Hoofdstuk 40 ~ 31 oktober 1981
~POV Elize~
31 oktober is aangebroken en ik voel me totaal niet goed vandaag. Sinds de gebeurtenis op mijn bruiloft is er natuurlijk een kans dat Albus een deel van ons plan weet en dat is kut. Alleen is er nu nog een probleem bijgekomen. Niek en Stefan zijn samen met Remus op missie aan de andere kant van het land en ik heb daarstraks Niek zijn Patronus ontvangen en die zei letterlijk het volgende:' Hii, Elies. Stefan en ik zijn bang dat je het vanavond alleen moet doen. Zoals je weet, zitten Steef, Rem en ik achter een stel Death Eaters aan en we zijn er eergisteren achtergekomen, dat ze hetzelfde dorp weer in de hens willen zetten. Vanavond gaan ze het doen en we zijn nu het dorp weer aan het waarschuwen. Het spijt ons verschrikkelijk, maar we weten alle twee dat je het kunt en je de klus gaat klaren. Als het ons vanavond ook gelukt is en alle inwoners nogmaals gered zijn van een ramp, komen we weer naar huis. We houden van je en we hebben alle vertrouwen in je.' Nou, je kan dus wel begrijpen, dat ik me niet echt oké voel. Gisteren ben ik nog even langs James, Lily en Harry geweest, want ze mogen sinds vorige week het huis niet meer uit. Het was hartstikke gezellig en je kon merken, dat ze niet weten wat er vanavond gaat gebeuren. Ik staar wat voor me uit en zit diep in mijn gedachten. Er bestaat natuurlijk een kans, dat het vanavond allemaal misgaat. Zeker nu ik het alleen moet doen, maar ik ga er alles aan doen om het plan te laten slagen.
Een hele tijd later verschijnsel ik in de woonkamer van mijn huis. We hebben daarstraks een training gehad met de Holyhead Harpies en daarna hebben we met zijn zevenen gegeten bij Lauren thuis. Het was er gezellig en even hoefde ik niet te denken aan de gebeurtenis van vanavond. Maar nu ik weer zo alleen ben en het nog maar een kwartier is, voordat ik moet gaan, voel ik me weer gespannen. Ik loop naar boven en in de slaapkamer van Remus en mij aangekomen, pak ik een normaal setje kleding uit mijn kast. Wanneer ik dat aanheb, pak ik mijn toverstok en loop ik weer de trap af. De klok geeft aan, dat ik nog maar vijf minuten heb, voordat ik moet gaan en die tijd gebruik ik om naar de klok te staren. Ik moet mezelf rustig houden, omdat ik zo gestrest ben. Na drie minuten ben ik het zat en sta ik op om mijn Tijdswitcher te pakken en te vertrekken, maar natuurlijk loopt het weer eens niet, zoals het zou moeten lopen. Niemand minder dan Albus Dumbledore verschijnt voor mijn neus en ik slaak een verbaasde kreet uit. Meteen spookt het door mijn hoofd, dat hij weet wat ik van plan ben en zo snel als ik kan, probeer ik de Tijdswitcher van de tafel te pakken. Voor ik überhaupt de kans krijg om het aan te raken, vliegt hij weg, recht in de handen van Dumbledore. 'Ik kan niet toestaan dat jij de tijd gaat veranderen, Elize,' zegt hij rustig. 'Wie zegt dat ik de tijd ga veranderen,' kaast ik terug. Ik probeer de Tijdswitcher af te pakken, maar ik heb geen schijn van kans tegen hem. 'Elize, ik weet dat Stefan en jij per ongelijk op de bruiloft Profundissimum Secretum hebben gedronken en ik heb gehoord wat jullie hebben gezegd en ik kom je tegenhouden,' gaat hij ongestoord verder. Op mijn horloge zie ik de tijd maar doortikken en als ik niet snel die Tijdswitcher weet te bemachtigen, zijn James en Lily al dood voor ik er überhaupt ben. 'Wie zegt dat Niek en Stefan er niet allang zijn,' probeer ik om Dumbledore weg te krijgen. 'De laatste tijd heb ik jullie goed in de gaten gehouden en je hebt daarstraks Nieks Patronus ontvangen, waarin ze vertelden er vanavond niet bij te kunnen zijn,' vertelt Albus rustig. De paniek neemt heel erg toe, maar ik probeer niets te laten merken. Diep van binnen vraag ik me af, hoe hii dat weet, maar dat is nu zeker niet mijn grootste zorg. De tijd dringt erger dan ooit en ik weet dat het nu of nooit is. 'Weetje, Niek, Stefan en ik willen de tijd niet aanpassen. Wat je gehoord hebt, klopt inderdaad. We hebben een plan gemaakt, maar dat gaat over iets heel anders,' begin ik te vertellen. Dumbledore luistert geïnteresseerd naar mijn verhaal en dat is precies wat er moet gebeuren. Ik blijf doorpraten over ons plan en doordat hij geïnteresseerd luistert, let hij niet op de Tijdswitcher. 'En daarom vertrek ik nu, want ik heb wel iets beters te doen,' zeg ik, wanneer ik mijn Tijdswitcher uit zijn handen gris en verdwijnsel.
Snel verschijn ik in Godric's Hollow voor het huis van James en Lily. Ik begin te schreeuwen, als ik een groene lichtstraal vanuit de hal zie komen en met tranen die over mijn wangen lopen, ren ik richting het huis. Als een speer ren ik via de voordeur het huis in en bovenaan de trap zie ik het lichaam van mijn van beste vriend/ broer liggen. De tranen stromen als watervallen over mijn wangen en nog voor ik een voet op de eerste verdieping heb gezet, begin ik naar Lily te schreeuwen. 'Lils, pas op! Vlucht alsjeblieft!' roep ik. Natuurlijk trek ik de aandacht van Voldemort en dat is ook precies mijn plan. Ik heb nog liever dat hij mij vermoord en Lily daardoor kan vluchten met Harry, dan dat hij Lily vermoord en ik nog leef. Hij draait zich om en kijkt me met zijn vuurrode ogen aan. Nog voor ik mijn toverstok kan trekken, vuurt hij een vloek op mij af. 'Het spijt me, Lils, ik houd van je!' is het laatste dat uit mijn mond ontsnapt, voordat ik de vloer raak en alles zwart wordt.
Ik open mijn ogen een tijdje later en even kijk ik verbaast om me heen, totdat alles terugkomt. Tranen stromen weer over mijn wangen en de enige hoop die ik nog heb, is dat Lily heeft kunnen vluchten met Harry. Die hoop gaat meteen al weer weg, wanneer ik Harry's gehuil hoor. Met veel moeite hijs ik mezelf omhoog en ga ik naast het lijkbleke lichaam van James zitten. Ik sla mijn armen stevig om hem heen en trek hem dicht tegen me aan. 'Het spijt me zo, Prongs,' huil ik. Een paar minuten blijf ik maar herhalen hoeveel het me spijt en met een stekende pijn in mijn borstkas sluit ik voorzichtig zijn ogen, waarna ik zijn bril weer opzet. Ik druk een kus op zijn voorhoofd en ga nog heel even door zijn zwarte krullen, voordat ik opsta. 'Ik houd van je,' mompel ik huilend. Mijn tranen vallen op zijn levenloze lichaam en ik knijp nog even in zijn hand om me vervolgens om te draaien en Harry's kamer in te lopen. Lily ligt lijkbleek op de grond en meteen trek ik haar dicht tegen me aan. 'Het spijt me zo, Lils. Ik had gehoopt, dat je nog weg kon komen met Harry, maar...' Ik kan mijn zin niet eens goed afmaken, omdat een harde snik mijn lippen verlaat. Ik mompel nog een paar keer het spijt me en sluit dan ook voorzichtig haar ogen. 'Ik houd van je,' huil ik en ik druk ook een kus op Lily's voorhoofd. Ik sta op en pak de huilende Harry uit zijn bedje. Ik probeer hem te kalmeren, maar het helpt ook niet echt, dat ik zelf totaal niet rustig ben. Toch lukt het na een tijdje en dan hoor ik Sirius' stem vanuit de hal klinken. 'James! James, waar ben je?!' roept hij. Je hoort zijn voetstappen de trap oplopen en dan klinkt een schreeuw vol met pijn, schuld, verdriet, woede en noem maar op. 'Prongs, Jamie, James open je ogen, please,' mompelt Sirius. Door Sirius begin ik weer hard te huilen en ik klem kleine Harry tegen me. Harry begint ook weer te huilen en na even komt Sirius de kamer ingelopen. Hij laat zich naast me zakken en trekt Harry en mij dicht tegen zich aan.
Onze tranen zijn na een tijdje gewoonweg op en we kijken elkaar aan. 'Je gelooft toch niet, dat ik James en Lily heb verraden?' vraagt Sirius zacht. 'Je was de geheimhouder niet, Sirius. Peter heeft het gedaan,' mompel ik. Met grote, rode ogen kijkt hij me aan en aan zijn blik te zien, wilt hij uitleg. 'Als ik je de waarheid vertel, ga je Niek, Stefan en mij haten,' fluister ik. 'Dat zullen we nog wel zien, kom op,' mompelt hij. En zo begin ik het hele verhaal te vertellen. Vanaf dat we het van Dumbledore geheim moesten houden en we de consequenties hoorden, tot nu samen met alle details. Sprakeloos kijkt Sirius me aan, als ik klaar ben met vertellen en ik maak me klaar voor een eventuele uitbarsting, maar die komt er niet. Zonder wat te zeggen, knuffelt hij me weer. 'Het is niet jullie schuld,' zegt Sirius uiteindelijk. 'Hoe kan je dat nou zeggen, nu ze dood zijn,' zeg ik onbegrijpelijk. 'Als jullie ons alles meteen verteld hadden, was Albus er sowieso achtergekomen, waren al onze geheugens gewist en zouden jullie nooit meer naar onze wereld kunnen komen, waardoor James, Lily en Harry helemaal geen schijn van kans zouden hebben tegen hem. Jullie hebben je mond gehouden ter bescherming van onze beste vrienden en hun kind, zodat ze nog wel een kans hadden om te overleven. Alleen was er iemand, sowieso Peter, die dat Profundissimum Secretum in de Firewhiskey had gedaan om jullie te verraden, want dat kan hij erg goed, tegenover Dumbledore en dat lukte hem, waardoor Dumbledore een deel van jullie plan wist en het kon dwarsbomen,' zegt Sirius rustig. Diep van binnen weet ik dat het waar is wat Sirius zegt, maar ik krijg het schuldgevoel maar niet weg. 'Wat motten jullie hier?' horen we opeens een stem. Hagrid verschijnt in de deuropening van Harry's slaapkamer. Harry begint weer te huilen en bij mij verschijnen ze ook weer. 'Waarom ben jij hier, Hagrid?' vraagt Sirius. 'Ik mot van Dumbledore de kleine ophalen,' zegt hij. 'Waarom?' vraag ik snikkend. Sirius heeft Harry overgenomen en probeert hem een beetje te kalmeren. 'Opdracht van Dumbledore, want hij mot naar zijn oom en tante,' zegt Hagrid. 'Naar die gekken, dat dacht ik niet!' zegt Sirius fel. 'Wij zijn Harry's peetouders, wij kunnen toch ook voor hem zorgen,' gaat hij verder. 'Het spijt me, jongen, maar het is een opdracht van Dumbledore,' zegt Hagrid spijtig. Bij Sirius ontstaan er ook weer wat tranen en Hagrid troost ons even. Sirius en ik stribbelen erg tegen, maar na een tijdje moeten we het gewoon opgeven. 'We zullen je snel komen opzoeken, Harry. Houdt vol en we halen je daar zo snel mogelijk weg,' fluister ik. Ik druk een kus op zijn kleine wangetje en dan zegt Sirius ook nog iets tegen hem, waarna Hagrid hem overneemt. 'Leen mijn motor maar, want die heb ik toch niet meer nodig,' zegt Sirius. Hij pakt de sleutel uit de zak van zijn leren jack en geeft hem aan Hagrid die meteen daarna verdwijnt.
'Peter moet boeten voor wat hij heeft gedaan,' sist Sirius na een tijdje. Voor ik wat kan zeggen, loopt Sirius de trap af en ik volg snel. 'Wat ga je doen?!' roep ik bang. 'Peter opzoeken en hem laten boeten voor wat hij mijn beste vriend heeft aangedaan!' roept Sirius terug. Ik trek een sprintje en pak zijn pols vast. 'Doe het alsjeblieft niet,' fluister ik. 'Waarom niet?! Hij verdient het toch!' zegt Sirius terug. 'Ik wil je niet kwijt, niet nu we James en Lily ook kwijt zijn,' snik ik. 'Je raakt me niet kwijt,' sust hij me. 'Alsjeblieft, doe het gewoon niet,' huil ik. Niek, Stefan en Remus verschijnen voor ons neus. 'Waar zijn James en Lily,' zegt Niek. 'Het is allemaal mislukt. Ze zijn dood!' roep ik. 'Waar is Sirius?' vraagt Stefan met tranen in zijn ogen. Ik kijk verward om me heen en zie inderdaad dat Sirius weg is. Ik laat me op de stoep zakken en sla mijn handen voor mijn gezicht. 'Wat is hier in vredesnaam aan de hand?!' roept Remus uit ook met tranen in zijn ogen. En voor de tweede keer deze avond leg ik het verhaal uit, maar dit keer met de hulp van Niek en Stefan.
Aan het einde van het verhaal is het stil, behalve de snikken die je hoort van Niek en Stefan. Remus is half in shock en ik staar wat voor me uit. 'Waar wachten we nog op!' roept Remus opeens. Niek, Stefan en ik schrikken ons kapot en Remus veegt zijn tranen weg. 'James en Lily zouden willen, dat we Sirius' onschuld bewijzen, dus we moeten hem vinden,' zegt hij. 'Lieverd, hij is ergens in een Muggle straat opzoek naar Peter en van straten zijn er nogal heel veel,' mompel ik. 'Dat weet ik, maar we gaan Sirius toch niet zomaar naar Azkaban laten sturen, terwijl hij onschuldig is. Hij is onze beste vriend,' smeekt hij. 'Remus heeft gelijk. We moeten in ieder geval iets proberen,' zegt Stefan. 'Jullie hebben gelijk,' mompel ik en dan sta ik op van de stoep. Snel maken we een plan en splitsen we ons op om opzoek te gaan naar Sirius voor het te laat is.
Het was al te laat, toen we hem vonden. We hadden Noor en Skye erbij gehaald, maar het was nog steeds kansloos. Hij werd afgevoerd door twintig leden van het Magical Arrest Team. We hebben ze proberen uit te leggen, dat Sirius onschuldig is, maar ze wilden er niets van weten. Ze gaven ons vijf minuten om afscheid te nemen en dat hebben we ook gedaan. En zo mislukte het voor de tweede keer. Toen ze hem echt gingen wegvoeren, hebben we ze huilend nagekeken en zijn toen terug naar huis gegaan met Sirius' toverstok, zijn Tijdswitcher en de Tijdswitcher van Peter die Sirius had gevonden op de straat. Het enige dat we misten, was Sirius en dat deed onwijs pijn. Daarna hebben we Skye en Noor het verhaal uitgelegd en ze begrepen waarom we het gedaan hadden en namen ons niks kwalijk. We weten alleen niet hoe we nu verder moeten. Twee van onze beste vrienden zijn dood, ééntje zit in Azkaban en ééntje heeft ons allemaal verraden. Van Dumbledore mogen we Harry niet meer zien, omdat hij bang is, dat we hem bij zijn oom en tante weghalen en Niek, Stefan en ik hebben moeten zweren, dat we Skye, Remus en Noor niets vertellen over de toekomst. Alice en Frank zijn hun gezond verstand ook kwijtgeraakt, want ook dat ging mis door alle omstandigheden op de avond van 31 oktober. Het is mislukt. Alles is mislukt, waarvoor we zes jaar lang ons mond hebben gehouden en het doet ongelofelijk veel pijn.
Hier is het dan officieel; het allerlaatste hoofdstuk van Our Story ~ The Marauders. Alles is mislukt, maar dat heb ik juist expres gedaan, maar dat merken jullie wel als jullie deel 2 gaan lezen. Dinsdag komt de epiloog en het dankwoord erop en de proloog van deel 2. Volgende week zondag zal hoofdstuk 1 van deel 2 verschijnen. Ik heb eindelijk vakantie en kan nu ook eindelijk verder schrijven aan deel twee. Ik heb nu al een proloog en 25 hoofdstukken, maar dat worden er natuurlijk nog veel meer. Alvast heel erg bedankt voor het lezen van dit boek en dan zal ik zeggen, tot dinsdag!
Xx deslimmenerd❤️❤️
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top