* ^^^ Ik raad het derde deel aan ^^^ *

* Tibet verwelkomde zijn gasten en na warme thee en een aangenaam gesprek ging iedereen slapen, terwijl ze slapen, zal ik je het perspectief van Tibet en zijn broeders vertellen. *

~~~~~~~~~~~~~~ Tibet ~~~~~~~~~~~~~

~ Ik kan niet wachten tot hij komt. Elkaar lang niet gezien. ~

-Maak je geen zorgen, hij zou hier snel moeten zijn.
-Wat als hij van gedachten is veranderd?
-Zeker niet.
-Of misschien?
- Zeg dat niet eens.
-Wat als...
-Maak het niet eens af. Hij is zeker in orde.
-Kom hier, daar gaat iemand!
-Is hij het? Hij zou later komen. Maakt niet uit. Laten we gaan!
-Ja, hij is het! Hij gaat met iemand mee.
-Een extra gast? Het wordt interessanter!
- Laten we ze gaan begroeten.

* Dat was het perspectief van Tibet, en nu gaan we terug in de tijd. Nederland had een nachtmerrie. Weet je wat? Niet? Je zal erachter komen. *

~~~~ Nachtmerrie van Nederland ~~~

-Hallo Holland, we zien elkaar weer.
-Dit kan niet waar zijn.
-Maar het is. Herinnert u zich die gebeurtenissen uit het verleden nog? Natuurlijk doe je dat.
-Het was lang geleden.
-Niet waar, ik herinner het me alsof het gisteren was.
- Het was niet gisteren.
-Ik weet. Maar je moet betalen voor je daden.
- Maar ik heb niets gedaan.
-Je liegt tegen jezelf, zelfs in je slaap.
-Dit is een droom? Dus ik kan wakker worden!
- Het lijkt eenvoudig.
- Zo moeilijk kan het niet zijn.

-En wat slaap je nog.
-....
- Ik zei toch dat het niet gemakkelijk is.
-Maar te doen.
-Wat zei je?
- Het is moeilijk maar te doen!
- * Nederland werpt zich op de PKI en wordt wakker. *

-Gaat het?
-Polen, wat doe jij hier?
-Hier hoorde je door het hele huis, heb je gedroomd over een nachtmerrie?
-Eh... dat klopt.
- Ben je al lang zo?
-Helaas, ja.
- Wil je erover praten?
-Ik heb dit gesprek altijd vermeden, maar het is tijd om bij iemand te klagen.
-Het is lang geleden gebeurd, ik had een kolonie in wat nu Indonesië is. Natuurlijk, zoals het in koloniën gebeurt, hadden mensen geen goede omstandigheden, soms kwamen ze in opstand.
-Hoeveel Miles jaren deze kolonie?
- Ongeveer 200? Tijdens de oorlog veroverde Japan Indonesië, na de oorlog probeerde ik de controle over deze landen terug te krijgen. Ik heb veel gevechten gevochten, de zwaarste daarvan zijn die van de PKI. Weet jij wie de waarheid is?
-Ja dat weet ik.
- Ik wilde mijn excuses aanbieden aan Indonesië. Daarom heb ik besloten om met je mee te gaan. Nu ken je het hele verhaal.
-..... We moeten Indonesië zo snel mogelijk bezoeken.
-Ik ben het met je eens. Vertel je er niemand over?
- Ik beloof het aan niemand te vertellen.
'Ik denk niet dat ik vanavond naar bed ga.'
- Ik kan bij je komen zitten als je wilt.
-Dank je.

* Nederland blijkt echter in slaap te zijn gevallen en geen nachtmerrie te hebben gehad. Toen hij wakker werd, was Polen verdwenen. Hij ging naar beneden om te ontbijten. In de keuken zag hij Polen pannenkoeken bakken. *

-Onze slaper is hier. Hoe was je nacht daar?
-Vrij goed. Het is me gelukt om in slaap te vallen.
-Heb je niet gedroomd van een nachtmerrie?
-Niet. Wat ben je aan het koken?
- Ik maak pannenkoeken. Welke wil je? Met aardbeien of ahornsiroop?
-Met aardbeien en ahornsiroop.
-Een goede keuze. Ooh... Er kwamen nog meer slaapkoppen.
-Hallo.
-Hoi. Hoe was je nacht?
- We sliepen als kleine kinderen.
-Dus je werd af en toe wakker?
-Je hebt gevoel voor humor.
-Ik maakte een grapje. De geur van deze heerlijke pannenkoeken maakte je wakker.
-Ja, hoe laat is het eigenlijk?
- Ik denk dat het zeven uur is.
- Dat betekent dat je om zes uur moest opstaan?
- Ik had geen zin om te slapen.

* Ze aten ontbijt en Polen vroeg hen eerst Indonesië te bezoeken. Dus gingen ze weg. *

-Waarom eerst naar Indonesië?
-En ik heb hem al lang niet meer gezien. Daarnaast miste Nederland hem ook heel erg.
- Komen we binnen op weg naar Maleisië?
-Zullen we. Een kleine kauw zal ons geen kwaad doen.

* Ze zijn naar het huis van Maleisië gekomen. *

-Hallo Maleisië.
- Ik herken deze stem, Polen?
-Ja ik ben het.
-Hoe lang ben je geweest. We hebben je gemist.
- Ik volg jou ook. Hoe gaat het?
-En jij kent de oude manier, en jij?
-Dezelfde.
-Kom alsjeblieft binnen. Ik heb je lang niet gezien, Holland. Waarom ben je niet gekomen?
- Ik weet het niet, ik heb besloten het nu goed te maken.
-Indonesië zal heel blij zijn.
- * Zal hij blij zijn omdat ik ben gekomen? Ik dacht dat hij mij de schuld gaf van gebeurtenissen uit het verleden. Misschien zat ik fout? *

* Ze dronken koffie en gingen met Maleisië naar Indonesië. *