Hoofdstuk 3
Phoebe
Toen mijn oudere zus vijf jaar geleden stierf, dacht ik nog lang dat ze ooit wel terug zou komen. Levend of dood. Dat is waarom ik me begon te verdiepen in onmogelijke paranormale verhalen. Het was mijn enige troost destijds. En nu ook nog, denk ik. Nou ja, natuurlijk heb ik Carter ontmoet. Hij heeft me altijd gesteund en deed steeds mee met alle gekkigheid die ik hem voorschotelde. Zo ook die avond. In de kelder heb ik het rijk voor mij alleen. De rest van mijn familie durft er niet eens te komen. Best logisch, ik denk dat Carter het ook een beetje eng vindt. Er hangen posters met spreuken in vreemde talen en overal staan kaarsen in elke vorm of kleur die je je maar kunt bedenken. Gele, blauwe, witte en mijn favoriet: zwarte. De kassierster van de plaatselijke supermarkt dacht waarschijnlijk ofwel dat ik een offer ging brengen ofwel dat ik een massanachtwake ging houden. Ik had een donkerpaars kleed in het midden neergelegd met een paar kussens er rond. Die avond installeerden we ons rond het boek in de kelder. Ik zou je wel een angstaanjagende titel willen mededelen, maar die was helaas onleesbaar. Het enige woord dat ik kon ontcijferen was 'tijd'. Om het ritueel een beetje in te leiden, had ik een fles rode wijn meegesmokkeld vanuit de kast onder de grote spiegel in de woonkamer. Misschien hangt die net daar om je te confronteren met het beeld van jou en de fles alcohol. Ik keek alleen maar of mijn haar wel goed zat.
'Phoebe, wat heb je nu weer meegenomen?'
'Gewoon een noodzakelijkheid.'
'Geesten vinden het vast niet nodig dat twee zestienjarigen zich in hun aanwezigheid gaan bezatten.'
'Natuurlijk wel, het geeft ons meer moed om tot hen toe te treden.'
Carter rolde met zijn ogen en stak zijn hand uit naar de fles. Nadat hij een flinke slok had genomen, deed ik dat ook. Ik opende het boek en las de eerste zin: 'Hij die zijn geest verruimen wil, treedt binnen in het vertrek der tijdswisseling, denken of zijn maakt geen verschil.'
Carter merkte op: 'Typisch, oude rijmtaal.'
Ik ging verder: 'De deuren naar het vorige staan enkel open in twee, maar door één maak je al een wonder mee. Drie geeft je de uitgang, zonder dat blijf je er eeuwig lang. Tijd en ruimte tellen hier niet, maar breng jezelf niet in 't verschiet. Wees gewaarschuwd en doe wat moet, verander alleen wat goed doet.'
'Cryptisch ook nog. Waar staat de bezwering nou, Phoebe?'
Mijn ogen glijden over de pagina en als ik niks gevonden heb, sla ik het blad om. In het midden staan er twee zinnen in een groot, mysterieus lettertype, wat de bezwering wel moet zijn. Misschien moesten we eerst de rest van het boek lezen, maar ik ga liever meteen tot de actie over.
'Aha, hier staat het. Ik weet niet zeker of het op mensen bedoeld is, maar dat lijkt me het meest logische. Carter, bereid je voor op wat komen zal.'
Hij kijkt me geschrokken aan. 'Wil je je beste vriend zo in gevaar brengen?' Hij lachte en ik lachte ook. Hoeveel keren hebben we dit al niet gedaan?
'Oké, klaar? Hier komt-ie: Desit temporem, per caligationem et luminem.' Ik sprak deze woorden uit terwijl ik met een kaars rond Carter draaide. 'Avocio!'
Verwachtingsvol keek ik hem aan. Zijn ogen waren gesloten.
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top