~Hoofdstuk 8~
• Evan: 9 jaar geleden •
'Data geeft geen afwijkingen, ook activiteiten zijn oké. Het is uw beurt meneer Harper.'
De vrouw met haar grote bril wijst naar de lijder die naast me staat. Ik weet nog altijd niet hoe ze heet ondanks dat haar naam vaak gezegd wordt.
Meneer Harper pakt mijn schouders beet met zijn grote handen en de druk doet me een beetje inzakken. Hij kijkt me aan en zijn donkere ogen boren zich in de mijne.
Ongemakkelijk schuifel ik op mijn platform en kuch.
Nicolas Harper was de maker en oprichter van dit spel, zijn wil is wet en zijn bevelen worden nageleefd zonder vragen. Mensen die hem zien zijn vaak een beetje van hun stuk als ze hem horen praten.
Hij is serieus en heeft altijd wel een streng ondertoontje in zijn woorden. Maar als je hem eenmaal kent is hij wel oké.
Soms zie ik hem naar zijn plaats vluchten als het hem teveel wordt en dan een foto bovenhalen. Zijn gezicht licht daarna helemaal op alsof zijn hele wereld daarop staat.
Zijn stem haalt me uit mijn gedachtes.
'Het is aan jou Evan. Vandaag wil ik dat je de draak opzoekt die het dorpje Perverlin aanvalt. Vecht met hem maar zorg dat je niet sterft, we weten niet wat dat voor fatale gevolgen heeft maar je hebt wel zo een idee denk ik.'
Ik knik en kijk naar onder waar mijn blote voeten de cirkel van UV-licht verwarmen.
'We gaan uitzoeken wat voor hersenactiviteit er voorkomen bij je en zodra we genoeg resultaten hebben halen we je terug.' Meneer Harper haalt zijn handen weg en stapt naar achteren.
'Evan, het is heel belangrijk dat dit goed gaat. Maak er alsjeblieft geen potje van. Dit is heel, héél belangrijk voor me.'
'Waarom?' Ik krimp in elkaar van mijn eigen stem dat pieperig klonk.
Nog nooit heeft hij zoveel informatie prijsgegeven gehad en ook nu verwacht ik een afwijkend antwoord.
Alleen verzacht zijn gezicht deze keer alsof hij wist wat ik dacht en haalt de foto boven die hij me geeft.
Er staat een vrouw op met blond haar dat haar armen om de nek van een kleutertje had geslagen. Het meisje was klein met grote ogen dat achter een bril schuilging. Haar ogen straalde alsof ze aan een grapje dacht dat alleen zij snapte.
Beide dames kijken stralend in de camera en lachen hun tanden bloot. De vrouw had witte, rechte tanden en het kind miste er een paar.
Meneer Harper wijst naar het meisje en knikt.
'Dit alles is voor mijn meiden. Ik wil hun een wereld schenken waar zij fantasie in kunnen creëren. Ken je dat jongen? Dat je de mensen waarvan je houd wilt gelukkig maken en daarvoor alles doet?'
Ik knik en geef de foto terug. Hij neemt hem aan en steekt hem zorgvuldig terug weg.
'Natuurlijk ken jij dat.'
Hij leek even te aarzelen.
'Evan, ik heb je moeder gesproken.'
O-oh! Mam gaat dit niet leuk vinden. Ze is zo tegen videogames en ik weet zeker dat ze zal flippen als ik terug thuiskom.
'Pittige dame. Ze wist me wel het één en ander te vertellen. Ze heeft me uitgebreid verzocht om dit spel ergens te steken waar de zon niet schijnt.'
Alweer krimp ik ineen.
'Het spijt me meneer, mijn moeder is nogal-'
'Maar ze zei me dat als jij gelukkig werd van dit,' onderbreekt hij me 'je zo door moest gaan want hoeveel ze het ook haat ze wilt dat je gelukkig bent Evan. En ik wil dat ook.'
Na een knikje van mij loopt hij naar achteren waar de computers staan. Ik wist wat er nu ging gebeuren en mijn hart maakte een sprongetje van vreugde. Hiernaar keek ik al de hele dag uit. Mijn zicht werd onscherp alsof de camera van mijn ogen zich niet kan focussen op een object.
Meneer Harper zet een koptelefoon op en het laatste wat ik hoor is: 'daar gaan we.'
Ik sta ergens tussen het groen en trek mijn zwaard terwijl ik mijn kap opzettelijk.
'Goed Evan, je moet richting het noorden lopen om bij het dorp uit te komen. De draak is op dit moment alleen nog een beetje om het stadje heen aan het cirkelen dus moet je voort maken.'
Ik kijk naar het toestel op mijn pols en knik alsof ze dat zouden zien.
'Begrepen. Ik ga er nu heen.'
Met grote passen draaf ik door het struikgewas tot het woud eindigde met een enkele boom die omgevallen was.
Ik kniel er achter en ga met mijn handen over het verkoolde hout.
Hij was hier.
Met een brul worden mijn vermoedens bevestigd en sta ik recht. Voor me, bij de kleine paar huisjes vliegt het geschubd monster die zijn tanden lijkt bloot te lachen aan de arme bewoners.
Zijn zwarte huid glimt in de zon en met een oorlogskreet en de adrenaline door mijn aderen ga ik het beest te lijf.
Ik hak, sla en ontwijk en dan doe ik alles nog eens. Er klinkt gejuich van de bewoners wat me alleen nog maar meer aanmoedigde en ik lach als ik hem nog eens schraap met mijn wapen.
Brullend van woede draaien we om elkaar heen. Op een moment komen zijn nagels gevaarlijk dicht bij mijn gezicht maar voor ze het zwak vlees daar kunnen openhalen spring ik naar achteren en grinnik van pure plezier.
'Evan denk eraan, je wonden in het spel komen ook op je menselijke lichaam. Wees voorzichtig!'
Voorzichtig, daar is helemaal niets leuks aan. Ik tol om mijn as en laat mijn zwaardarm door het geschubde pantser glijden om bij zijn zwakke punt te komen. Dat heeft het wezen door en slaat me van zich af met zijn vleugel. Het haakje dat eraan hangt schuurt tegen mijn wang en ik vlieg naar achteren.
Met een zachte "oef" val ik op de grond en krabbel snel weer recht. Warme vloeistof sijpelt naar mijn kin en als ik mijn vingers terugtrek zijn ze rood.
Razend vlieg ik op het mythische wezen en hak erop los. Net als ik hem heb klinkt er gezoem en daarna gestotter.
'Evan! Maak...'
Verward kijk ik naar beneden en ben het gevecht vergeten.
Klap!
Ik sla tegen een muur en zak in elkaar van de pijn.
'Ga... Evan!'
Panische angst neemt me in de greep als ik die van meneer Harper hoor. Het bleef stil en ik kijk op. Met een onmogelijke snelheid komt mijn vijand op me af. Als verlamd kijk ik naar het razende dier. Niet instaat om mezelf te verdedigen of zelfs maar te redden.
'Evan! Maak dat je daar wegkomt!'
Zijn stem haalt me uit mijn verdwaasde situatie en ik spring opzij en sla mijn handen voor mijn gezicht. Brokken muur storten op het wezen neer en ik pak mijn zwaard, hef het boven mijn hoofd en laat het met een suizend geluid neerkomen.
Recht in zijn hart.
Het dier stuiptrekt en dan ligt het stil. Ik klik op mijn pols en duw op het knopje om uit te loggen.
En druk, en druk... maar er gebeurt niets.
Alsjeblieft, alsjeblieft haal me hieruit! Gefrustreerd slaak ik een kreet en trek aan mijn haren.
'Meneer Harper, ik kom er niet uit.'
Er klinkt gekraak en geruis maar niemand antwoord.
'Meneer Harper?'
Ik knipper met mijn ogen.
'Meneer! Alsjeblieft! Help me!'
Mijn stem breekt en snikkend zak ik in elkaar. Ik ga in foetus houding liggen en sluit mijn ogen.
Mijn naam, mijn Echte naam is Evan Houst Bander O'Neil. En ik ben de jongen die al bijna zijn hele leven in het spel vast zit.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top