andere kant ligt. Ik doe het licht uit. 'Truste.' Zeg ik. Opeens voel ik een arm om mijn middel en word ik tegen Stenn aan getrokken. 'Trusten kleine Mate.' Zegt hij zacht. Snel erna hoor ik zijn ademhaling rustig worden. Hij slaapt. Levittown wordt helemaal gek in mijn hoofd. En zo lig ik hier. Met een arm om mijn middel die zo sterk is als een achtbaan beugel en een veel te vrolijke wolf in mijn hoofd. Beste nacht ooit. *kuch sarcasme kuch*.

₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩¥₩

05:30

Ik wordt wakker door de wekker. De greep om mijn middel is al minder geworden. 'Stenn wakker worden!' Fluister is zacht. Hij mompelt alleen maar. 'Stenn!' Fluister/roep ik nu. Zijn ogen gaan rustig open. 'Morning.' Zeg ik lachent om zijn warrige uitstraling.
'Morning kleine Mate.' Zegt hij terug. Ik bloos. Ik haal zijn arm weg en kruip naar het voeten eind. Ik pak kleding uit de kast en loop naar de badkamer.
Als ik uit de badkamer kom zie ik Stenn als klaar staan met een boterham voor me. 'Thanks.' Zeg ik en pak het aan. 'Ik schrijf nog snel een briefje voor mijn vader dat ik je het park ben laten zien.' Fluister ik naar hem. Hij knikt. Ik leg het briefje op de tafel neer. We sluipen zachtjes het huisje uit.
'Ik weet een snellere route.'
Ik loop naar de dichte bosjes en huil de noten weer. De vogels komen aan vliegen en ik kleed me achter het afgeschermde deel uit. Ik loop naar Stenn toe. Hij klimt op mijn rug. Ik ren naar het einde van de route.
Daar klimt Stenn van mijn rug en stopt mijn kleding in de rugtas. Hij klimt weer op mijn rug. Ik ren het park uit richting het bos. Ik weet niet waar het is, maar ik volg gewoon de geur van Lely.
We komen aan bij het bos. De geur van Mickel, Jill en Lely is nu erg sterk. Ik volg het. Als ik ze ziet staan blaf ik een keer blij en loop naar ze toe.
Jill en Lely kijken me bang aan terwijl Mickel naar me gromt en bescherment voor ze gaat staan.
"Wie is dat mens!?" Gromt hij kwaad.
"Hij is mijn Mate.' Zeg ik kalm terug.
'Dat klopt. Ik ben haar Mate. Ik vind het erg leuk vrienden van haar te ontmoeten.' Zegt Stenn ook kalm met een glimlach. Hij klimt van mijn rug en gaat naast me staan. "En dat moet ik geloven?" Zegt Mickel en zegt nog een stap naar voren. Stenn gaat gelijk gromment en bescherment voor me staan. 'Blijf weg van MIJN Mate!' Gromt hij. Mickel doet een stap terug en ik krimp ook een beetje ineen van de dominantie die in de grom zit.
"Ik geloof je. Kom. Dan gaan we rennen." Zegt Mickel. Ik knik en doe mijn hoofd onder Stenn's hand zodat hij zou kalmeren. Gelukkig werkt het.
"Neem het hem niet zo kwalijk. Hij beschermde alleen maar zijn tweeling zus en zijn Mate. En ik zou het ook wantrouwen als iemand ineens een mens meeneemt." Zeg ik tegen hem. Hij knikt en klimt weer op mijn rug.
We beginnen te rennen.
"Dit is heerlijk om de ochtend te beginnen." Zegt Levittown in mijn hoofd. "Dat is het ook. Dit hebben we al een hele tijd niet meer gedaan." Zeg ik terug.

Na een lange tijd gerend te hebben houden we even een pauze.
"Ik ga even snel kijken of er nog een konijn is. Ben zo terug." Zeg ik en loop een paar bosjes door. De geur van konijn wordt steeds sterker.
"Daar ben je." Denk ik als ik het konijn zie. Opeens voel ik iets in mijn zij zitten. Ik kijk en zie een pijltje. "O nee." Denk ik. Ik laat nog snel een blaf en alles wordt zwart...

POV Stenn

Ik hoor Robbin blaffen. 'Dat is geen goed teken.' Zeg ik zacht tegen mezelf.
Alex wordt helemaal gek in mijn hoofd. "Ga naar onze Mate toe! Snel!" Roept hij. Nu zal je mischien wel denken. 'Wie de koekjes is Alex?'
Ik zal het je even snel uitleggen.
Gister was ik jarig en.... Ik ben mijn hele leven al een weerwolf. Ik draag een enkelbandje die mensen geur verspreid. Gister kreeg ik ook mijn wolf en werd de Mate band sterker. En omdat mijn vader een beta was die de Alpha verslagen heb dus nu Alpha is. Is mijn geur ook wat dominanter.
Ik was gister helemaal hierheen gerend omdat Alex zo graag naar zijn Mate wilde. En nu denk je vast: 'Maar waarom vertel je het Robbin nu niet?'
Mijn antwoordt is mischien een beetje slecht maar toch. Ik durf het gewoon niet. Ze is een rouge en ze vind het geweldig. Ik wil haar niet opschepen met een roedel. Ik wil haar haar vrijheid niet ontnemen. En als ik het haar wel vertel. Moet ze door de Mate band wel bij de roedel en ik wil haar niet voor een onmogelijke keuze zetten. Mate of vrijheid?
Maar nu terug naar de realiteit. Ik moet Robbin redden.
Ik verander in mijn wit/grijze wolf en ren haar geur achterna.
Ik kom aan bij een mistige open plek.
"Mistig, donker en in het bos. Dat is nooit zo een goed voorteken in films." Zeg ik tegen Alex. "Ze is dichtbij." Zegt Alex. "Ik ruik haar ook."

POV Robbin

Ik word wakker. Het is mistig en ik lig nog in het bos. Er staat een jonge man voor me. 'Eindelijk. Je bent wakker.' Zegt hij met een duivels toontje. Ik ben gelukkig nog wolf. 'Verander.' Commandeerd hij. Ik negeer hem.
'VERANDER!' Commandeerd hij me op Alpha toon. Ik tril en hij zucht. 'Ik snap het al.' Zegt hij. Hij gooit me een witte jurk toe en draait zich om. Ik verander snel en doe de jurk aan. Hij komt tot net iets boven mijn knieën en heb bandjes over de schouders. Aan de onderkant zit kant met rouges. (Geen rouges van rouge. Maar van die frummeltjes die je wel is vaker aan kleding ziet).
De man draait zich terug.
'Zo zo, wat doe jij hier. Omega rouge?' Vraagt hij. 'Ik ben hier op vakantie met mijn vader en Mate. Ik vertrek eind van de ochtent weer. Alpha' Zeg ik onderdanig. Ik kan toch niks tegen een Alpha. 'Jaaa? Jij gaat niet meer naar huis. Je bent nu toch al hier. En wij hebben toch nog een schoonmaakster nodig in het Alpha huis.' Zegt hij met een duivelse ondertoon. Ik slik. "O nee!" Zeg ik tegen Levittown. Die behoorlijk stil is.
Opeens horen we gegrom uit de bosjes. Een grote wit/grijze wolf komt gromment uit de bosjes. Als hij ons ziet word zijn grom harder. Ik krimp ineen door de dominantie.
'Niet nog een Alpha!' Fluister is zacht en bang tegen mezelf. De man naast me verandert ook. Zijn wolf is donker bruin met groene ogen. Ze rennen op elkaar af. De bruine duwt me perongeluk. Maar ik knal hard tegen een boom. 'Stomme rot boom!' Grom ik kwaad. De Alpha's vechten nog steeds. Ik kan het niet aan zien. Iets in me zegt me dat dit door mij komt. Dit is allemaal mijn schuld. De tranen rollen 1 voor 1 over mijn wangen.

POV Stenn

Ik bijt de bruine wolf hard in zijn poot. Dan hoor ik opeens Robbin huilen. Ze zit in 1 gedoken tegen een boom. Het maakt me nu kwader haar zo te zien. Ik bijt de andere wolf nog een keer hard en hij vlucht weg. Ik loop langzaam naar haar toe. Hoe dichter bij ik kom. Hoe banger ze wordt. Ik loop naar een paar bosjes en pak er een paar kleren uit. Ik verander terug en kleed me aan.
Ik loop langzaam op haar af. In de hoop dat ze nu wat minder bang is...

POV Robbin

De Alpha die als 2e kwam komt langzaam in zijn mensen vorm op me af. Ik heb hem niet gezien omdat ik bang ben. Maar ik hoorde hem veranderen.
Ik hoor hem voor me stoppen.
'Alstublieft Alpha. Doe me geen pijn. Ik zal hier nooit meer komen. Alstublieft.' Zeg ik trillent terwijl ik huil. Ik hoor hem bewegen. Al snel erna voel ik 2 armen om me heen. Ik ruik een heerlijke geur. Stenn.
'Het spijt me.' Hoor ik voor me. Ik kijk op en kijk recht in zijn, mooie, bruine ogen. Ze veranderen in een beetje goud achtig en ik weet dat hij dit niet is. Hij komt steeds dichterbij en zoent me. "OMW OMW! ALEX ZOENT ONS!" Juicht Levittown in mijn hoofd. "En waar was jij al die tijd?" Vraag ik aan haar. "Bij Alex. Stenn's wolf." Zegt ze op een duh-toontje. "Stenn is een weerwolf?" "Jep." Zegt ze. Ik trek terug. 'Alex? Mag ik Stenn eventjes? Dan kan jij weer met Levittown kletsen.' Vraag/zeg ik tegen hem. Hij maakt een zeurderig geluitje maar al snel worden Stenn's ogen weer normaal. 'Robbin het-...' Maar nog voor hij verder iets kan zeggen zoen ik hem.

POV Stenn

Mijn zin wordt onderbroken door Robbin's zachte lippen op de mijne.
"Niet eerlijk!" Zeurt Alex in mijn hoofd.
Pas na een paar minuten trekt ze terug. Ze kijkt me recht in mijn ogen aan en bloost.
'Robbin. Het spijt me als ik je bang gemaakt heb. Ik wilde het niet. Ik zal je nooit pijn doen. Het spijt me ook dat ik je nooit vertelt heb dat ik een weerwolf ben. Ik was gewoon bang dat ik je vrijheid af zou pakken...' zeg ik. 'Het geeft niet. Ik had soms al zo een vermoede dat je geen mens was.' Zegt ze lachent. 'Je bent een schat.' Zegt ze en knuffelt me. 'En jij mijn kleine Mate.' Zeg ik terug.
En zo staan we een tijdje.
'Zullen we rennen?' Stelt ze voor. Het begint al licht te worden maar dat boeit me niet. 'Is goed.' Zeg ik lachent. Ze loopt weg en komt terug als wolf. Ik doe hetzelfde. Niet veel later volgen we een rivier waar we soms doorheen rennen. "We zijn nu alleen wel erg nat." Zeg ik lachent tegen haar. (Media). "Achja." Zegt ze lachent terug.
We rennen naar een hoge berg top. Als we boven zijn gaan we tegenover elkaar staan. We kijken omhoog en beginnen te huilen of ook wel zingen. We zingen het lied van de Maan. Of beter bekent als:
Het lied van de liefde♡.

Like? Commend? Follow?
Bye bye ♡☆♡
_XRobijntjeX_

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top