9. Als onze ogen elkaar ontmoeten...


Chapter 9. Als onze ogen elkaar ontmoeten...

4 Mei 2024- Jessy

Ik lig in mijn bed. Het is alweer zaterdag avond. Ik kan gewoon niet geloven dat Jarreau mij eerst iets niet wilt vertellen over hem en zijn vader maar mij daarna toch een kus geeft. Het kan haast niet anders dat hij iets verbergt. Zijn vader en die twee andere doen ook mee. Misschien zijn ze wel de slechte... Misschien zijn ze allemaal wel één bende bij elkaar.

Ik zucht en draai mij om in mijn bed. 'Waarom kan je mij niet gewoon vertellen wat er nou echt aan de hand was toen?' Fluister ik zacht. Ik sluit mijn ogen. Er komt een tijd en dan zal ik erachter komen wat Jarreau voor mij achter houd. Of hij moet het zelf vertellen... Het is net half elf wanneer ik een bericht krijg van Jarreau. 'Zullen we een keertje afspreken als jij ook tijd heb?' Ik krijg een verbaasde blik.

Jarreau wilt met mij afspreken? Ik kijk naar mijn telefoon. Hij is nog steeds online op Whatsapp. Ik kan hem nu niet negeren. Hij heeft gezien dat ik het gelezen heb. Waarschijnlijk wacht hij nu op een antwoord... Ik start met typen naar hem. 'Ja natuurlijk, wanneer kan je?' Antwoord ik maar terug. Ik was al wat nerveus bij het gevoel dat hij het aan mij vroeg. Die keer dat hij bij mij was had ik in zijn telefoon gekeken naar zijn nummer en heb mijne erin gezet. Een wachtwoord had ik niet echt namelijk.

7 Mei 2024- Jarreau

Dinsdag avond. Op school heb ik best wel weinig gedaan. Ik heb haast geen huiswerk maar ik heb Jessy vanmiddag wel geholpen met haar huiswerk. Ik hoor de deur open gaan. 'Jarreau?' Vraagt Callum voorzichtig en steekt zijn hoofd om de hoek. Ik kijk op naam hem. 'Wat is er, Callum?' Vraag ik zacht. 'Wil je mee voor een autoritje met Reve en Kian?' Callum zijn stem klinkt wat angstig. Ik knik.

'Natuurlijk wil ik mee. Je dacht toch niet weg te gaan zonder mij?' Vraag ik aan hem. Ik sta op en ren naar hem toe. Ik spring in zijn armen voor een knuffel. Callum begint te lachen. 'Ik was even bang dat je boos op mij zou zijn vanwege vorige week.' Zegt Callum. Ik begin te lachen.

'Je weet toch dat je altijd met mij kan praten als er iets dwars zit?' Vraag ik aan Callum. Hij knikt. 'Laten we maar gaan.' Zegt hij en hij laat mij los. Ik loop achter hem aan naar zijn auto. Het is best wel tof om met Callum in de auto te zitten en een stukje te reiden.

Callum is echt de beste persoon in de wereld voor mij. Ik sluit de deur achter mij dicht en ik stap in de auto. 'Waar wil je deze keer heengaan?' Vraag ik aan hem. Hij haalt zijn schouders op. 'Kian en Reve zijn toevallig ook buiten. Vind je het erg als ze met ons meegaan?' Vraagt Callum. Ik schud mijn hoofd. 'Kian voelt als mijn oudere broer en Reve als mijn zus.

Het is net alsof ik het broertje ben van ze alle drie.' Zeg ik. Callum lacht. 'Laten we maar hopen dat het niet waar is.' Zegt Callum lachend. Wanneer Kian en Reve aankomen stappen ze achter mij en Callum in de auto. Callum begint te reiden. Wanneer we bij een rotonde aankomen leun ik aan de zijkant van mijn kant. Ik voel de wind door mijn haren vliegen.

'Pap, waar gaan we eigenlijk heen?' Vraag ik aan Callum. Ik kijk in de spiegels. Ik zie Kian en Reve naar elkaar kijken maar ze zwijgen. Callum negeert mij ook compleet. Hij staart heel gefocust naar de weg. 'Callum?' Vraag ik. Ik kijk op de weg waar eigenlijk altijd ontzettend veel auto's reiden maar op dit moment zijn er heel weinig. Er zijn er maar iets van vijf op het moment over de hele weg.

Een aantal rotondes, wegen en zelfs over straat. 'Callum, hier is iets mis... Ik weet het zeker.' Zeg ik ook heel erg gefocust. Ik kijk hem aan. Hij knikt. 'Daar komen we maar op één manier achter.' Zegt Callum een beetje eng. Ik kijk over mijn schouder naar Kian en Reve. 'Jullie wisten hiervan of niet?' Vraag ik aan ze. Ze knikken en halen hun gordels los.

'Jarreau, spring!' Roept Reve wanneer we de bocht om de rotonde nemen. Ik spring de auto uit nadat ik mijn gordel ook los gemaakt heb. Ik hoor een enorme explosie. Callum! Heeft hij wel gesprongen zoals Kian, Reve en ik deden? Ik land op de grond en maak een koprol naar de zijkant. 'Callum!' Roep ik en ik draai mij om.

Overal kijk ik om hem te vinden maar door een enorme gaswolk zie ik hem niet. Reve en Kian rennen naar mij toe. 'Kijk uit, Jarreau. Doe je masker op.' Zegt Reve gehaast. Ik luister naar wat ze zegt en zet mijn masker op. 'We pakken ze allemaal.' Zegt Reve en gaat in een vechthouding staan. Ik draai mij om. Al snel zie ik dat er een auto tegen die van ons aangebotst is.

Vier personen staan voor ons. 'Drie tegen vier?' Vraag ik aan Kian. Hij knikt. 'Dit kunnen we wel aan, Jarrstar.' Zegt Kian met veel zelfvertrouwen. Ik zie dat één van hen mijn kant op komt. 'Waar is Callum?' Vraag ik. Reve springt voor mij. Ze springt naar één van onze onbekende vijanden en raakt in gevecht.

Één van de andere rent mijn kant op. Ze dragen maskers... Net als wij. Het is wel erg toevallig. Misschien is dit ook de groep die Jessy ontvoerde. Ik zie dat er ook een één tegen één gevecht tussen mij en een gemaskerde komt. Hij slaat met zijn vuist richting mijn gezicht maar toch ontwijk ik het door snel omlaag te schieten. Ik ren vlak langs hemen pak zijn arm vast. Ik klim op zijn rug en hou zijn arm stevig vast.

'Als jij je arm niet wilt breken moet je uitkijken met wat je doet.' Zeg ik woedend tegen hem. Op dat moment zie ik iets verschijnen. Ik voel mij aangestaard door iets. Ik laat de gemaskerde persoon los en zet een paar stappen naar achter. Twee donker bruine ogen staren mij aan. Verbaasd... Precies de blik die ik ook heb. Ze weet wie ik ben... 'Jessy?'

-------------------------------------

Hey iedereen,

En dan verschijnt Jessy ineens. Midden in een gevecht van Jarreau. Maar nu is de vraag ook nog waar Callum is...

Ik heb besloten om na elke 10 hoofdstukken voor 2 weken een pauze te nemen zodat ik weer wat voor kan werken en meer dingen bedenken want... Ik heb na hoofdstuk 12 niks meer dus daar neem ik wat tijd voor zodat er toch 2x per week een hoofdstuk komt. 

Tot donderdag

-

Alleen vandaag upload ik dit hoofdstuk op zondag en niet op maandag omdat ik vandaag 15 jaar geworden ben! 

-YinYangLaraa

Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top