Hoofdstuk 20 ~ De martelspreuk van Annabella Flint
~POV Elize~
De problemen hebben zich de afgelopen weken alleen maar opgestapeld en ik word er gek van. Annabella Flint is het eerste probleem, daarna Mats Adams en als laatste het management in mijn eigen wereld. Annabella en ik haten elkaar nog meer als ooit te voren en dat is duidelijk te merken. We proberen elkaar te vervloeken wanneer het kan, ze scheldt me voor de meest afgrijselijke dingen uit, ik beledig haar uit het diepste van mijn hart en ik ben niet voorzichtig, ze laat me voor dingen opdraaien die ik nooit gedaan heb en komt er gewoon nog mee weg en bovenal probeert ze mijn vrienden te gebruiken om me te treiteren. Dat laatste zou ik nooit doen, maar bij haar kan het ook niet, want iedereen vreest haar. Ze vervloekt eerste jaars en gebruikt ze als slaaf en wij als The Marauders, Alice, Lily, Skye en vaak ook Frank proberen dat te voorkomen. Het zal me ook niet verbazen als ze ooit een onvergefelijke vloek heeft gebruikt op de eerste jaars. Professor McGonagall en professor Slughorn zijn het volgens mij al helemaal zat en we zitten pas in oktober.
Het tweede probleem is Adams. Hij is echt de grootste arrogantste klootzak die ik ooit ontmoet heb. Tijdens trainingen denkt hij dat hij de baas is en hij wilt dat we zijn spel gaan spelen, maar Skye en ik doen dus niet wat hij wilt en proberen hem zoveel mogelijk te vermijden tijdens een oefening. Hij is egoïstisch en als Skye en ik samen ons spel spelen, wordt hij woest op ons, maar het enige dat hij doet is soloacties maken, die vaak ook nog mislukken, omdat hij het allemaal alleen wilt doen. Cas, Sirius, Stefan, Skye en ik hebben al met James proberen te praten, maar het enige dat hij zegt, is dat we hem een kans moeten geven. Ik weet niet of James het begrijpt, maar als we met Mats tegen Slytherin gaan spelen, verliezen we zo dik, dat we ons nooit meer kunnen vertonen. En dat zou niet goed zijn, omdat die slangen dan alleen maar gaan denken dat ze nog beter zijn dan wij.
Het management is het derde en laatste probleem. Ons management is niet zo leuk als mensen denken en ze bepalen nogal veel voor ons. Nou ja, dat proberen ze, maar wij vinden dat helemaal niks. Aan Louis hebben ze altijd de meeste hekel gehad, maar nu ik er ook bij ben, wordt het verdeeld over ons tweeën. Nu willen ze dat ik met een één of andere zestienjarige artiest ga daten, maar dat ga ik dus mooi even niet doen. Remus en ik wilden onze relatie in mijn wereld nog even geheim houden voor iedereen, maar in de week dat hij kwam logeren, zijn er veel geruchten rondgegaan bij de pers. Het management was woedend dat ik ze niks had verteld en de jongens namen het zoals altijd voor me op. Daardoor willen ze nu dat ik mijn relatie met de liefde van mijn leven op het spel ga zetten om die gast te gaan daten. Ze bekijken het maar.
Ik word uit mijn diepe gedachten gehaald door professor McGonagall. Misschien maar goed ook, want die problemen laten me alleen maar klote voelen. Transfiguration is één van de lessen die we gelukkig niet met Slytherin hebben, dus hoef ik het lelijke en irritante gezicht van mijn aartsrivaal niet aan te zien. Gelukkig. 'Wat?' mompel ik verward. Mijn vrienden grinniken zacht en Lily die naaste me zit, kijkt me even aan. 'Ik vroeg of je het antwoord hebt op vraag 8, mevrouw Payne,' zegt McGonagall. Ik haal het stuk perkament uit mijn boek en bekijk de voor- en achterkant, maar er staat niks op. 'Nou professor, ik heb het wel gemaakt, maar het is niet hier.' Stefan, die samen met Sirius achter me zit, geeft me een stuk perkament en ik herken mijn eigen handschrift. 'Oh, hier is het,' zeg ik droog. De rest van de leerlingen barsten in lachen uit en ik moet eerlijk zeggen dat ik niet helemaal begrijp wat er zo grappig is. Misschien dat de droogheid het doet. 'Sinds wanneer hebben jullie mijn huiswerk?' vraag ik aan Sirius en Stefan. Niek en James, die naast elkaar zitten, kijken ons lachend aan. 'Uhm, sinds we het niet gemaakt hadden, maar Minnie niet wilden teleurstellen,' krijg ik als antwoord. 'Jullie zijn ongelooflijk,' zucht ik. Als het weer stil is, geef ik onze professor Transfiguration het goede antwoord. 'Let je de volgende keer vanaf het begin op, Payne?' 'Ja, professor,' antwoord ik, waarna de les vervolgd wordt.
Ergens net na de lunch hebben we Charms en daar hebben we een praktijk les. In duo's moeten we proberen azijn in wijn te veranderen en bij Lily en mij lukt het dezelfde les nog. Peter, Stefan, Sirius en James zijn alleen maar aan het klieren, terwijl het Niek en Remus ook lukt om het te veranderen. De jongens blijven maar door de klas roepen dat Lily besluit om Silencio over ze uit te spreken, waardoor ze niet meer kunnen praten. Ze krijgt tien punten van Flitwick voor het correct gebruiken van een spreuk en wij beginnen te lachen. Daarna hebben we nog Care of Magical Creatures en History of Magic. Het laatstgenoemde is onwijs saai en professor Binns, die tevens een geest is, is aan één stuk over een oorlog aan het praten, wat niemand echt interesseert. Stefan en ik zitten naast elkaar en spelen een potje boter, kaas en eieren. 'Doen jullie mee met een potje Pesten?' vraagt James die met Peter achter ons zitten. 'Natuurlijk,' zeggen we tegelijkertijd. Sirius en Niek komen ook bij ons zitten en James begint de kaarten op te delen. We spelen verschillende potjes, totdat de les voorbij is en het grappige van alles was dat Binns niks doorhad of er gewoon niks van zei. Hoogstwaarschijnlijk het eerste, want die man heeft nooit door als je iets doet.
Na een tijdje loop ik alleen door de gangen, omdat ik nog een geleend boek moet terugbrengen bij de Library. De rest is in de Common room gebleven en zijn bezig met huiswerk of andere dingen. Als ik langs een normaal leeg lokaal loop, blijf ik verbaast staan. De deur is dicht, maar vanaf de binnenkant probeert iemand eruit te komen, wat je kunt zien aan de deurklink die op en neer gaat. Daar is iets aan de hand, maar je hoort helemaal niets, want waarschijnlijk is er een spreuk over uitgesproken dat je helemaal niks hoort. Het terugbrengen van mijn boek laat ik voor wat het is en ik probeer de deur open te krijgen. Alohomora werkt niet, maar dat had ik al verwacht. De enige optie die ik nog zie, is het slot laten ontploffen en dat doe ik dan. 'Bombarda!' Het slot ontploft en ik ruk de deur open. 'Expelliarmus,' komt er meteen uit mijn mond en de toverstok van Annabella belandt in mijn handen. Woedend kijkt ze me aan en ik staar nog woedender terug. 'Ben jij helemaal gek geworden?!' roep ik uit. De eerstejaars Hufflepuff kijkt me bang aan en ik schenk hem een kleine glimlach. 'Dit is al de zesde keer dat je een eerstejaars martelt en ik ben er helemaal klaar mee.' 'Waar bemoei je je überhaupt mee?' snauwt ze. 'Jij martelt mensen, omdat je je er goed door gaat voelen. Je bent gek in je hoofd, trut!' schreeuw ik woedend. Ze wilt opstaan, maar er schieten al touwen uit mijn toverstok en daardoor zit ze vast. 'Wat is je naam?' vraag ik rustig aan de jonge Hufflepuff. 'Daan,' fluistert hij. 'Luister, Daan, ik ga je wond helen, maar ik wil dat je daarna toch nog even naar de ziekenzaal gaat om je te laten checken door madame Pomfrey, oké?' zeg ik. Hij knikt en dan heel ik de diepe snee in zijn arm. 'Bedankt, Elize,' zegt Daan, waarna hij het lokaal uitloopt. Snel repareer ik met Reparo het slot en dan sluit ik de deur en verzegel ik die. De toverstok van Annabella vliegt uit mijn handen en verschrikt draai ik me om.
Annabella staat zonder touwen tegenover me en ik begrijp niet hoe ze losgekomen is. Zonder pardon beland ik op de grond en voel ik een helse pijn door mijn lichaam razen. Ik moet eerlijk toegeven dat Annabella de beste van heel de school is in non-verbale spreuken en dat heeft ze nu weer laten zien. 'Dit krijg je ervan als je mij probeert tegen te houden, Mudblood,' snauwt ze. Ik probeer wat te zeggen, maar dan voel ik ook een stekende pijn in mijn arm, waar een snee ontstaat. Ik vertik het alleen om te gillen. 'Deze spreuk heb ik zelf ontwikkelt en ik was hem net aan het uittesten op die snotaap van een Hufflepuff. Het voelt als Crucio, maar die is het niet. Terwijl de pijn door je lichaam raast, ontstaat er een snee in je arm die steeds dieper wordt. Een perfecte martelspreuk,' gaat ze verder. De pijn wordt steeds heftiger en het verbaast me niks als deze spreuk vele malen erger is dan Crucio. 'Je werkt zeker samen met Voldemort, dat je dit kan verzinnen?' vraag ik met heel veel moeite en het leidt me heel even af van de pijn. Misschien dat ik het beter niet had kunnen vragen, want de pijn wordt nog erger en de snee wordt dieper en ik bijt zo hard in mijn lip, dat het begint te bloeden. 'Het gaat jou niks aan wat ik doe, dom wicht,' antwoordt ze nors. Ik probeer haar woedend aan te kijken, maar mijn gezicht vertrekt weer van de pijn als ik het probeer. Zonder het te laten merken, tast ik naar mijn toverstok en als ik hem te pakken heb, probeer ik Protego uit te spreken, maar het mislukt.
'Ze zeggen dat je een heel sterk karakter hebt, maar het tegendeel blijkt maar weer eens, want je kan niet eens een schildspreuk uitspreken.' Ik laat me niet vertellen wat voor karakter ik heb, want dat weet ik zelf maar al te goed. Met alle kracht die ik heb, verzet ik me tegen de helse pijn die door mijn lichaam en mijn arm raast en ik spreek Protego uit en meteen houdt hij de vloek van Annabella met gemak tegen. Ik weet niet sinds wanneer een normale Protego zo'n sterke vloek kan tegenhouden, maar dat interesseert me nu ook niet. Mijn knieën trillen als ik opsta, maar het maakt me niet uit. De pijn voel ik nog steeds en woedend kijk ik mijn aartsrivaal aan. 'Waag het niet om mij zwak te noemen, Death Eater,' kaats ik woedend terug. Ze geeft me een blik die ze alleen mij kan geven en spreekt dan weer dezelfde spreuk uit, maar dit keer ben ik haar voor. 'Iniuriam Maledicat!' roep ik. De vloek kaats terug en Annabella valt zelf op de grond van de pijn. Na een paar seconden stopt de vloek weer en staat ze op. 'Je bent nog lang niet van mij af, wijffie, dus pas maar heel goed op,' zegt ze heel serieus en boos tegelijkertijd. 'Doe wat je niet laten kunt, Flint, maar weet dat ik overal op voorbereid ben,' zeg ik en dan loopt ze het lokaal uit, na de verzegeling te hebben verbroken. Rustig laat ik me op de grond zakken en leg ik mijn hoofd op mijn benen.
Een tijdje later heb ik mijn boek ingeleverd en in de slaapzaal van de jongens heb ik alles uitgelegd aan mijn vrienden. Ze willen dat ik het ga melden bij de professors, maar ik weet dat het toch niet werkt. De enige die me altijd geloven zijn McGonagall en de nieuwe van DADA, Josefien Hall. 'Kom, ik heel je wond even,' zegt Lily na een tijdje. Ik schud mijn hoofd en ze kijken me allemaal verbaast aan. 'Het hoeft niet, want ik laat hem zitten. Als een soort protest tegen dat teringwijf en om te laten zien dat ik niet bang ben voor haar en haar stomme martelvloek,' zeg ik. 'Kom op, Elies,' dringt ze verder aan. 'Nee, Lily!' zeg ik, maar meteen weet ik hoe oneerbiedig dat klonk, want ze probeert me alleen maar te helpen. 'Sorry, Lils. Ik heb overal pijn en ben hartstikke chagrijnig door alle problemen die zich maar blijven opstapelen, maar dat mag ik niet op jou uiten,' zeg ik schuldig.' 'Het is goed,' antwoordt ze en dan geeft ze me een knuffel. 'Het komt allemaal wel goed,' zegt Niek. Daar gaan we maar op hopen.
Hiii, hier is hoofdstuk 20 en we zitten nu definitief op de helft van dit boek. Hopelijk vinden jullie het nog steeds leuk, zo ja laat dan een reactie achter in de reacties en druk op het sterretje. Donderdag komt hoofdstuk 21 online, dus tot dan!
Xx deslimmenerd❤️❤️
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top