hoofdstuk 15
Twee dagen na het ongeluk met de hond, stonden er twee agenten bij de voordeur. Ik werd zenuwachtig. Die agenten konden maar voor één persoon komen, namelijk voor mij. Ik ging ongezien naar mijn kamer. Mijn kamer zat onder de voordeur, dus ik kon het gesprek horen. 'Goedemorgen mevrouw, wij komen voor uw zoon,' zei één van de agenten. Shit, ik was erbij. 'Ben, wil je even komen?' vroeg mam. Ik ging maar naar beneden, ook al had ik alleen een onderbroek aan. Mam zat met de agenten in de woonkamer. De agenten hadden een kopje thee in hun handen. Ik gaf de agenten een hand. Ze heetten van Brugge en de Raat. 'We moeten over iets ernstigs praten,' zei agent van Brugge. Ik wist gelijk waar het over ging. 'Mevrouw Hendriks heeft jouw en je vrienden aangeklaagd, omdat jullie vuurwerk naar haar hond hebben gegooid.' Mam keek me boos aan. Ik werd stil. 'Omdat je medeplichtig bent aan dit incident, zul je mee moeten naar bureau HALT.' Ik schrok. 'Luister, mijn zoon heeft moeite met zijn pestverleden,' zei mam. 'Dat begrijpen we,' zei agent de Raat, 'maar toch blijft uw zoon medeplichtig aan dit incident.' Mam stuurde me naar boven om aan te kleden. Ik koos maar voor een simpele trui en een spijkerbroek. Zodra ik klaarstond, namen de agenten me mee naar het bureau.
Met een politiewagen werd ik naar het bureau gereden. De politie bracht me naar een kamer. Ik zag dat al mijn vrienden er ook zaten. Thomas was boos. Tegenover hen zat meneer Walden van bureau HALT. Ik nam plaats naast Tyler. Meneer Walden begon met zijn praatje: 'Jongens, begrijpen jullie hoe ernstig dit is?' Jack schudde zijn hoofd. 'We wilden gewoon een beetje lol maken,' zei hij, 'Mag dat niet meer of zo?' 'We begrijpen het,' zei meneer Walden, 'maar jullie mogen andere mensen niet in de weg zitten.' Ik staarde naar een poster die aan de muur hing. 'Gisteren is de hond ingeslapen. De eigenaresse is erg verdrietig.' Ik werd stil. We hebben die hond bij wijze van spreken gewoon vermoord. Het leek erop dat het de anderen niks deed. Het was voor een lang tijd stil. 'Ik weet een gepaste straf voor jullie,' zei meneer Walden. Mijn vrienden keken op van hun telefoons. 'Jullie gaan op nieuwjaarsdag de straat schoonmaken. Daarbij eis ik een excuus voor mevrouw Lexmond.' Nadat meneer Walden nog wat dingen had gezegd, mochten we naar huis. Pap zat boos in de woonkamer toen ik eraan kwam. 'Ben is een crimineel,' zei Maud. Ze bedoelde het vast als grap, maar voor mij voelde dat niet zo.
Het nieuwe jaar begon. Mijn goede voornemen had ik allang klaarliggen. Ik heb duizenden dingen gedaan waar ik spijt van heb. Dat komt allemaal door die stomme vrienden van me. Zij sleepten me de criminaliteit in. Doordat ik mijn mening niet durfde te geven, is de hond nu dood en ben ik een crimineel. En daardoor kon ik op nieuwjaarsdag niet uitslapen. We werden al vroeg bij het buurtcentrum verwacht. Nadat ik had ontbeten, ging ik meteen naar het buurtcentrum. Mijn vrienden en meneer Walden waren er ook. We kregen van die oranje hesjes aan. Volgens mij deden ze dat om ons voor schut te zetten. We kregen ook allemaal een grijper en een zak. Er waren nog meer jongeren die iets verkeerds hadden gedaan met vuurwerk. Meneer Walden gaf het sein dat we moesten beginnen met opruimen. Ik ging met Rick, Jack en Tyler naar het voetbalveld. Thomas ging met een andere ploeg mee. Waarom wisten we niet. Er lag ontzettend veel vuurwerkrotzooi op het veld. Sommige kinderen ruimden alles vrijwillig op. Samen waren we drie kwartier met dat veldje bezig. Om twaalf uur was de lunch. Mam had brood klaargemaakt dat totaal niet smaakte. Ik hoorde ook het verhaal van Sem, die ook straf had. Hij had vuurwerk op de auto van zijn buren gegooid. De auto was volledig afgebrand en Sems buurman heeft hem aangeklaagd. Sem had spijt van zijn daden en heeft zijn excuus aangeboden. Na een half uur moesten we verder met ons werk. Aan het einde van de dag was onze buurt brandschoon. Er lag geen rotje of vuurpijl meer. Meneer Walden keek tevreden. 'Goed werk heren,' zei hij. 'Maar ik wil dat Rick en zijn vrienden vandaag hun excuses aanbieden aan mevrouw Lexmond.' Dat deden we. Na het opruimen, gingen we naar mevrouw Lexmond. Rick had bloemen en chocolade voor haar gekocht. Hij was erg nerveus toen we aanbelden. Mevrouw Lexmond deed open. Gelukkig was ze erg vriendelijk en liet ons binnen. Ik zag dat ze een herdenkingsplekje had ingericht voor haar hond. Op het tafeltje stond een foto en daarnaast een urn. Daar zat het as van de hond in. Ik ging bij mijn vrienden op de bank zitten. Rick stapte naar voren met zijn cadeau. 'Mevrouw, het spijt ons van wat we hebben gedaan. We hadden geen idee van waar ons gedrag toe kon leiden. Ik wens u ook heel veel sterkte met uw hond.' Wij zeiden allemaal precies hetzelfde. Mevrouw Lexmond leek tevreden.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top