Hoofdstuk 28
In stilzwijgen lopen Lysanne en Esmée zij aan zij door de tunnel. Geen van hen rent. Geen van hen begint. Het had Lysanne niet verbaasd als Esmée vooruit was gestormd, en ze weet niet eens of ze haar voorbeeld zou volgen als Esmée dat inderdaad zou doen. Ze weet het nog steeds niet.
'Het spijt me.' Esmées stem klinkt schor en krakerig, haar ogen zijn roodbehuild. 'Dat ik van iedereen nu tegen jou moet. Luan zou ik het ergst hebben gevonden, maar daarna kom jij. Je weet toch dat ik je graag mag?'
'Ik mag jou ook, Esmée,' zegt Lysanne, met warmte in haar stem.
'Jij bent degene die me gered heeft,' zegt Esmée. 'En we horen bij hetzelfde volk.'
Lysanne bedenkt zich dat het niet alleen interessant is voor de wetenschappers om te kijken of zij haar onschuld bewaart. Ze zijn ook nieuwsgierig hoeveel moeite Esmée er mee heeft om iemand anders dan een slaaf te doden. Haar redder. Maar Lysanne weet even goed als de wetenschappers dat Esmée uiteindelijk toch voor zichzelf kiest. Daarvoor wil ze te graag leven.
'Kunnen we niet een manier vinden om het allebei te redden?' Zelfs nu hoopt Esmée nog op een wonder. Maar niet meer van haar eigen volk. Dat is nu voorgoed voorbij.
En als Lysanne haar aankijkt, weet ze dat ze het niet kan. Ze kan Esmée niet doden of wegrennen om haar te laten sterven. Dan zullen de wetenschappers winnen, naar elkaar lachen en zeggen 'zie je wel, mensen kiezen uiteindelijk altijd voor zichzelf'. Ze zal alles waar ze in gelooft verraden. Ze is in deze dit experiment terechtgekomen omdat ze anderen probeerde te helpen. En dus zal ze niet een jong meisje doden om te blijven leven. Daar is ze van overtuigd.
Maar dan denkt ze aan Alex. Aan zijn gezicht, die blik die haar smeekte om terug te komen. Nog nooit in dit spel heeft ze zo graag willen leven als nu. Ze wil Alex terugzien, langer bij hem zijn, hopend op een wonder dat hij het ook mag overleven.
'Misschien is er een manier om het allebei te redden,' zegt Lysanne. 'De winnaar blijft leven, maar als we nu allebei winnen? Als we nu precies tegelijk de streep overgaan?' Ze weet dat ze waarschijnlijk raaskalt. Dat ze vermoedelijk eerder allebei zullen worden gedood dan blijven leven. Maar Esmée denkt serieus over het voorstel na.
'We kunnen het proberen,' zegt ze. Lysanne kijkt haar aan en knikt. Maar ze weet dat Esmée als het erop aankomt het lef niet heeft om te doen. Dat ze op het einde sneller zal zijn. Of misschien zal Esmée haar nog verrassen. Een andere keuze heeft Lysanne in elk geval niet. Ze heeft nog steeds niet besloten.
Ze blijven naast elkaar voortlopen. Een kwartier, had Riona gezegd. Als ze lopen of rennen?
Het duurt voor haar gevoel een eeuwigheid. Ondertussen blijft ze proberen te bedenken wat ze moet doen wanneer Esmée haar dwingt te kiezen. Ze probeert argumenten te vinden waarom zij degene zou moeten zijn die blijft leven. Maar de conclusie is dat ze het niet kan. Ze kan Esmée niet doden. Want dan zou ze nooit met zichzelf kunnen leven. Ze sterft liever onder haar eigen voorwaarden. Met een doel. Namelijk bewijzen dat het mogelijk is tot het einde jezelf te blijven. Te kiezen.
En Esmée heeft Luan die gek zou worden van verdriet als ze stierf. Lysanne heeft geen familie in deze show. Alleen een jongen die nog van het meisje houdt dat hij pas is verloren, en zijn zusje en Scarlet die haar aardig vinden. Zij komen er wel overheen.
Hun voetstappen galmen door de grot. Lysanne heeft haar keuze gemaakt, heeft besloten. Ze gaat verliezen. En terwijl ze in stilte doorlopen, blijft ze het zichzelf voorhouden. In haar hoofd herhalen. 'Esmée blijft leven, ik niet. Esmée blijft leven, ik niet.' Om er zeker van te zijn dat ze het niet zal vergeten, ook niet als ze straks misschien wordt overmand en beheerst door angst. 'Esmée blijft leven, ik niet.' Ze blijft het in haar hoofd zingen als een lied, op het ritme van hun voetstappen.
Ze probeert haar dood te accepteren.
De gang heeft inmiddels een bocht gemaakt. Aan het einde is licht, nog ver weg, maar al wel zichtbaar. Esmée kijkt haar doodsbleek aan, Lysanne knikt bemoedigend, maar van binnen voelt ze zich afschuwelijk, haar maag kronkelt als een slang, zweetdruppels parelen op haar voorhoofd.
In haar hoofd zegt ze vast haar afscheid. 'Vaarwel, Alex. Ik hoop dat het je lukt Zoey te redden. Ik hoop dat jullie allemaal nog op de een of andere manier ontkomen. Ik hoop dat jullie volk gauw bevrijd wordt. Dat dit de laatste keer is dat dit experiment wordt georganiseerd.'
'Durf je het nog steeds?' zegt ze hardop tegen Esmée. 'Samen over de lijn gaan?'
'Ja.' Haar stem klinkt vast. Ze is vrij kalm voor haar doen. Ze trilt alleen. Het licht komt dichterbij, en met elke stap wordt het moeilijker om door te gaan.
Esmée struikelt over haar slappe benen. Valt. Lysanne steekt haar hand uit om haar overeind te helpen. Esmée laat zich overeind trekken. 'Het spijt me,' zegt ze. Dan knalt er iets tegen Lysannes voorhoofd, en alles wordt een moment zwart. Als ze haar ogen opent, ligt ze op de grond. Ze moet maar een paar tellen weg zijn geweest, want Esmée rent maar enkele meters voor haar. Lysanne ziet een bebloede kei vlak bij haar gezicht liggen. Voelt warm vocht over haar voorhoofd stromen. En vervolgens ook over haar wangen. Door een waas van tranen ziet ze Esmée naar het licht rennen. Met elke stap Lysanne verder in het donker achterlatend. Dit is het dan, denkt Lysanne wazig. Het einde. Ze heeft haar keuze gemaakt.
Esmées voetstappen galmen door de grot, klinken als kogels, die haar hart doorboren. Dreunen in haar pijnlijke hoofd. Lysannes geweer is op de grond gevallen bij haar val. Ligt in het zicht. Ze hoeft alleen maar haar hand uit te strekken om het te pakken. De trekker over te halen. Dan blijft ze leven.
Direct onderdrukt ze die gedachten ruw en vol walging. Nee!!! Ze gaat Esmée niet doden om te blijven leven. Nooit!!!
Ze kijkt bewegingloos toe hoe Esmée blijft rennen, een paar keer bijna struikelt in haar haast. Haar geweer, rechts in het blikveld. Esmée, links. Het zonlicht bereikt Esmée al, doet haar haren oplichten.
Plotseling heeft Lysanne het geweer in haar handen. Ze kan zich niet herinneren dat ze het heeft gepakt of een keuze gemaakt heeft. Haar hand ligt om de trekker. Ze hoeft alleen maar op de knop in te drukken. Een kleine moeite. Alles in haar schreeuwt het te doen. Elke cel schreeuwt het uit: Leef!!! En tegelijkertijd schreeuwt haar verstand zowel 'Ja!' als 'Nee!'.
De tranen blijven over haar wangen stromen.
Nee, ze gaat de trekker niet overhalen, ze gaat Esmée niet in koelen bloede doodschieten!
Esmée is er bijna. Nog drie trappen. Twee. Eén.
Ergens ver weg klinkt er een schot.
Het eindsignaal?
Nee, want ze ziet Esmée voorover vallen. Voelt de klap van het geweer dat terugsloeg tegen haar schouder nog.
Ze heeft geschoten.
Ze heeft Esmée vermoord.
Lysanne beweegt zich niet. Kan zich niet bewegen. Wil daar voor altijd blijven liggen, doen alsof het een nachtmerrie is en niet echt. Dit kan niet, dit kan niet, dit kan niet, dit kan niet! Ze had haar keuze gemaakt! Ze zou sterven voor waar ze in geloofde!
Maar de waarheid dringt langzaam tot haar door, samen met de pijn in haar schouder. Nee. Ze had er toch voor gekozen te blijven leven ten koste van Esmée.
Ze heeft Esmée eigenhandig doodgeschoten.
Het bloed op haar voorhoofd heeft haar kin inmiddels bereikt en drupt op de grond, vermengt zich met haar tranen. Verderop Esmée nog altijd op de grond, in een poel van zonlicht. De uitgang was binnen handbereik.
En Lysanne gilt. Ze laat het geweer los, komt overeind en slaat haar vuisten tegen de muur. Keer op keer. Ze verwelkomt de pijn als haar handen opengaan, blijft hysterisch huilen. Tot ze geen stem meer heeft. Dan laat ze zich weer zakken. Ze gaat niet naar de uitgang lopen. Ze gaat niet voorbij het lichaam van Esmée lopen. Ze blijft hier. Ze kan zichzelf doodschieten...
Maar ze weet dat ze het niet zal doen. Als ze net niet in staat was haar dood te accepteren, zal ze dat nu ook niet kunnen.
Als ze weer opkijkt, is Esmées lichaam weg. Iemand heeft haar weggehaald. Luan? Ze kan hem nu toch niet onder ogen komen?
Ze weet niet hoeveel tijd er is verstreken als ze weer overeind komt. Ze heeft gekozen te blijven leven, dus nu moet ze ook de laatste stap zetten. De grot uitlopen. Ze kan hier niet blijven liggen. Ze laat het geweer achter. Het moordwapen. Als een zombie loopt ze vooruit. Ze moet zich bij elke stap dwingen. De weg lijkt alleen maar langer te worden.
Maar dan verwarmt het zonlicht haar gezicht. Ze ziet bloed op de grond. Heeft zichzelf nog nooit zo erg gehaat. Waarom? Waarom heeft ze de trekker overgehaald? Waarom had ze het lef niet om gewoon dood te gaan?
Ze zet haar voet over de streep. Dan nog één. Dan valt ze. Iemand vangt haar op. Praat tegen haar. Ze hoort niet wat hij zegt, hoort alleen de klanken. En ze ziet Luan. Zijn rug. Hij heeft iets tegen zich aangeklemd, maar ze ziet alleen Esmées schoenen. Ziet Luans rug schokken.
Lysanne weet dat ze de wedstrijd heeft gewonnen.
Maar de rest heeft ze verloren.
Alex weet dat hij niet blij zou mogen zijn. Lysanne ligt gebroken in zijn armen en Luan is hysterisch van verdriet. Hij ziet nog voor zich hoe Esmée opdoemde vanuit het duister. Hoe wanhopig hij was, en hoe gek het hem maakte dat hij niets voor Lysanne kon doen. Hij kon Luans opluchting voelen, hoorde hoe hij zijn zusje aanmoedigde en moest zich bedwingen hem niet de mond te snoeren. En toen ging Esmée dood. Opeens. En ze viel.
Eerst was er alleen maar stilte. Toen begon Luan te schreeuwen. Het was afschuwelijk en Alex weet dat hij dat dierlijke geluid nooit zal vergeten, hij had nog nooit zoiets gehoord. Zou hij ook zo klinken als hij Zoey verloor?
Het is wreed, maar op het moment dat Luan zoveel verdriet voelde, voelde hij opluchting. Luan haalde Esmée weg en werd stil. Daardoor konden ze allemaal Lysanne horen gillen. Maar niemand kon haar helpen. Alex bleef alleen maar zitten, hopend dat ze niet haar verstand verloor en zich door het hoofd zou schieten. Terwijl het geschreeuw hem juist wel gek maakte. Hij voelde elke schreeuw tot diep in zijn binnenste.
Eindelijk kwam ze naar buiten en kon hij haar opvangen.
Nu is ze stil. Een slap, uitgeput, trillend hoopje in zijn armen. Hij weet dat ze hem niet hoort, maar blijft tegen haar praten. Hij weet dat Lysanne voorgoed is veranderd. Zelfs als ze deze show overleeft, zal ze nooit meer de oude worden. En het is allemaal de schuld van de wetenschappers.
'Ze is gewond,' zegt Zoey. Ondertussen streelt ze troostend Lysannes haar. 'Laten we haar naar binnen brengen zodat ik haar kan verbinden voor de volgende ronde.'
Natuurlijk, de volgende ronde. Alsof iemand ook maar in staat is daar nu aan te denken. Alexs binnenste krimpt samen als hij zich afvraagt wat voor verdriet hen nog wacht.
Hij knikt, wil Lysanne optillen, maar ze verrast hen allemaal als ze toonloos zegt: 'Ik kan zelf lopen.'
Voor het eerst neemt Alex afstand om naar haar gezicht te kijken. Dat is grijs, met in haar ogen een pijn die hij nog nooit heeft gezien. Maar die ogen staan wel helder.
'Lysanne, je hebt gedaan wat bijna iedereen zou hebben gedaan,' zegt Scarlet in een poging om te troosten. 'Het was alleen maar menselijk.'
'Hou op,' zegt Lysanne alleen maar, en iets in die toon legt hen allemaal het zwijgen op.
Ze lopen terug naar het gebouw, en Alex schermt Lysanne af voor Luan, maar kijkt in het voorbijgaan zelf wel naar hem. Luan kijkt juist op, recht in zijn ogen, met een blik die Alexs nekhaartjes overeind zet. Want nog nooit heeft hij zoveel haat gezien. En het is niet gericht tegen hem. Zelfs niet tegen Lysanne.
Die moordlust is gericht tegen zijn eigen volk. En Alex weet zonder dat hij het hoeft te vragen dat ze er een medestander bij hebben in hun niet bestaande plan.
'Blijf heel stil zitten,' zegt Zoey als ze binnen zijn. Lysanne zit op een stoel en staart met een wezenloze blik voor zich uit. Zoey's instructie was onnodig. Ze veegt kundig het bloed van haar gezicht en legt vervolgens een verband aan. 'Het bloedt niet meer,' zegt ze. Dan kijkt ze naar Lysannes handen, die duidelijk wel bloeden. Er trekt weer een golf van verdriet over haar gezicht en in stilte begint ze deze wonden ook te verzorgen. Al die tijd geeft Lysanne geen kik. Alex heeft geen idee wat hij voor haar moet doen. Maar misschien is er ook wel niets dat hij kan doen.
Ondertussen instrueert Riona iedereen weer naar binnen te gaan. Al snel is iedereen weer in de keuken; iedereen op één na. Luans afwezigheid is pijnlijk voelbaar. Desondanks praat Riona verder. Ze zegt dat de tweede ronde in het gebouw zal plaatsvinden. Dat ze door moeten lopen, naar rechts moeten gaan, door een metalen deur dat eerst was afgesloten, maar nu niet meer. Ze doen wat ze zegt. Alex heeft Lysanne stevig bij de arm en heeft de andere om Zoey heengeslagen. Scarlet staat aan Lysannes andere kant.
Naast zijn zorgen om Lysanne maakt Alex zich ook zorgen om Zoey, Scarlet en zichzelf. Aangezien Luans afwezigheid blijkbaar niet storend is, lijkt het erop dat de volgende twee kandidaten worden gekozen uit Dean, Eelco, hij, Zoey en Scarlet. Grote kans dat zij aan de beurt zijn. Dat hij tegen Scarlet moet. Daar moet hij zich nu op concentreren. Lysannes beurt is geweest. Ze loopt als een zombie en is kapot, maar ze leeft nog wel, en op dit moment is dat het belangrijkste. Misschien is dat voor een van hen straks niet meer het geval.
Eindelijk zijn ze in de ruimte die Riona bedoelde. Het is voor het grootste deel leeg. Behalve in het midden, daar is een groot vierkant omringd door glas. Het doet Alex denken aan een boxring, maar dan met glas in plaats van linten. Vluchten is onmogelijk.
'Het is tijd voor de volgende ronde!' zegt Riona. 'En we zijn erg nieuwsgierig wat de keuzes van de volgende twee kandidaten zullen zijn! Twee deelnemers zullen binnen dit glas moeten vechten. Maar dan zonder wapens. Als er niet binnen een uur een dode in de ring is, worden ze allebei doodgeschoten.'
Vechten zonder wapens, denkt Alex vol afgrijzen. Het vergt veel meer om iemand met blote handen te vermoorden. Om het leven uit iemand te wurgen. Je moet pas echt wreed zijn om dat te kunnen doen. Of wanhopig. En dat is natuurlijk extra interessant voor de menswetenschappers. Zijn er mensen in deze groep die het in zich hebben als de tijd dringt?
'De eerste deelnemer in deze strijd,' begint Riona, en zoals altijd laat ze even een moordende stilte vallen. 'Is Scarlet Rhodes.'
Scarlet ontvangt het nieuws met een onbewogen gezicht. Lysanne kijkt met een ruk op, alsof ze even uit haar eigen toestand ontwaakt. En Alex zet zich schrap voor zijn naam. Natuurlijk zullen de wetenschappers het geweldig ironisch vinden hen tegenover elkaar te zetten; nadat zij elkaar hebben gered.
'Het bepalen van Scarlets tegenstander heeft heel wat discussies opgeleverd. Maar ook nu wilden we een tegenstander waarbij de uitkomst het meest onvoorspelbaar zou zijn.'
Zeg het nou maar! denkt Alex. Hij merkt dat iedereen naar hem kijkt. Hij hoopt dat hij net zo uitdrukkingloos zal kunnen kijken als Scarlet wanneer ze zijn naam noemt.
'En Scarlets tegenstander is... Zoey Wright!'
Bạn đang đọc truyện trên: AzTruyen.Top