uren later  lopen we het bos uit. we stuiten op een dorp. 'daar is een hotel' Cora wijst naar een leuk hotelletje. 'het boeit me niet hoeveel het kost en of de kamers klein zijn maar als er een bed is dan boek ik een kamer' moppert peter. 'ik dacht dat vampiers nooit moe waren' grap ik. 'half vampier' zucht hij terug, schagerijn... we lopen half dood naar binnen boeken de eerste de beste kamer en vallen neer op het bed, maar hè we zijn wel ontsnapt en we leven nog. naja voor de helft dan. ook ik plof neer op het bed en ben meteen vertrokken.

'AAAARG' ik probeer naar het geluid te lopen maar ik loop steeds verder weg. Cobald's gezicht verschijnt voor me. 'je ben te laat je kun ze niet redden' krijst hij. hij begint hart te lachen, het is afschuwelijk.

ik schrik wakker en schiet overeind, zachtjes begin ik te huilen. de warme, zoute tranen rollen over mijn wangen. Anna komt naast me zitten. 'hey, wat is er?' ik vertel haar over de nacht merry. als ik klaar ben blijven we nog even zwijgend voor ons uit staren. 'ik ga maar weer slapen' Anna staat op en loopt naar haar bed. 'truste zusje' 'truste' fluister ik zacht. ik blijf nog een tijdje zitten en ga uit eindelijk liggen.

'hey slaapkop wakker worden' Cora schud me door elkaar. 'laameslapen' mompel ik en ik gooi de deken over mijn hoofd. ruw trekt ze de deken weg. 'Cora g*vd laat me gewoon slapen ik ben moe' boos ga ik opzoek naar mijn deken, niets. zucht.  langzaam open ik een oog. fel daglicht schijnt in mijn oog. ik open ook langzaam het andere oog. 'hehe het is wakker' grinnikt Anna. boos kijk ik haar aan. ik hoop maar dat ze een goede reden hebben om mij op deze manier wakker te maken. 'wat?'snauw ik. 'er heeft er een een goed pak ochtend humeur te pakken zie ik' grapt Cora.  'kijk'Anna duuwt me een stuk papier in mijn handen.

 gezocht : gezelschap

extreem gevaarlijk.

   beloning : 2000 goudstukken , afleveren bij de barken

dood of levend.

daar onder een foto van ons. poep vloek ik binnensmonds. 'deze hing op de muur bij het markt plein, het ziet er naar uit dat Cobald naar ons opzoek is.'  ik klim moeiteloos uit bed. 'is iedereen op de hoogte en wakker?' vraag ik. 'wat denk je zelf het is 12 uur 's middags' ow. 'dan kleed ik me aan en dan vertrekken we meteen' Anna knikt 'o en waar zijn we by the way?' vraag ik snel voor ze weg loopt. 'vlak bij doden rijk'

hey mensen ik heb besloten dit boek als eerste af te aken en daarna verder te gaan met de rest XXX C.